Download In de ogen van Lucebert (450 kB; PDF) - Robert Proost
Download In de ogen van Lucebert (450 kB; PDF) - Robert Proost
Download In de ogen van Lucebert (450 kB; PDF) - Robert Proost
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
58<br />
<strong>In</strong> <strong>de</strong> <strong>ogen</strong> <strong>van</strong> <strong>Lucebert</strong> – <strong>Robert</strong> <strong>Proost</strong><br />
geeft <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> afbeelding een viertal vervorm<strong>de</strong> hoof<strong>de</strong>n weer, die niet gemakkelijk als<br />
zodanig herkend zou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, ware het niet dat ze dui<strong>de</strong>lijk <strong>ogen</strong> bevatten; het bovenste<br />
paar is half gesloten en afgewend, het twee<strong>de</strong> paar bestaat uit een leeg wit en een massief<br />
zwart oog, het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> laat zich en profil zien en het on<strong>de</strong>rste paar kijkt richting <strong>de</strong> lezer. De<br />
hoof<strong>de</strong>n tuimelen over of vloeien door elkaar heen, lijken bij één enkel organisme te horen,<br />
terwijl ze een eigen karakter behou<strong>de</strong>n. De laatste afbeelding laat een tweetal figuren zien,<br />
een groter afgebeel<strong>de</strong> menselijke figuur, het hoofd schuin, rustend op een hand, alsof het in<br />
gedachten verzonken is; en een kleiner, dierlijke, haast katachtige figuur, dat een zwarte<br />
schaduw werpt vlak achter zich. Bei<strong>de</strong> figuren kijken met volledig zwarte oogbollen naar <strong>de</strong><br />
lezer, met uitzon<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> het linkeroog <strong>van</strong> <strong>de</strong> grote figuur; dat lijkt af te dwalen, omhoog<br />
te kijken, wellicht meer richting zijn hersenpan loerend dan naar een externe wereld. Wat het<br />
drietal afbeeldingen gemeen heeft, is dat ze menselijke, doch umheimliche figuren laten zien,<br />
die stuk voor stuk <strong>ogen</strong> hebben. Dat klinkt wellicht <strong>van</strong>zelfsprekend, dat menselijke figuren<br />
<strong>ogen</strong> hebben, maar het is in dit geval noemenswaardig, omdat <strong>de</strong> koppen dan weer oren<br />
missen, dan weer een dui<strong>de</strong>lijk aanwijsbare neus en <strong>de</strong> eerste figuur mist zelfs welke<br />
gezichtskenmerken dan ook, op <strong>de</strong> <strong>ogen</strong> na. Ogen zijn <strong>de</strong> gemene <strong>de</strong>ler. Het is overigens wel<br />
noemenswaardig dat <strong>Lucebert</strong> in het algemeen vaak <strong>ogen</strong> gebruikt in zijn tekeningen en ook<br />
in zijn an<strong>de</strong>re bun<strong>de</strong>ls komen kijken<strong>de</strong> hoof<strong>de</strong>n relatief veelvuldig voor. Val voor vliegengod<br />
is echter <strong>de</strong> eerste bun<strong>de</strong>l <strong>van</strong> <strong>Lucebert</strong> waarin alle opgenomen tekeningen uit kijken<strong>de</strong><br />
hoof<strong>de</strong>n bestaat. <strong>In</strong> eer<strong>de</strong>re bun<strong>de</strong>ls zien we regelmatig nog an<strong>de</strong>rsoortige tekeningen, zoals<br />
die <strong>van</strong> han<strong>de</strong>n (amulet), vormen die niet direct te dui<strong>de</strong>n zijn (<strong>de</strong> analfabetische naam,<br />
alfabel, <strong>de</strong> amsterdamse school, triangel in <strong>de</strong> jungle) en scenario’s waarin een tafereel zich<br />
lijkt af te spelen tussen verschei<strong>de</strong>ne, al dan niet direct herkenbare, wezens (apocrief, <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
afgrond en <strong>de</strong> luchtmens). Hoewel <strong>de</strong> hier aangegeven classificaties voor discussie en<br />
interpretatie vatbaar zijn, is het dui<strong>de</strong>lijk dat Val voor vliegengod hoof<strong>de</strong>n afbeeldt die alle<br />
aandacht opeisen <strong>van</strong> <strong>de</strong> lezer. Het zijn close-ups, waarbij het grootste <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> rest <strong>van</strong> het<br />
lichaam buiten beeld valt zelfs afwezig lijkt te zijn. Het is dui<strong>de</strong>lijk: er wordt gekeken en<br />
bekeken. Misschien is het niets an<strong>de</strong>rs dan een voorbo<strong>de</strong> voor <strong>Lucebert</strong>s perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> intensief<br />
schil<strong>de</strong>rsschap, waarin hij poëzie op een laag pitje zet. Men zou verwachten dat <strong>de</strong> tekeningen<br />
in een bepaal<strong>de</strong> relatie staan met <strong>de</strong> gedichten. <strong>In</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> analyse kijk ik na<strong>de</strong>r naar <strong>de</strong><br />
noties <strong>van</strong> zien en beel<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> gedichten in Val voor vliegengod. Daarbij speelt <strong>de</strong><br />
veron<strong>de</strong>rstelling dat het om een mystiek zien gaat een beslissen<strong>de</strong> rol. Poëzie biedt ons<br />
immers geen werkelijk zien, geen fysiek zien, zoals <strong>de</strong> beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> kunst dat wel zo letterlijk