Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Justitiële verkenningen, jrg. 26, nr. 8, 2000 56<br />
zaken: ‘In elk land zijn er politiefunctionarissen die met de maffia samenwerken.<br />
Helaas moet ik erkennen dat zulks in Turkije ook het geval<br />
is. Ik vind het jammer dat Turkije wordt bestempeld als narcostaat’<br />
(Posta, 18 augustus 2000).<br />
In tegenstelling tot zijn voorganger, met wie ik tijdens een eerder bezoek<br />
heb gesproken, benadrukt Kirmaci de goede samenwerking tussen<br />
de Nederlandse en de Turkse politie op het gebied van smokkel. Over de<br />
uitspraken van de extreem-rechtse politicus Yahnici heeft hij een interessante<br />
mening: deze zou partijdig zijn en er op uit zijn de huidige top van<br />
de politie zwart te maken teneinde een andere groep bij de politie aan de<br />
macht te brengen. Naar zijn mening zou de politie nimmer zo gemotiveerd<br />
zijn geweest om de georganiseerde misdaad uit te bannen. Maar er<br />
zijn ook mensen – waarbij hij niet doelt op Yahnici – die dit proces graag<br />
willen terugdraaien. Hij bestrijdt dat de overheid oogluikend toekijkt bij<br />
drugshandel en beweert dat de Turkse politie vorig jaar meer in beslag<br />
heeft genomen dan alle Europese politiediensten bij elkaar. Hij vindt dat<br />
Europese landen de handen in eigen boezem moeten steken: ‘de Europese<br />
landen zijn medeverantwoordelijk voor de productie van en handel<br />
in heroïne. Azijnzuuranhydride (onmisbaar bij de productie van heroïne)<br />
wordt geproduceerd door Engeland, Frankrijk , Duitsland en Nederland.<br />
Deze landen nemen onvoldoende maatregelen tegen het transport daarvan,<br />
staan het zelfs oogluikend toe omdat de productie zo winstgevend<br />
is. Nederland slaat de aanbevelingen van de VN in de wind’. Hij waarschuwt<br />
de Europese landen: ‘Ze moeten zich realiseren dat deze chemische<br />
stof naar Europa terugkomt als heroïne. Bovendien worden Ceptagon<br />
en XTC uit Europa naar Istanbul gestuurd’.<br />
Conclusies<br />
In mijn eerder aangehaalde boek heb ik beschreven dat de georganiseerde<br />
criminaliteit en verschillende onderdelen van de Turkse staat zeer<br />
nauw met elkaar zijn vervlochten. Of men Turkije op grond daarvan een<br />
‘narco-staat’ noemt of die term reserveert voor landen waarin de staat<br />
volledig wordt gecontroleerd door drugshandelaren is een kwestie van<br />
definitie. Van belang is mijns inziens vooral om na te gaan welke conflicten<br />
zich afspelen binnen en tussen de Turkse staatsapparaten over de<br />
betrokkenheid bij georganiseerde criminaliteit. Die gespletenheid vindt<br />
men in tal van maatschappelijke instituties, ondermeer in de media.<br />
Naast zeer kritische analyses treft men artikelen aan waaruit onmiskenbaar<br />
bewondering blijkt voor maffiosi.<br />
Velen met mij hebben betoogd dat de georganiseerde criminaliteit bestaat<br />
uit meer dan drugshandel en -productie alleen. In dit artikel heb ik<br />
getracht te laten zien dat het conflict na het ongeval bij Susurluk is verhevigd<br />
en dat, wat ik voor het gemak de anti-drugskrachten noem, hun<br />
positie hebben versterkt. De duidelijkste resultaten daarvan zijn het rapport<br />
van de parlementaire onderzoekscommissie en de wetten tegen het