Wie schrijft die blijft - website Basisvaardigheden
Wie schrijft die blijft - website Basisvaardigheden
Wie schrijft die blijft - website Basisvaardigheden
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
‘<strong>Wie</strong> <strong>schrijft</strong> <strong>die</strong> <strong>blijft</strong>’<br />
Janneke Sleenhof<br />
Yvonne met name veel aandacht besteedt aan de vorm en niet slechts aan inhoud van teksten. In<br />
bovenstaande figuur is zij dan ook geplaatst in het kwadrant links boven. Zelf zou zij zich echter<br />
plaatsen in het kwadrant rechtsboven, waar haar naam cursief en tussen haakjes is weergegeven. Ze<br />
zegt namelijk dat ze vooral de vorm van een tekst erg belangrijk vindt, maar handelt hier niet naar.<br />
Wanneer Yvonne in haar lessen oefeningen maakt <strong>die</strong> gaan over leren schrijven, zijn dit meestal<br />
oefeningen <strong>die</strong> gaan over spelling. In haar lessen komen boven<strong>die</strong>n vaak grammaticale onderdelen<br />
aan bod, vaker dan zij zelf aangeeft. Ze is meer gericht op het overbrengen van regels dan op het<br />
leren van praktische kennis <strong>die</strong> de cursisten in het dagelijks leven kunnen gebruiken, zoals het<br />
invullen van werkbriefjes. Ze behandelt het onderdeel spelling uitvoerig in de lessen, ook spreekt ze<br />
bijvoorbeeld met een cursist af dat hij de volgende les gaat oefenen in het schrijven van hoofdletters.<br />
In dit geval beschikt Yvonne niet over vakinhoudelijke leerkrachtenkennis (Shulman, 1986) over het<br />
doceren van de inhoudelijke kant van schrijven; dit vindt zij erg lastig. Deze kennis bezit zij wel op het<br />
gebied van spelling. Daar besteedt zij dan ook meer tijd aan in de lessen.<br />
Petra’s positie komt overeen met de opvatting van Browne (1996); hij stelt dat de vorm van<br />
een tekst eigenlijk in <strong>die</strong>nst moeten staan van de inhoud en daarom ondergeschikt is aan het<br />
overbrengen van een boodschap. Zij vindt het belangrijk dat de cursisten een boodschap goed over<br />
kunnen brengen, hierbij spelen een mooi handschrift en perfecte spelling een minder grote rol. Toch<br />
richt ook zij zich bij het onderwerp schrijven regelmatig op het onderdeel spelling en komt niet alleen<br />
de vorm van een tekst aan bod. In de figuur is zij dan ook geplaatst in het kwadrant rechts onder.<br />
Haar naam staat dicht bij de scheidingslijn tussen vorm en inhoud, omdat beide onderdelen aan bod<br />
komen in de lessen. De cursisten komen volgens Petra naar de lessen omdat zij bijvoorbeeld een brief<br />
willen kunnen schrijven, niet om <strong>die</strong>p in te gaan op grammaticale onderdelen. Ze vindt het dan ook<br />
belangrijker dat de cursisten dingen leren <strong>die</strong> zij in het dagelijks leven kunnen gebruiken dan dat zij<br />
de spelling- en grammaticaregels helemaal correct hanteren: ‘Ik wil vooral dat ze ook verder komen in<br />
hun leven, wat bereiken’ (I2-PB). Petra gaat dan ook niet uitvoerig in op de grammatica, zij past<br />
regels toe <strong>die</strong> zij het beste vindt aansluiten bij de cursisten en kijkt voornamelijk naar welke methode<br />
het meeste succes boekt bij de cursisten.<br />
Deelvraag 4: Knelpunten een aanbevelingen.<br />
In de interviews hebben de docenten verschillende knelpunten aangegeven en hebben zij verteld wat<br />
zij graag veranderd zouden zien in de toekomst.<br />
Een belangrijk probleem in het onderwijs aan laaggeletterden is volgens Yvonne dat er geen<br />
goede bijscholing bestaat voor docenten op het gebied van NT1-onderwijs. Dit zou zij erg graag<br />
anders zien. Het zou boven<strong>die</strong>n erg fijn zijn om kant en klaar materiaal voor handen te hebben, dit is<br />
er nu niet genoeg. Het liefst ziet de docent materiaal in modules, geordend naar niveau van de cursist.<br />
Ook is er behoefte aan meer lesmateriaal dat gericht is op schrijven. Volgens Yvonne <strong>blijft</strong> het<br />
laaggeletterdenonderwijs een ondergeschoven kindje en zij hoopt dat er in de toekomst door de<br />
overheid meer geïnvesteerd wordt in dit onderwijs. Ook Petra ziet het materiaal als een knelpunt. Er is<br />
79