De toekomst van de Amsterdamse kantorenmarkt ... - Rooilijn
De toekomst van de Amsterdamse kantorenmarkt ... - Rooilijn
De toekomst van de Amsterdamse kantorenmarkt ... - Rooilijn
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Rooilijn</strong> Jg. 41 / Nr. 3 / 2008 Waar is het residu?<br />
P. 177<br />
Figuur 1 Stichtingskosten nieuwbouwwoningen<br />
1996 versus 2006 (Bron: NVM, CBS)<br />
e 400.000<br />
e 350.000<br />
e 300.000<br />
e 250.000<br />
e 200.000<br />
e 150.000<br />
e 100.000<br />
e 50.000<br />
0<br />
1996 2006<br />
BTW Winst & risico Bijkomen<strong>de</strong> kosten<br />
Bouwkosten Grondwaar<strong>de</strong><br />
door een gemeente onteigend wor<strong>de</strong>n<br />
kunnen <strong>van</strong>wege <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse onteigeningswetgeving<br />
aanspraak maken op <strong>de</strong><br />
verwachtingswaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>toekomst</strong>ige<br />
woningbouwbestemming. <strong>De</strong>ze waar<strong>de</strong><br />
is aanzienlijk hoger dan <strong>de</strong> agrarische<br />
waar<strong>de</strong>. Daarnaast is het recht om te mogen<br />
bouwen door <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> onteigeningswetgeving<br />
gekoppeld aan het gron<strong>de</strong>igendom.<br />
<strong>De</strong> concurrentie om schaarse bouwrechten<br />
is verplaatst naar <strong>de</strong> grondmarkt (Segeren,<br />
2007). Ontwikkelaars wor<strong>de</strong>n hierdoor<br />
gedwongen grond te kopen om te kunnen<br />
voortbestaan, waardoor zij minimaal<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> prijs bie<strong>de</strong>n als <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> op basis<br />
<strong>van</strong> onteigeningswetgeving of zeer vroegtijdig<br />
grond aankopen, op een moment<br />
dat <strong>de</strong> woningbouw nog onzeker is. Door<br />
<strong>de</strong> onzekerheid komt het veelvuldig voor<br />
dat marktpartijen gron<strong>de</strong>n aankopen die<br />
uitein<strong>de</strong>lijk niet ontwikkeld wor<strong>de</strong>n. Door<br />
<strong>de</strong>ze grondspeculatie, waarbij naarmate<br />
meer zekerheid bestaat over een nieuwe<br />
woningbestemming <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
grond hoger wordt, kunnen individuele<br />
gron<strong>de</strong>igenaren extreem wor<strong>de</strong>n verrijkt.<br />
Een an<strong>de</strong>re re<strong>de</strong>n is dat, in tegenstelling<br />
tot <strong>de</strong> verwachting, <strong>de</strong> grondopbrengst<br />
in <strong>de</strong> praktijk wordt bepaald door grondprijsafspraken<br />
en niet door marktontwikkelingen<br />
(zie ook <strong>De</strong> Greef, 2005). Over<br />
<strong>de</strong> wijze waarop <strong>de</strong> prijs <strong>van</strong> bouwkavels<br />
tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> looptijd <strong>van</strong> het project wordt<br />
bepaald, wor<strong>de</strong>n doorgaans bij <strong>de</strong> start<br />
<strong>van</strong> het project afspraken gemaakt. <strong>De</strong>ze<br />
afspraken gel<strong>de</strong>n vaak voor <strong>de</strong> gehele<br />
looptijd en bepalen zo <strong>de</strong> inkomsten <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
gron<strong>de</strong>xploitatie. Vaak wordt afgesproken<br />
dat kavelprijzen niet wor<strong>de</strong>n berekend<br />
volgens <strong>de</strong> residuele grondwaar<strong>de</strong>metho<strong>de</strong>.<br />
An<strong>de</strong>re metho<strong>de</strong>n zoals grondquotes en<br />
vastgestel<strong>de</strong> kavelprijzen wor<strong>de</strong>n veel<br />
gehanteerd. <strong>De</strong> marktontwikkelingen<br />
wor<strong>de</strong>n zo buitengesloten waardoor <strong>de</strong> prijs<br />
<strong>van</strong> bouwkavels niet meer gelijk is aan <strong>de</strong><br />
soms veel hogere residuele grondwaar<strong>de</strong>.<br />
Dat <strong>de</strong>ze afspraken tot stand kunnen<br />
komen heeft een aantal oorzaken. Eén<br />
daar<strong>van</strong> is <strong>de</strong> risicoperceptie <strong>van</strong> <strong>de</strong> betrokken<br />
partijen en <strong>de</strong> bereidheid <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze<br />
partijen om risico’s te dragen. Een gron<strong>de</strong>xploitant,<br />
zoals <strong>de</strong> gemeente, kan risico’s<br />
willen vermij<strong>de</strong>n en bij <strong>de</strong> start <strong>van</strong> een<br />
project vaste grondprijzen overeenkomen<br />
voor <strong>de</strong> rest <strong>van</strong> het project. Mits hierover<br />
<strong>de</strong> juiste afspraken wor<strong>de</strong>n gemaakt (Rust,<br />
2005), komt het marktrisico bij <strong>de</strong> bouwen<strong>de</strong><br />
partijen te liggen. Als vergoeding<br />
<strong>van</strong> dit risico kunnen bouwen<strong>de</strong> partijen<br />
profiteren <strong>van</strong> grondwaar<strong>de</strong>stijgingen als<br />
<strong>de</strong>ze hoger zijn dan <strong>de</strong> afgesproken waar<strong>de</strong>n.<br />
Ook moet in acht wor<strong>de</strong>n genomen<br />
dat in <strong>de</strong> traditionele gemeentelijke gron<strong>de</strong>xploitatiepraktijk<br />
vrijwel altijd behou<strong>de</strong>nd<br />
wordt gerekend. Door <strong>de</strong> gewoonte om <strong>de</strong><br />
<strong>toekomst</strong>ige grondopbrengsten voorzichtig<br />
in te schatten, is in <strong>de</strong> jaren negentig bij