Belgisch global change onderzoek 1990-2002 - Federaal ...
Belgisch global change onderzoek 1990-2002 - Federaal ...
Belgisch global change onderzoek 1990-2002 - Federaal ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
62<br />
kg N per km² en per dag<br />
Seine Schelde Rijn Ems Weser Elbe<br />
beluchten van de waterkolom voorziet.<br />
Die hoge investeringen in conventionele<br />
waterzuivering en rivierbeleid resulteren<br />
dus eerder in het paradoxale effect dat er<br />
meer stikstof in de zee terechtkomt.<br />
In een andere studie toonde ULB-ESA<br />
aan dat tertiaire waterbehandeling<br />
(de verwijdering van stikstof en<br />
fosfor uit afvalwater) onvoldoende<br />
is om de toenemende eutrofiëring<br />
van de kustgebieden in de Zuidelijke<br />
Noordzeebocht en de Noordzee op te<br />
lossen als niet tegelijkertijd de input<br />
van stikstof vanuit de landbouw wordt<br />
aangepakt.<br />
Bodemuitloging<br />
Industrie<br />
Huishoudens<br />
Export naar de Noordzee<br />
Schatting van de hoeveelheden stikstof (N) die via<br />
landbouw, industrie en huishoudelijke activiteiten<br />
terechtkomt in rivieren die in de Noordzee uitmonden.<br />
(ULB-GMMA).<br />
ULB-GMMA en ULB-OCEAN bestuderen<br />
eveneens de processen die de<br />
stikstofcyclus in sedimenten beïnvloeden.<br />
Zij ontwikkelden modellen om de recycling<br />
van organisch stikstof te beschrijven<br />
en de stromen van verschillende<br />
- + stikstofverbindingen (NO , NH4 , N2 ) te<br />
3<br />
voorspellen. Hieruit bleek dat de snelle<br />
recyclage van stikstof in de sedimenten<br />
een belangrijke oorzaak is van de hoge<br />
productiviteit van het continentale plat.<br />
Diepe waterlagen<br />
In de jaren 1960-1970 waren <strong>onderzoek</strong>ers<br />
ervan overtuigd dat de belangrijkste bron van<br />
nutriënten voor de kustgebieden de instroom<br />
van rivieren was. Toch blijkt uit recenter<br />
<strong>onderzoek</strong> dat de opwelling van nutriëntrijke,<br />
diepe waterlagen langsheen het continentale<br />
plat zijn belang heeft. Hoe groot dat uiteindelijk<br />
is, was tot voor kort onduidelijk. <strong>Belgisch</strong>e<br />
<strong>onderzoek</strong>ers waren bij de eerste om hierover<br />
experimenten op te zetten.<br />
ULB-OCEAN, ULg-OCEANCHEM en<br />
VUB-ANCH onderzochten de opwelling<br />
van diepe waterlagen en de invloed ervan<br />
op de stikstofcyclus in de Golf van Biskaje.<br />
De verticale vermenging van intermediaire<br />
waterlagen zorgt volgens hen voor een<br />
productie van organisch gebonden koolstof<br />
die tot 200 g koolstof per m 2 en per jaar<br />
bedraagt. Dat is meer dan dubbel zoveel<br />
in vergelijking met de productie die wordt<br />
gemeten in nabijgelegen meetstations in<br />
de open oceaan waar deze opwelling niet<br />
gebeurt. Verder toonden de <strong>onderzoek</strong>ers<br />
aan dat het nutriëntrijke opwellende<br />
water niet tot de Golf van Biskaje blijft<br />
beperkt. Het wordt door de stroming mee<br />
in het Kanaal gestuwd, en dit tot aan de<br />
Zuidelijke Noordzeebocht. In heel dit<br />
gebied zouden de diepe waterlagen van<br />
de Atlantische Oceaan de belangrijkste<br />
bron van stikstofnutriënten zijn, veel<br />
belangrijker dan de rivieren die in de<br />
Noordzee uitmonden.