Deel 1: 2 februari 1795 - s-Gravendeel
Deel 1: 2 februari 1795 - s-Gravendeel
Deel 1: 2 februari 1795 - s-Gravendeel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
daarin niet te willen treden, of zijn sustenu gegrond dan wel ongegrond was,<br />
maar liever hem raden zoude om die zaak in der minne te beslisschen, hem<br />
verder vragende hoe groot die schade was, waarop de Groot antwoorde zulks<br />
niet te weten, zonder naukeurig onderzoek, waarop Bax repliceerde, hem nog<br />
14 dagen tijd te geven om dat na te gaan, en dat hij dan eens bij hem zoude<br />
komen, konden zij het dan eens worden, de zaak afgedaan was, en zo niet,<br />
hetzelve dan aan het geregt ter beslissching behoorde te werden overgegeven,<br />
waarmede de schipper de Groot genoegen nam en vertrok.<br />
Is gelezen een request van Jan Spruijt van opstal van Dordrecht, procureur<br />
voor den Hove en den Hoge Vierschaar van Zuid Holland, inhoudende verzoek<br />
om als procureur voor dezen geregte te mogen werden geadmitteerd. Waarover<br />
gedelibereert zijnde, is unanniem geresolveert dat verzoek te accepteeren.<br />
De burger C. van Gink zegt, dat hij op de Buitensluis zijnde, heeft<br />
gesproken Cornelis van Heeren, dewelke hem hadde gevraagt, of er al werk<br />
van ware gemaakt, betreffende de erfportie van zijn ouders (vermits hij daar<br />
niets van konde zeggen) verzoekende het spoedig zoude werden gedaan, dat<br />
hij vervolgens de voogd M. Naaktgeboren had gesproken, die na zijn<br />
medevoogd H. van Heeren ware geweest om hem te spreken, dog hem niet<br />
hadde thuisgevonden, dog dat Naaktgeboren hem hadde gezegt de papieren<br />
nogmaals naukeurig naargezien te hebben en bevonden dat de betaalde<br />
rekeningen door Leendert van Heeren voor Jacob van Heeren waren<br />
bedragende omtrent f 1050:-:- zonder noch iets in rekening te brengen voor de<br />
opvoeding der kinderen van J. van Heeren, dat het dus vrij mogelijk is, dat er<br />
meer door L. van Heeren in zijn qualiteit ware uitgegeven dan ontfangen.<br />
Waarop gedelibereert zijnde, is goedgevonden en verstaan de voogden tegen<br />
aanstaande burendingdag te verzoeken, met al haar documenten in het<br />
regthuis te komen, alsmede C. van Heeren aan te schrijven, indien hij het<br />
verkiest zig alsdan ook te sisteeren, voor de municipaliteit alhier, ten einde die<br />
zaak, is het mogelijk, uit de wereld te helpen.<br />
Is gecompareert Aart de Zeeuw, dewelke zich beklaagde over zijn buren C.<br />
van der Linden en A. Appel, vermits zijlieden hem zijn erf betwisten, zo hij<br />
dagt door aan beide zijden van het zijne na zig te nemen, 't welk haar niet<br />
toekomt, met verzoek dat de municip. hem daarin regt zal doen wedervaren,<br />
en hem een scheiding of roe bezorgen, dat hij weet wat het zijne is, om<br />
daarover te kunnen disponeeren, na zijn welgevallen.<br />
Is gecompareerd C. van der Linden, dewelke op het geavanceerde van den<br />
president zeide, dat hij oordeelde niets meer te hebben dan zijn wettig<br />
eigendom, en dus niet wilde gedogen, dat er paaltjes geslagen wierden op zijn<br />
grond.<br />
Is gecompareert Arij Appel, dewelke insgelijks zeide dat de Haining stond op<br />
dezelve reede als zij altoos gestaan hadde en dus oordeelde niets meer te<br />
hebben dan hem toekomt.<br />
Vervolgens de partijen tegelijk binnenstaande, oordeeelde de municip. dat<br />
'er om die twisten uit de wereld te maken, niet beter op was dan dat die drie<br />
erven door een gezworen landmeter worden gemeten, en in geval er dan mogt<br />
tekort komen, zij dat dan onder malkanderen ider pro rato de begroting van<br />
hun erf zouden moeten missen, en grooter zijnde, dat meerdere evenzoo<br />
notulenboeken <strong>1795</strong>-1813 1