04.05.2013 Views

Vel 249. 963 Tweede Kamer.

Vel 249. 963 Tweede Kamer.

Vel 249. 963 Tweede Kamer.

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Vel</strong> 259. 1003 <strong>Tweede</strong> <strong>Kamer</strong>.<br />

28ste VEEGADEEING. — 12 DECEMBEE 1933.<br />

2. Vaststelling van hoofdstuk VI (Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen) der Rijksbegrooting voor 1934.<br />

(Zandt.)<br />

anders dan haar veroordeelen, het daarbij ten diepste betreurende,<br />

dat zoovele duizenden van kinderen buiten het licht des<br />

Evangelies op school worden opgevoed.<br />

Met onverzwakte kracht bepleiten wij dan ook tot terugkeer<br />

van het beginsel, dat op het terrein van het onderwijs eenmaal<br />

door onze Gereformeerde vaderen beleden werd en in practijk<br />

gebracht is. Het pleiten daarvoor moge niet naar den smaak<br />

dezer eeuw zijn, ons smaad en hoon, bespotting en beschimping<br />

op den hals halen, nochtans mag dit ons niet weerhouden om<br />

het met alle macht voor te staan. Dat beginsel toch rustte niet<br />

op louter menschelijk inzicht, doch sproot voort uit den eisch<br />

van Gods Woord en werd beleden niet alleen door de belijdenisschriften<br />

der Nederlandsche kerk, maar door die van al de oude<br />

Gereformeerde Kerken van gansch Europa.<br />

Wie hierbij zegt, gelijk de Minister in zijn Memorie van Antwoord<br />

het zegt, dat dit beginsel on-Nederlandseh is, ziet over<br />

het hoofd, dat het Nederlanders waren en wel uitnemende<br />

Nederlanders, die eenmaal menigmaal ten koste van eigen lijf<br />

en leven het hebben voorgestaan. Het waren toch onze eigen<br />

vrijheidshelden, de grondleggers van ons eigen Nederlandsen,<br />

gemeenebest, die in het bloeitijdperk van ons volksbestaan dat<br />

beginsel in practijk hebben gebracht.<br />

Wie daarbij aanvoert, gelijk de Minister doet, dat dit beginsel<br />

slechts voor verwezenlijking vatbaar zou zijn onder een<br />

volk, dat het algemeen deelt, verliest de historie van ons land<br />

uit het oog. Niet toch in een tijdperk, toen onze vaderen in<br />

de meerderheid waren, maar wel toen zij nog in de minderheid<br />

waren, toen de brandstapels nog tegen hen rookten en zij in<br />

een zwaren strijd met het overmachtige Spanje gewikkeld<br />

waren, hebben zij dit beginsel tegen een overmacht van vijanden<br />

in beleden en tot verwezenlijking gebracht. Zij leefden<br />

daarbij niet als revolutionnairen bij de tel, of als liberalen en<br />

vrijzinnig-democraten bij het stelsel van de helft i>\us één,<br />

maar in geloof en geloofskracht hadden zij hun hart en oog<br />

gericht op Gods ordinantiën en hebben zij zich, als ziende den<br />

Onzienlijke, niet tevergeefs op den almachtigen God verlaten.<br />

Hoe onmogelijk het ook mocht schijnen, dat bij zoo geduchten<br />

tegenstand het beginsel van artikel 30 der Nederlandsche<br />

Geloofsbelijdenis ooit in verwezenlijking zou gaan, toch is het ook<br />

ten aanzien zelfs van het onderwijs eenmaal in ons land in de<br />

practijk verwezenlijkt. Dit onderwijs heeft in vroeger eeuwen<br />

liet zijne er toe bijgedragen, dat ons kleine Nederland eenmaal<br />

groot was en vermaard onder al de volken der wereld werd.<br />

Dit stelsel is ons volk tot ongemeen grooten zegen geweest en<br />

heeft medegewerkt, dat de vreeze Gods, kunde en bekwaamheid<br />

veelvuldig onder ons volk gevonden werden.<br />

Twee eeuwen heeft het bestaan. En toen onder vreemden invloed,<br />

nl. van de Franschen, de godsdienstlooze godsdienstigheid<br />

en de onverdraagzame verdraagzaamheid in naam der verlichting<br />

dit beginsel uit de school verdrongen, is er een schoolstrijd<br />

ontstaan, die, met groote hevigheid gevoerd, ons volk een eeuw<br />

lang in groote beroering gebracht heeft. En ook nu nog, ondanks<br />

het systeem van elk wat wils, is op het schoolgebied de vrede<br />

allerminst wedergekeerd. Ten bewijze daarvan heb ik Zijn<br />

Excellentie slechts te herinneren aan wat vriendenmond sprak.<br />

Het zijn verklaringen van zeer recenten datum bovendien. Op<br />

het congres van „Volksonderwijs", een vereeniging, waarvan,<br />

naar verklaring van den vice-voorzitter, Minister mr. Oud de<br />

eminente voorzitter was, sprak de vice-voorzitter de heor N.<br />

Kropveld, volgens een verslag in het Algemeen Handelsblad,<br />

Zaterdag de volgende veelzeggende woorden:<br />

„Onverbiddelijk wordt in alle deelen van ons land de<br />

schoolstrijd gevoerd, geen dorp van ons land, geen gehucht,<br />

hoc klein ook, of het kent de verdeeldheid, die de schoolstrijd<br />

brengt."<br />

Deze spreker zag bovendien in verband met de te nemen en<br />

genomen maatregelen van den Minister zulke ernstige, dreigende<br />

gevaren voor het lager onderwijs, het openbaar onderwijs en de<br />

onderwijzers, dat hij met klem en kracht de vergadering opriep<br />

tot den strijd onder de leuze: ,,Wii dienen paraat te zijn."<br />

Zulk een leuze voorspelt voor de hooggeroemde pacificatie<br />

Handelingen der btaten-Generaal. — 1933—1934. — II.<br />

van 1920 weinig goeds. Zij geeft een overtuigend en afdoend<br />

bewijs van de groote ontevredenheid, die zich in breede kringen<br />

van de voorstanders van het openbaar onderwijs al meer met den<br />

dag openbaart. Sterke ontevredenheid dreigt te komen ook in de<br />

kampen van hen, die het huidig bijzonder onderwijs een warm<br />

hart toedragen, wanneer ook straks daarin zware slagen moeten<br />

vallen. Zeer vele belastingbetalers zijn al sinds lang ontevreden,<br />

wanneer zij aan de vele scholen en aan de hooge onkosten van<br />

ons onderwijs dachten. Heel een noodlijdende bevolking gevoelt<br />

zich gegriefd en begint al luide te morren, wanneer zij ziet<br />

de paleizen van scholen, die bij het vigeerend onderwijsstelsel<br />

gebouwd zijn, welke dnar staan als monumenten van overdaad<br />

en verkwisting, te midden van ellende en ontbering. Een overtalrijk<br />

heir van ontevredenen en teleurgestelden staat straks op,<br />

dat den jubelzang over de pacificatie van 1920 verre zal overstemmen.<br />

Mijnheer de Voorzitter! Dit alles overwegende, gevoel ik mij<br />

des te meer geroepen om met allen aandrang den terugkeer tot<br />

het beginsel der vaderen te bepleiten.<br />

Het huidig systeem is onhoudbaar vanwege zijn groote ondraaglijke<br />

financieele lasten, onverdedigbaar, terwijl het ongeloof<br />

en bijgeloof grootelijks bevordert en de openbare school, waarin<br />

Gods Woord als grondslag verboden is, aan ongodistenj en<br />

revolutie overlevert, onrechtvaardig, dewijl het in strijd met<br />

eigen leidend beginsel, namelijk met dat van gelijke rechten voor<br />

allen, den grooten geeft, wat het den kleinen onrechtmatig onthoudt,<br />

dat systeem is verfoeilijk, bovendien daar het, onuitvoerbaar<br />

als het in de practijk is, zijn eigen beginselen verloochent<br />

en verloochenen moet en daarom een bron van ontevredenheid<br />

moet zijn, gelijk de teekcnon en bewijzen daarvan zich nu reeds<br />

ruimschoots openbaren. En toch Mijnheer de Voorzitter, dit is<br />

niet de eigenlijke en voornaamste reden, waarom ik aandring op<br />

het welbeproefde beginsel der vaderen. Het is om den eisch<br />

Gods, der Overheid opgelegd, dat ik, al staat nog zooveel daartegen<br />

op, in dezen geen kamp geven mag. Het onbedrieglijk,<br />

eeuwig blijvende Woord Gods mag bij het onderwijs het "kind<br />

niet onthouden worden. Te recht hebben de Gereformeerde<br />

vaderen, in navolging van en in overeenstemming met de oude<br />

Christelijke Kerk, op grond van Gods Woord, hierbij een taak<br />

voor de Overheid zisn weggelegd. Zij heeft te steunen met de<br />

haar ten dienste, staande middelen slechts zulk een onderwijs,<br />

dat naar den Woorde Gods is.<br />

Al moge de heer Zijlstra het beginsel der vaderen tyrannie<br />

noemen, het bevat nochtans de ware vrijheid, al veroordeelt hot<br />

die vrijheid, die tot een dekmantel van het kwade misbruikt<br />

wordt. Al moge genoemde heer van het beginsel der vaderen<br />

gezegd hebben, dat het communisme kweekt, al moge het de<br />

antirevolutionnairen nog zoozeer mishagen en al moge een<br />

vrijzinnig-democratisch Minister zich gelukkig prijzen, dat zulk<br />

een beginsel thans geen practijk is, nochtans zal de uitkomst<br />

bewijzen, dat, waar Gods Woord in eere is, het communisme<br />

ten doode is opgeschreven en dat slechts daar het geluk is verzekerd,<br />

waar Gods gebod in eere is.<br />

Kwam het beginsel der vaderen weder in practijk, hot schoolwezen<br />

zou naar den eisch van Gods Woord zijn ingericht en<br />

daarbij zou bovendien een enorme besparing van uit"aven ten<br />

bate van Eijk en gemeenten verkregen zijn.<br />

Mijnheer de Voorzitter! Ik ga thans over tot de bespreking<br />

van een ander punt en wel tot dat van de noodzakelijke bezuiniging.<br />

Onder die leden, die in het Voorloopig Verslag 'ten aanzien<br />

van ons onderwijs op ingrijpende bezuinigingen hebben aangedrongen,<br />

behoort ook onze fractie. Het heeft ons minder verrast<br />

dan teleurgesteld, dat de Ministor, waar hij tot bezuiniging<br />

overging, niet als een van zijn eerste maatregelen van bezuiniging<br />

een wetsvoorstel bij de <strong>Kamer</strong> heeft ingediend, waarbij op<br />

de salarissen van de kloosterling-onderwijzers aanmerkelijk bezuinigd<br />

werd. Onze teleurstelling is verklaarbaar, daar de<br />

Minister als <strong>Kamer</strong>lid toch met zijn fractie tot tweemalen toe<br />

zijn stem heeft uitgebracht vóór een motie, welke, ware<br />

zij door de Eegeering overgenomen en uitgevoerd, een zeer<br />

aanzienlijke besparing ten bate van de Overheidskassen cegeven<br />

zou hebben. Ons blijft echter nog immer de hoop over,

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!