Fiscaal memento oktober 2012 - FOD Financiën
Fiscaal memento oktober 2012 - FOD Financiën
Fiscaal memento oktober 2012 - FOD Financiën
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Deel I: De directe belastingen De bedrijfsvoorheffing en de voorafbetalingen<br />
7.2.4. Overwerk<br />
Het belastingvoordeel bestaat enerzijds, voor de werknemers, uit een belastingvermindering<br />
waarmee reeds rekening wordt gehouden bij de berekening van de bedrijfsvoorheffing en<br />
anderzijds, voor de werkgevers in de marktgerichte sector en in de uitzendsector, in een vrijstelling<br />
van doorstorting van een gedeelte van de bedrijfsvoorheffing. Dit belastingvoordeel werd uitgebreid<br />
tot de volgende autonome overheidsbedrijven: Belgacom, bpost en de ondernemingen van de<br />
NMBS-groep.<br />
Het percentage van de niet door te storten bedrijfsvoorheffing bedraagt:<br />
- 32,19% van het brutobedrag van de bezoldigingen (dat wil zeggen het basisloon) voor<br />
overuren waarop een wettelijke overurentoeslag van 20% wordt toegepast;<br />
- 41,25% van het brutobedrag van de bezoldigingen voor overuren waarop een wettelijke<br />
overurentoeslag van 50% of 100% wordt toegepast.<br />
Deze vrijstelling is van toepassing op de eerste 130 overuren die per werknemer en per jaar<br />
gepresteerd worden.<br />
7.2.5. Sportbeoefenaars<br />
Sinds 1 januari 2008 wordt een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing<br />
ten belope van 80% toegekend op de bezoldigingen die worden betaald of toegekend door<br />
sportclubs aan sportbeoefenaars jonger dan 26 jaar.<br />
De sportclubs kunnen ook de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing<br />
genieten voor sportbeoefenaars die ten minste 26 jaar zijn, op uitdrukkelijke voorwaarde dat de<br />
helft van deze doorstortingsvrijstelling binnen een bepaalde termijn wordt besteed aan de<br />
opleiding van jonge sportbeoefenaars. De bedragen besteed aan de opleiding van jonge<br />
sportbeoefenaars, dekken de betaling van lonen aan enerzijds opleiders en begeleiders en<br />
anderzijds jonge sportbeoefenaars.<br />
Sinds 1 juli 2010 kunnen de bezoldigingen van jonge sportbeoefenaars die in aanmerking<br />
komen als geldige besteding, niet hoger zijn, per jonge sportbeoefenaar, dan het achtvoud van<br />
de minimale bezoldiging om te worden beschouwd als betaalde sportbeoefenaar, namelijk<br />
momenteel 8.850 euro (127).<br />
Een andere wijziging is op 1 juli 2010 in werking getreden: de bezoldigingen die door de<br />
sportbeoefenaar als bedrijfsleider verkregen werden, komen niet meer in aanmerking voor de<br />
gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing.<br />
127 Bedrag van toepassing van 01.07.2011 tot en met 30.06.<strong>2012</strong> (KB van 19.06.2011).<br />
148<br />
Het <strong>Fiscaal</strong> Memento mag niet beschouwd worden als een administratieve circulaire,<br />
er kunnen geen rechten aan worden ontleend. Versie <strong>oktober</strong> <strong>2012</strong>.