04.06.2013 Views

Ethnic Hostility among Ethnic Majority and Minority Groups

Ethnic Hostility among Ethnic Majority and Minority Groups

Ethnic Hostility among Ethnic Majority and Minority Groups

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Hiermee verlaat ik de hoofdvraag van dit boek naar de verklaringen voor de verschillen in de mate<br />

van weerst<strong>and</strong> tegen uitgesloten etnische groepen. Hier zijn twee belangrijke redenen voor.<br />

Ten eerste, er zijn aanwijzingen dat de sterkte van het verb<strong>and</strong> tussen opleidingsniveau<br />

en mate van weerst<strong>and</strong> bij autochtone bevolkingsgroepen afhangt van de verdeling van<br />

onderwijsdiploma’s onder de bevolking. Als gevolg van de onderwijsexpansie behalen steeds minder<br />

mensen geen of een relatief lage opleiding. De mensen met een relatief lage opleiding zijn hierdoor<br />

steeds sterker op elkaar gaan lijken als het gaat om (academische) vaardigheden. Waarschijnlijk<br />

mede als gevolg hiervan is het verb<strong>and</strong> tussen opleidingsniveau en mate van weerst<strong>and</strong> onder<br />

autochtone Nederl<strong>and</strong>ers de afgelopen decennia sterker geworden; de mensen met een lage en<br />

een hoge opleiding zijn steeds meer van elkaar gaan verschillen in de mate van weerst<strong>and</strong> tegen<br />

uitgesloten etnische groepen. Nu verwachtte ik dat als er verschillen tussen de etnische groepen<br />

in Nederl<strong>and</strong> bestaan in de verdelingen van opleidingniveaus, het verb<strong>and</strong> tussen opleidingniveau<br />

en mate van weerst<strong>and</strong> ook goed zou kunnen verschillen tussen etnische groepen. Om echter een<br />

toetsbare voorspelling te doen over de verschillen in dit verb<strong>and</strong> tussen autochtone en allochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers, was het nodig om de verdeling in opleidingniveaus tussen en binnen etnische<br />

groepen in Nederl<strong>and</strong> in kaart te brengen aangezien zo een studie tot op heden ontbrak.<br />

Ten tweede, één van de vernieuwende aspecten van dit boek is dat ik zowel de mate van<br />

weerst<strong>and</strong> tegen uitgesloten etnische groepen onderzoek onder autochtone Nederl<strong>and</strong>ers als onder<br />

allochtone Nederl<strong>and</strong>ers. De mate van weerst<strong>and</strong> tegen uitgesloten groepen onder allochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers vertelt iets over de mate van culturele integratie. Zoals reeds eerder gesteld zou de<br />

mate van onderwijsintegratie – in hoeverre allochtone Nederl<strong>and</strong>ers in vergelijkbare mate zijn<br />

vertegenwoordigd binnen opleidingniveaus als autochtone Nederl<strong>and</strong>ers – sterk samenhangen met<br />

de mate van culturele integratie. Om een completer beeld te krijgen van de integratie van allochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers binnen onze gedeelde samenleving is het mijn inziens echter onvoldoende om alleen<br />

te kijken naar de mate van culturele integratie (de mate van afwezigheid van weerst<strong>and</strong> tegen<br />

uitgesloten etnische groepen) en de relatie tussen onderwijsintegratie en culturele integratie,<br />

maar verdient de mate van onderwijsintegratie ook apart a<strong>and</strong>acht.<br />

Het bovensta<strong>and</strong>e heeft geleid tot de volgende concrete onderzoeksvraag die in hoofdstuk<br />

5 beantwoord wordt:<br />

Hoe zien de geboortecohort-trends in onderwijsverschillen tussen etnische groepen met betrekking<br />

tot het hoogst-bereikte opleidingsniveau en overgangen na het primaire onderwijs en het secundaire<br />

onderwijs eruit, en in welke mate zijn verschillen in sociale herkomst hier verantwoordelijk voor?<br />

De belangrijkste conclusie die ik op basis van mijn studie kan trekken is dat de onderwijsverschillen<br />

tussen autochtone Nederl<strong>and</strong>ers en allochtone Nederl<strong>and</strong>ers niet over de gehele linie aan het<br />

afnemen zijn. Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse Nederl<strong>and</strong>ers blijven (vooral)<br />

ondervertegenwoordigd binnen het tertiaire onderwijs. Bovendien lijkt er een tweedeling te<br />

ontstaan binnen het Nederl<strong>and</strong>se onderwijsstelsel waarbinnen de algemene opleidingsrichtingen<br />

(dat is: HAVO, VWO en universiteit) het domein worden – of beter gezegd: blijven – voor autochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers en de beroepsopleiding (VMBO, MBO en in minder mate het HBO) wel toegankelijk<br />

256

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!