Belgisch global change onderzoek 1990-2002 - Federaal ...
Belgisch global change onderzoek 1990-2002 - Federaal ...
Belgisch global change onderzoek 1990-2002 - Federaal ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
72<br />
De hoeveelheid koolstof (C) in de<br />
compartimenten is in 10 9 ton (Gt) koolstof<br />
uitgedrukt. (naar IPCC, 1995b).<br />
Onder de vastlegging van koolstof vallen<br />
alle processen waarin koolstof op een quasi<br />
permanente manier wordt gebonden. Het<br />
betreft de opname van koolstof in terrestrische<br />
ecosystemen, in de bodem en gesteenten,<br />
alsook in de oceanen. In deze koolstofputten<br />
komt koolstof onder verschillende vormen<br />
voor: in alle terrestrische ecosystemen als<br />
levende materie, in de oceanen in oplossing<br />
of als calciumcarbonaten en in de bodem<br />
als strooisel en gesteente. De oceaan-<br />
en bodemput vormen veruit de grootste.<br />
De koolstof die in de atmosfeer aanwezig<br />
beheersmaatregelen worden in het model op<br />
nationaal niveau bekeken waardoor ‘het land’ de<br />
basis ruimtelijke eenheid van het model vormt.<br />
De hoeveelheid koolstof in de bodem is<br />
van de ontbindingssnelheid afhankelijk, die op<br />
haar beurt door de boven- en ondergrondse<br />
biomassa, de verhouding van houtachtige tot niet-<br />
houtachtige bestanddelen en de concentratie<br />
aan lignine in de bladeren wordt bepaald. Zo<br />
wordt het verschil van de hoeveelheid koolstof<br />
(C) in de bodem tussen loofbossen (120 kton<br />
C per ha) en naaldwouden (150 kton C per ha)<br />
Kader 12: Koolstofputten<br />
is en in levende organismen zit vervat,<br />
is kwantitatief van minder belang, maar<br />
behoort wel tot de circulerende koolstofput.<br />
Deze koolstof wordt door fotosynthese en<br />
respiratie continu tussen het terrestrische en<br />
het atmosferische systeem uitgewisseld. Een<br />
maat voor de hoeveelheid koolstof die in de<br />
vegetatie wordt geassimileerd, verminderd<br />
met het deel dat in het respiratieproces gaat<br />
verloren, is de Netto Primaire Productie<br />
(NPP). Dit is niet de eigenlijke ‘opbrengst’<br />
voor een vegetatie aangezien steeds een<br />
bijkomstig deel door heterotrofe organismen<br />
wordt verbruikt. De NPP verminderd met dit<br />
deel is dan de Netto Ecosysteem Productie<br />
(NEP).<br />
Hoewel de gesteenten en mineralen als<br />
koolstofput een zeer statisch karakter<br />
hebben, is daarin voornamelijk vanaf<br />
de industriële revolutie verandering<br />
gekomen. Door de verbranding van fossiele<br />
brandstoffen (en terrestrische systemen)<br />
vindt er een belangrijke verplaatsing van de<br />
koolstofmoleculen naar de atmosfeer plaats.<br />
Aangezien deze koolstof als koolstofdioxide<br />
(CO 2 ) vrijkomt en dit molecuul een<br />
broeikasgas is, blijven de gevolgen voor het<br />
klimaat niet uit.<br />
door de invloed van strooiselkwaliteit op de<br />
ontbindingssnelheid verklaard.<br />
Onderzoek naar de <strong>Belgisch</strong>e terrestrische<br />
koolstofputten en –stromingen, dat door<br />
VITO-TAP en UCL-GEOG werd uitgevoerd,<br />
toonde aan dat de koolstofput in de<br />
bosbodem in evenwicht is met deze in de<br />
levende biomassa (zie tabel hieronder).<br />
Om tot deze cijfers te komen, werden<br />
gegevens uit de Vlaamse en Waalse<br />
regionale bosinventarissen gebruikt. De