Toelichting - Gemeente Rucphen

Daarnaast geldt dat splitsing van cultuurhistorisch waardevolle gebouwen, die bijvoorbeeld
reeds in gebruik zijn voor zorg of religie, is toegestaan. Dit kan namelijk
bijdragen aan het behoud van deze panden wat belangrijk is voor het behoud van
de kenmerken van het bebouwde landschap. De vraag voor het splitsen van cultuurhistorisch
waardevolle grotere panden in twee (meerdere) woningen kan zich voordoen
bij agrarische bedrijven, maar ook bij grotere burgerwoningen (voormalige
boerderijen).
In voorliggend bestemmingsplan is via een wijzigingsbevoegdheid het college van
burgemeester en wethouder de splitsing van een hoofdgebouw van een karakteristieke
boerderij toestaan, indien het hoofdgebouw (de woning) hier groot genoeg
voor is. Onder meer de volgende voorwaarden dienen in acht te worden genomen
bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid:
• de te splitsen hoofdbouwmassa heeft een inhoud van meer dan 1000 m 3
;
• de kenmerkende vorm blijft gehandhaafd;
bestaande bebouwing, met uitzondering van cultuurhistorisch waardevolle bebouwing,
dient te worden gesloopt.
2.11.6 Ruimte voor Ruimte
De ruimte-voor-ruimteregeling maakt het mogelijk woningen te bouwen buiten het
reguliere woningbouwprogramma om. De bouw van nieuwe woningen op ruime
kavels in bepaalde gebieden van het buitengebied kan mogelijk worden gemaakt
wanneer hiervoor agrarische bedrijfsgebouwen die in gebruik waren of zijn voor
intensieve veehouderij, worden gesaneerd in combinatie met milieuwinst ter
plaatse. De provincie Noord-Brabant heeft hiertoe richtlijnen vastgesteld.
Met deze richtlijnen worden de verzoeken voor de regeling behandeld. Bij de
uitvoering van de regeling werd het steeds duidelijker dat er behoefte was aan een
ruimtelijk-landschappelijk kader, waarmee dergelijke verzoeken konden worden
getoetst. Kernrandzones, bebouwingslinten en clusters vormen potentiële locaties
voor dergelijke woningen. Om deze woningen planologisch mogelijk te maken, is
een ruimtelijk-landschappelijke visie nodig. Op basis daarvan kunnen concrete
bouwaanvragen worden beoordeeld en kunnen, met de benodigde onderbouwing
en procedures, omgevingsvergunningen worden verleend.
Uit de verkenning van de mogelijkheden voor woningbouw in het kader van de
ruimte-voor-ruimteregeling in de daarvoor in aanmerking komende gebieden
kunnen de volgende conclusies worden getrokken.
86
Hoofdstuk 2