Toelichting - Gemeente Rucphen

79
64. Kolkstraat 3, IA11/00779
Korte inhoud ingediende reactie:
a. Aan de Kolkstraat 3 wordt en tuinbouwbedrijf geëxploiteerd. Reclamant geeft aan
dat in het bestemmingsplan Buitengebied 1998 echter de bestemming onterecht is
gewijzigd in ‘Woondoeleinden’. Dit is tevens overgenomen in het voorontwerp.
Aangegeven wordt dat de agrarische bedrijfsvoering echter altijd gecontinueerd is
en nimmer beëindigd is (geweest). Verzoek is om de bestemming te wijzigen van
‘Wonen’ naar ‘Agrarisch’ met bouwvlak.
b. Gelet op het voornemen om een sorteerruimte te bebouwen voor het sorteren van
buxus en snijheester, wordt tevens verzocht om het bouwvlak voldoende te
vergroten om die bebouwing mogelijk te maken. In de bijlage is hiertoe een schets
opgenomen.
c. Als gevolg van de bestemmingwijziging in het bestemmingsplan van 1998 is de
bestaande tuinbouwloods onder het overgangsrecht komen te vallen. De afdeling
Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft bepaald dat het niet
gerechtvaardigd is om bestaande gebouwen bij een nieuwe planherziening
wederom onder het overgangsrecht te laten vallen, voor zover sanering niet binnen
die planperiode plaatsvindt. Verzoek is om de bestaande bebouwing dan ook
positief te bestemmen in het nieuwe bestemmingsplan.
Inhoudelijke reactie:
a. In het bestemmingsplan het bestemmingsplan ‘Buitengebied Rucphen’ vastgesteld
op 29 juni 1982 is het perceel opgenomen als ‘Agrarisch bouwblok A (met woning)’.
In het vigerende bestemmingsplan heeft het perceel de bestemming ‘Agrarisch
gebied met natuurwaarden’ met de medebestemming ‘Woondoeleinden’. Uit
milieucontrole blijkt dat het bedrijf valt onder de werkingssfeer van het Besluit
akkerbouwbedrijven milieubeheer en dat dit zeker al zo is sinds de milieucontrole
van 2002.
Uit hiervoor genoemde gegevens blijkt dat het hier gaat om een bestaand bedrijf
welke ten onrechte in het vigerende bestemmingsplan de medebestemming
‘Woondoeleinden’ heeft gekregen. Het betreft hier, zoals door reclamant wordt
aangegeven, een omissie in het vigerende bestemmingsplan. De verbeelding zal
worden aangepast door de bestemming ‘Agrarisch met waarden – Natuur’ op te
nemen met bijbehorend bouwvlak.
b. Tijdens de inventarisatie ten behoeve van de herziening van het bestemmingsplan
Buitengebied medio 2009 is de mogelijkheid geboden om eventuele ontwikkelingen
kenbaar te maken aan het college. Gelet op de voortgang van het traject, alsmede
het feit dat het bij deze herziening overwegend om een conserverend plan gaat,
heeft deze mogelijkheid tot 1 mei 2010 gelopen. Vanaf dat moment heeft het
college besloten geen nieuwe verzoeken meer mee te nemen in de herziening van
het plan, om de voortgang van het plan te kunnen waarborgen. Opgemerkt moet
worden dat de verzoeken ingediend vóór 1 mei 2010 wél zijn beoordeeld en
getoetst aan de bestaande voorwaarden, alsmede aan het vigerende beleid. Door
het college is derhalve een gedegen afweging gemaakt of al dan niet medewerking
verleend kon worden.
Het oprichten van een sorteerruimte betreft een voornemen welke niet onderbouwd
of geconcretiseerd is. In het voorontwerpbestemmingsplan ‘Buitengebied 2011’ is
de mogelijkheid opgenomen op het bouwvlak te vergroten. Het plan dient hiertoe
wel te voldoen aan de gestelde regels, waaronder een toetsing door de
adviescommissie agrarische bouwaanvragen (AAB).
c. Wanneer wij het bouwvlak aanpassen om de omissie op te heffen wordt de
bestaande tuinbouwloods opgenomen binnen de bestemming ‘Agrarisch met
waarden – Natuur’ en binnen het op de verbeelding opgenomen bouwvlak.
Conclusie:
a. De verbeelding wordt aangepast.
b. De ingediende reactie leidt niet tot aanpassing van het plan
c. De verbeelding wordt aangepast.
79