Toelichting - Gemeente Rucphen

35
32. Achterhoeksestraat 100, IA11/00707
Korte inhoud ingediende reactie:
a. Inspreker maakt bezwaar tegen de aanduiding Ecologische Verbindingszone (EVZ)
van de percelen kadastraal bekend U00746 t/m 748;
b. Het is ter plaatse logischer de verbindingszone aan te brengen aan de noordzijde
van het aanwezige onverharde pad, vanwege de aansluiting bij het aanwezige
bosperceel;
c. Wanneer het perceel ingericht zal worden, is het mogelijk dat het onderhoud aan de
aanwezige afwatering sterk wordt verslechterd. Dit kan schade voor gewassen tot
gevolg hebben en beperkingen geven aan te verrichten agrarische activiteiten.
d. Inspreker is niet voornemens in de toekomst medewerking te verlenen de
bestemming van de bovenstaande strook grond te wijzigen.
Inhoudelijke reactie:
a. De door inspreker genoemde gronden zijn bestemd als agrarisch met
dubbelbestemming waarde, ecologische verbindingszone. Deze waarde is op de
verbeelding opgenomen omdat de plannen concreet genoeg zijn om dit gedeelte,
bekend als ‘De Zwarte Sloot’, in te richten als een EVZ. Het verwerven van gronden
voor een EVZ dient op basis van vrijwilligheid te gebeuren. De bestemming van de
gronden zal niet worden gewijzigd en het gebied zal niet worden ingericht zo lang
de gronden nog niet zijn verworven. Onduidelijk is op welke beperkingen inspreker
doelt.
b. Het inrichten van de EVZ en de exacte locatie van de in te richten gronden wordt in
een aparte procedure geregeld en niet in het bestemmingsplan Buitengebied. Op
gronden met de aanduiding ‘wijzigingsbevoegdheid EVZ’ is het mogelijk om door
middel van een procedure ex. Artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening (Wro)
de bestemming te wijzigen in ‘natuur’. Indien blijkt dat de EVZ beter op een andere
locatie gerealiseerd kan worden, dan is het ook mogelijk de bestemming te
wijzigen, dit dient dan echter te gebeuren door middel van een partiële herziening
van het bestemmingsplan, overeenkomstig afdeling 3.1 van de Wro.
c. Op dit moment is er nog geen sprake van het inrichten van de percelen. Hiervoor
dient eerst de bestemming van de gronden gewijzigd te worden. Hoe uiteindelijk de
percelen worden ingericht is nog niet bekend. Verder regelt het bestemmingsplan
niet het beheer van de gronden, maar enkel het gebruik.
d. Kennis wordt genomen van de opmerking van inspreker.
Conclusie:
a. De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
b. De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
c. De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
d. De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
35