Wie schrijft die blijft - website Basisvaardigheden
Wie schrijft die blijft - website Basisvaardigheden
Wie schrijft die blijft - website Basisvaardigheden
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
‘<strong>Wie</strong> <strong>schrijft</strong> <strong>die</strong> <strong>blijft</strong>’<br />
Janneke Sleenhof<br />
Samenvatting<br />
In Nederland leven meer dan 1,5 miljoen mensen van wie het lees- en schrijfniveau te laag is om<br />
goed te kunnen functioneren in de huidige maatschappij (Ministerie van Onderwijs, Cultuur &<br />
Wetenschappen, 2008). Deze mensen worden ‘laaggeletterd’ genoemd. Een derde van hen is<br />
allochtoon en van het totale aantal laaggeletterden zijn er zo’n 250.000 echte analfabeten, <strong>die</strong> in het<br />
geheel niet in staat zijn te schrijven en teksten te lezen. De gevolgen zijn groot, zowel voor de<br />
laaggeletterden zelf als voor de samenleving. Uit onderzoek dat is uitgevoerd door de Stichting Lezen<br />
en Schrijven is gebleken dat laaggeletterdheid Nederland jaarlijks zo’n 537 miljoen euro kost. Van de<br />
1,5 miljoen laaggeletterden volgen er slechts 5.000 een lees- en schrijfcursus aan een van de<br />
Regionale Opleidingscentra in Nederland (ROC’s). Docenten met verschillende achtergronden<br />
verzorgen deze zogenoemde NT1-cursussen. Er bestaat geen vast onderwijscurriculum en vaak<br />
maken de docenten voor hun lessen geen gebruik van vaste methoden, maar zoeken zij her en der<br />
zelf hun lesmateriaal bij elkaar (Bohnenn et al., 2004). Door de vergrijzing van de arbeidsmarkt<br />
stromen veel van de huidige docenten in het laaggeletterdenonderwijs binnen nu en vijf jaar uit. Om<br />
de kennis, ideeën en praktijk van deze generatie docenten te beschrijven is dit onderzoek opgezet,<br />
waarin aandacht wordt besteed aan de visie en de onderwijspraktijk van twee docenten in het<br />
laaggeletterdenonderwijs. Hierbij is specifiek gekeken naar de manier waarop docenten tegen de<br />
vaardigheid ‘schrijven’ aankijken en deze onderwijzen.<br />
In dit onderzoek staat de volgende hoofdvraag centraal: ‘Wat is de relatie tussen de visie van<br />
docenten op en hun praktijk van het onderwijs aan laaggeletterden’. Deze vraag is uitgesplitst in vier<br />
deelvragen. Ten eerste wordt de visie van docenten op het lees- en schrijfonderwijs voor laaggeletterden<br />
onderzocht, ten tweede wordt er gekeken naar het handelen van docenten, ten derde wordt specifieker<br />
gekeken naar het onderwijzen van de vaardigheid schrijven en ten slotte komen problemen in het<br />
laaggeletterdenonderwijs en toekomstverwachtingen aan bod.<br />
Om een antwoord te geven op de hoofd- en deelvragen is een meervoudige casestu<strong>die</strong><br />
uitgevoerd, waarbij gebruik is gemaakt van etnografische onderzoekstechnieken. Om het gewenste<br />
datacorpus te verkrijgen zijn er documenten van en over de deelnemende ROC’s bestudeerd,<br />
interviews gehouden met de twee deelnemende docenten (Petra en Yvonne) en boven<strong>die</strong>n zijn de<br />
docenten driemaal geobserveerd tijdens het lesgeven aan hun groep laaggeletterden. Dit onderzoek<br />
kent twee verschillende invalshoeken: lezen en schrijven. De invalshoek schrijven staat centraal in<br />
deze scriptie. Marieke Hanekamp legt in haar scriptie het accent op lezen (Hanekamp, 2008). De<br />
scripties zijn gebaseerd op gezamenlijk uitgevoerd onderzoek en een deel van de hoofdstukken is<br />
gemeenschappelijk geschreven.<br />
De verschillende curriculumdomeinen van Goodlad (1979) zijn in dit onderzoek gebruikt als<br />
ordeningsprincipes voor de data-analyse. Hierbij lag de nadruk op de relatie tussen het<br />
geïnterpreteerde (‘perceived’) curriculum en het operationele (‘operational’) curriculum. Het<br />
geïnterpreteerde curriculum is aan de hand van interviews onderzocht en het operationele curriculum<br />
kwam aan bod met behulp van observaties in het klaslokaal. Bij de analyse van de klassenobservaties<br />
2