Download In de ogen van Lucebert (450 kB; PDF) - Robert Proost
Download In de ogen van Lucebert (450 kB; PDF) - Robert Proost
Download In de ogen van Lucebert (450 kB; PDF) - Robert Proost
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>In</strong> <strong>de</strong> <strong>ogen</strong> <strong>van</strong> <strong>Lucebert</strong> – <strong>Robert</strong> <strong>Proost</strong><br />
<strong>Lucebert</strong> <strong>de</strong> filosofie <strong>van</strong> Husserl, die stelt dat <strong>de</strong> mens leeft in een <strong>de</strong>cor <strong>van</strong> dingen die wij<br />
niet alleen waarnemen, maar ook aanvullen mid<strong>de</strong>ls concepten die ons bekend zijn 44 . Van een<br />
dobbelsteen zien wij nooit alle kanten tegelijk en toch menen wij een dobbelsteen te zien als<br />
wij slechts het maximum <strong>van</strong> drie kanten tegelijk zien. Deze conceptuele aanvulling maakt<br />
dat wij ons existeren ervaren door <strong>de</strong> perspectivische rangschikking <strong>van</strong> <strong>de</strong> wereld die wij zelf<br />
toepassen. ‘Wij zijn het die werkelijk bestaan, al het an<strong>de</strong>re bevestigt dit ‘zijn’ omdat leven<strong>de</strong><br />
en do<strong>de</strong> dingen <strong>de</strong> or<strong>de</strong> aanvaar<strong>de</strong>n waarin zij door ons neergezet wor<strong>de</strong>n.’ 45 Het besef <strong>van</strong><br />
een door ons opgeleg<strong>de</strong> heerschappij over <strong>de</strong> wereld kan lei<strong>de</strong>n tot een gevoel <strong>van</strong><br />
vervreemding met <strong>de</strong>ze wereld. Deze beklemming kan getemd wor<strong>de</strong>n door het intellect, iets<br />
wat veel kunstenaars, waaron<strong>de</strong>r dichters, doen en waar Aafjes een grote voorstan<strong>de</strong>r <strong>van</strong><br />
was. Dit temmen leidt volgens Oversteegen tot een berusting: ‘Alles staat even op zijn plaats,<br />
– ook zij zelf.’ Wat <strong>Lucebert</strong> doet is juist een erkenning <strong>van</strong> <strong>de</strong> onrust, <strong>van</strong> <strong>de</strong> dingen die nog<br />
niet getemd zijn door ons intellect. Als <strong>de</strong> dingen het heft in eigen han<strong>de</strong>n nemen en ‘niet<br />
slechts een punt vul[len] <strong>van</strong> ons waarnemingsveld, maar alsof zij uit eigen kracht<br />
best[aan].’ 46 Volgens Oversteegen wordt onze eigenheid genegeerd, omdat het <strong>de</strong> dingen zijn<br />
die zijn, terwijl <strong>de</strong> lezer gereduceerd wordt tot kijkdier. Wij zijn (vrij naar <strong>Lucebert</strong>) een<br />
broodkruimel op <strong>de</strong> rok <strong>van</strong> het universum. Of in tegengestel<strong>de</strong> termen uitgedrukt: ‘ons<br />
bewuste zijn is in tienduizend dingen gevaren.’ Tij<strong>de</strong>ns een <strong>de</strong>rgelijke sensatie, wordt het<br />
‘slachtoffer’ op een onbewaakt moment overdon<strong>de</strong>rd door <strong>de</strong> opdringerige, ‘naakte’<br />
aanwezigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> dingen, die hij als een invasie <strong>van</strong> het dagelijkse ervaart. Ze resulteert in<br />
het ontstaan <strong>van</strong> ‘een nieuw i<strong>de</strong>ntiteitsgevoel in een bewustzijnsloos en ongeschei<strong>de</strong>n ‘zijn’<br />
<strong>van</strong> ik en wereld’ 47 , zoals ook in <strong>de</strong> voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> Oversteegen Huxley, Sartre en Ter<br />
Braak ten <strong>de</strong>el viel. Volgens Oegema zijn <strong>de</strong>rgelijke tij<strong>de</strong>lijke staten <strong>van</strong> bewustzijn te<br />
typeren als mystieke ervaringen, waarin <strong>de</strong> ervaring het subject overspoelt, hem overlaadt met<br />
een sensatie die zowel <strong>de</strong> zintuigen als het verstand te boven gaan. Oegema noemt dit ‘het<br />
moment <strong>van</strong> <strong>de</strong> staar’: ‘<strong>de</strong> dichter is <strong>de</strong>rmate overdon<strong>de</strong>rd door wat zich voor zijn oog ontrolt,<br />
44 Oversteegen, J.J. (1986) Anastasio en <strong>de</strong> schaal <strong>van</strong> Richter. Utrecht: H&S. p.20<br />
45 ibid. p.20<br />
46 ibid. p.21<br />
47 ibid. p.22<br />
49