04.06.2013 Views

Ethnic Hostility among Ethnic Majority and Minority Groups

Ethnic Hostility among Ethnic Majority and Minority Groups

Ethnic Hostility among Ethnic Majority and Minority Groups

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Summary in Dutch / Nederl<strong>and</strong>stalige samenvatting<br />

Op grond van de resultaten van hoofdstuk 7, heb ik laten zien dat, zoals verwacht, over het<br />

algemeen het opleidingseffect onder allochtone Nederl<strong>and</strong>ers zwakker is dan onder autochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers. Voor de tweede generatie etnische minderheden in Nederl<strong>and</strong> gaat de hoogte van de<br />

genoten opleiding niet samen met een afname in de weerst<strong>and</strong> tegen autochtone Nederl<strong>and</strong>ers.<br />

Vooral voor Turkse en Marokkaanse Nederl<strong>and</strong>ers van de tweede generatie valt dit te verklaren<br />

door het feit dat onder de hoger opgeleiden niet meer positieve contactervaringen voorkomen<br />

dan onder de lager opgeleiden en bovendien ook niet minder negatieve contactervaringen. Wel<br />

dien ik op te merken dat de tweede generatie over het algemeen minder weerst<strong>and</strong> voelt tegen<br />

autochtone Nederl<strong>and</strong>ers en zich meer identifi ceert als Nederl<strong>and</strong>er dan de eerste generatie. Toch<br />

geeft het afwezige positieve effect van opleidingsniveau op interetnische tolerantie reden tot<br />

zorgen. Sociale stijging onder allochtone Nederl<strong>and</strong>ers zal – ook al gaat dit gepaard met een<br />

sterkere Nederl<strong>and</strong>se identiteit - niet noodzakelijk leiden tot minder weerst<strong>and</strong> tegen autochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers.<br />

In tegenstelling tot hetgeen ik verwachtte op basis van eerdere resultaten bij autochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers, bleek ervaren groepdreiging niet samen te gaan met meer weerst<strong>and</strong> tegen<br />

uitgesloten etnische groepen onder allochtone Nederl<strong>and</strong>ers. Tot slot vond ik dat allochtonen die<br />

meer Nederl<strong>and</strong>se media en minder media uit het respectievelijke herkomstl<strong>and</strong> consumeren minder<br />

weerst<strong>and</strong> hebben tegen autochtone Nederl<strong>and</strong>ers en zich meer identifi ceren als Nederl<strong>and</strong>er.<br />

Alleen bij tweede generatie Marokkaanse Nederl<strong>and</strong>ers lijkt de consumptie van Nederl<strong>and</strong>se media<br />

bij te dragen aan meer weerst<strong>and</strong>. Een voor de h<strong>and</strong> liggende reden zou kunnen zijn dat vooral de<br />

Marokkaanse bevolkingsgroep negatief belicht wordt in de media.<br />

Hoe nu verder?<br />

Een belangrijk theoretisch model waar ik in dit boek gebruik van heb gemaakt om weerst<strong>and</strong><br />

tegen uitgesloten etnische groepen te verklaren is de Etnische Competitie Theorie. Deze theorie<br />

stelt dat competitie tussen etnische groepen om economische goederen, (politieke) macht, en<br />

normen en waarden zal leiden tot een ervaren groepsdreiging. Deze groepsdreiging kan weer<br />

leiden tot een toename in weerst<strong>and</strong> tegen uitgesloten etnische groepen. Naar aanleiding van<br />

hoofdstuk 2, waarin ik heb aangetoond dat men zich sterker aanpast aan tolerante houdingen<br />

dan aan intolerante houdingen, vermoed ik dat feitelijke competitie tussen etnische groepen<br />

niet in alle omst<strong>and</strong>igheden tot een zelfde mate van ervaren groepsdreiging zal leiden. Concreter<br />

verwacht ik dat een toename in feitelijke competitie (bijvoorbeeld door toegenomen migratie of<br />

een economische recessie) minder snel zal leiden tot een toename van ervaren groepsdreiging in<br />

relatief tolerante samenlevingen dan in relatief intolerante samenlevingen.<br />

Waarom hangt onder allochtone Nederl<strong>and</strong>ers groepsdreiging – gemeten als<br />

waargenomen groepsdiscriminatie – niet samen met meer weerst<strong>and</strong> tegen uitgesloten etnische<br />

groepen zoals de Etnische Competitie Theorie voorspelt? Of <strong>and</strong>ers gezegd: waarom zijn allochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers die geen groepsdiscriminatie waarnemen, niet toleranter ten aanzien van autochtone<br />

Nederl<strong>and</strong>ers? Waar onder autochtone Nederl<strong>and</strong>ers vooral de mensen in lagere sociale posities<br />

meer groepsdreiging ervaren, zijn het onder allochtone Nederl<strong>and</strong>ers vooral de mensen in relatief<br />

hogere sociale posities. Ik vermoed dan ook dat groepsdreiging minder snel tot uiting komt in<br />

259

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!