Bloemlezingen Staring, Lucebert, Schierbeek - De open ruimte
Bloemlezingen Staring, Lucebert, Schierbeek - De open ruimte
Bloemlezingen Staring, Lucebert, Schierbeek - De open ruimte
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>De</strong> gestalte der stem<br />
Het dier heeft een mens getekend<br />
Tellem<br />
Een grote dorst<br />
Een broek voor een octopus.<br />
[p. 3]<br />
zullen blijven:<br />
"<strong>De</strong> grenzen vervagen overigens al".<br />
"Ik leg juist nu het hemd IK weg om mijn stemprofielen in de peripyleën van uw ogen te<br />
steken".<br />
In het laatste citaat de puur experimentele weigering de eerste lettergreep van 'profiel'<br />
te herhalen in Propyleeën, waardoor men op niet minder experimentele wijze verwezen<br />
wordt naar het reeds eerder gebruikte 'stromfiel' dat mogelijk pas na 'stroomprofiel' in<br />
elkaar werd gezet. Iets van lettrisme dus: enkele verschrijvingen in 'verhoogtrouwen',<br />
'vervreugen' en een tantebetjeverbinding in 'Alle springen ze mijn poriën vol en jeukt<br />
mijn huid'. Kortom een voorbeeld van het experiment in het vroegste stadium, dat het<br />
nog moet hebben van het geijkte woord, dat van het significatieve wordt ontdaan en met<br />
het muzische bekleed.<br />
II Dit fragment is het derde hoofdstuk uit Het boek ik.<br />
Het verhalend element wordt hier gesuggereerd door de ons bekende namen Adam, Eva,<br />
Lilith, God. Er zitten trouwens ook reële anecdotes in deze hermythologisering van het<br />
scheppingsverhaal dat naar de 20e eeuw wordt verplaatst, zonder dat daardoor het in<br />
den beginne wordt weggewerkt: het is een dooreen stampen van twee verschillende<br />
tijden. In het voorgaande sprak ik al over <strong>Schierbeek</strong>s interesse voor mythologie en<br />
primitieve culturen - een interesse die keer op keer weer uit zijn werk blijkt.<br />
Typografisch opmerkelijk is hier het minimum aan leestekens en hoofdletters aan het<br />
begin van een zin. <strong>De</strong> aanhef<br />
... 't is dat gij en ik en allen Adam zijn en het vallen in ons woont en de hoon der<br />
goden... zeker het grootlevenzijn zal vergruizeld worden tussen kiezelstenen of witte<br />
lakens van een bed...<br />
[p. 4]<br />
brengt ons meteen bij het drama: de val van Adam, en dus bij de witte lakens van een<br />
bed. Die laatste woorden maken weer een reeks associaties vrij, die typografisch<br />
vertikaal gerangschikt zijn, waardoor op ongezochte wijze een soort van versificatie<br />
wordt bereikt. <strong>De</strong> weg waarlangs die reeks tot stand komt is niet willekeurig: ieder nieuw<br />
addiet is door het voorafgaande gedetermineerd, hetzij door herhaling (bed-lakens-bed),<br />
hetzij door tegenstelling (sterven-geboren; onderoog-overoog), hetzij door<br />
betekenisovereenkomst (angelus-stem-klank). Naarmate de reeks zich voortzet, ziet men<br />
ook dat de reële voorstelling "nooit in het bed sterven" door het woordenspel tot een<br />
onmogelijke wordt: "we zouden willen dat de lakens van het levende bed stierven" en ten<br />
slotte tot een emotie-uitdrukkende metafoor. Het is de versificatie die totale ontbinding<br />
van deze taal voorkomt. Dit mechaniek: reële situatie-onmogelijke situatiegevoelsmetafoor<br />
is in elke reeks werkzaam. Het effect is dat we ongemerkt in de<br />
muzische sfeer worden gebracht, en dat is hier wel nodig ook, als de auteur er prijs op<br />
stelt, dat we de humoristische dialoog tussen een stelselmatig twijfelende, nuchtere God<br />
en een poëtische Adam als waarheid zullen aanvaarden, evenals het daarop volgende<br />
lange gebed van God tot God, een monologue interieur.<br />
<strong>De</strong> tegenstelling tot zulke associatiereeksen vonden we al in Vlooientheater uit Chambreantichambre,<br />
waar 'stromfiel' niets betekent, tot het woord 'stroomprofiel' valt (beloop en<br />
grootte van een dwarse doorsnede van een stroom), en we weer denken aan <strong>Schierbeek</strong>s<br />
neiging om in een rivier (Ofri, <strong>Schierbeek</strong>) een beeld van het of zijn leven te zien. Een<br />
dergelijk spel vinden we ook hier bij Liliths verleiding van Eva: