Installation and Operating Instructions Инструкция за монтаж и ...

NL
2. Inbedrijfneming Volgende gevaren kunnen van het medium en de klep uitgaan:
160
• Kritische bedrijfsvoorwaarden kunnen ontoelaatbare
geluidsniveaus en trillingen veroorzaken.
Gehoorschade, vaat- en zenuwstoringen, gewricht- en skeletveranderingen !
• Ondeskundig onderhoud kan tot de emissie van thermische,
cryogene en toxische bedrijfsmedia leiden.
Verbrandings-, bevriezings-, aantastings-, vergiftigingsgevaar !
• De temperatuur van het bedrijfsmedium gaat over naar het
oppervlak van de klep.
Bevriezings-, verbrandings-, explosiegevaar !
Omdat de gevarenbronnen in het invloedgebied van de
exploitant liggen, moet deze de nationale en internationale
milieudocumentatie in acht nemen, de overeenkomstige
grenswaarden voor werkplaatsen door geschikte lokale
veiligheidsmaatregelen aanhouden, resp. zijn personeel
overeenkomstig onderrichten.
Vanwege het gevaar voor verwonding is het werken
tussen juk/kolommen tijdens het bedrijf verboden !
Worden de genoemde gevarenbronnen door geschikte lokale
maatregelen vermeden, kan de klep in de pijpleiding worden
geplaatst en hiermee worden verbonden. Daarbij moet worden
gelet op:
• Flensverbinding:
Het verbindingsmateriaal (afdichtingen, schroeven, moeren)
zijn niet in de leveringsomvang opgenomen !
Flensafdichtingen centraal plaatsen, het niet hiermee in overeenstemming zijn
kan tot lekkage leiden en een verhoogd geluidsniveau tot gevolg hebben !
Wordt de reiniging van compleet gemonteerde pijpleidingen door spoelen of
uitblazen verricht, dan moet de regelklep door een pashuls worden vervangen !
• Lasverbinding:
Het inlassen moet volgens de geldige lastechnische richtlijnen
geschieden !
Na het lassen moet de pijpleiding nogmaals zorgvuldig worden gereinigd.
Regelkleppen moeten deskundig geopend en opgehoopte vuildeeltjes verwijderd
worden. Het openen van de klep moet aan de fabrikant schriftelijk worden
medegedeeld !