SCRIPTIE AdeGrdef3.indd
SCRIPTIE AdeGrdef3.indd
SCRIPTIE AdeGrdef3.indd
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
22<br />
5 Janelle, Spatial reorganisator:<br />
a model and a concept,<br />
1969<br />
6 Atzema et al., ibid, 2002<br />
7 Christaller, (1933), gelezen<br />
in Atzema et al., ibid,<br />
2002<br />
8 Kloosterman, ‘De taaie<br />
lagen van het stedelijk<br />
economisch landschap’,<br />
2008<br />
9 Musterd en Ostendorf,<br />
‘Creative Cultural Knowledge<br />
Cities: Perspectives<br />
en Planning Strategies’,<br />
p.119. 2006<br />
10 Bontje, Creativity and diversity:<br />
key challenges to<br />
the 21st-century city, 2006<br />
11 Florida, The Rise of the<br />
Creative Class, and How<br />
It is Transforming Work,<br />
Leisure, Community and<br />
Everyday Life, 2002<br />
BEWEEGREDENEN<br />
Janelle 5 stelt vooral een duidelijke, ‘harde’ basisvoorwaarde voor<br />
een goede locatie: bereikbaarheid. Zijns inziens staat dit centraal<br />
voor bedrijven om in een regio goed te kunnen functioneren.<br />
Waar bereikbaarheid tekort schiet, gaat men naar oplossingen<br />
zoeken.<br />
De meest logische oplossing is zoeken naar nieuwe transportmiddelen:<br />
nieuwe wegen, kanalen, spoorlijnen, hoge snelheidstreinen,<br />
vliegvelden, tunnels. Als verbeteringen gerealiseerd<br />
worden, leiden deze in Jannele’s overtuiging tot steeds nieuwe<br />
en betere interacties, maar ook tot nog meer verkeer. De belangrijkste<br />
trajecten liggen tussen gebieden waar zich al veel economische<br />
interactie ontwikkeld heeft, waardoor een steeds grotere<br />
inzet van materiaal op die lijnen, ondanks de hogere kosten,<br />
toch de meeste rendabiliteit oplevert. Honderd jaar geleden was<br />
de tijd die nodig was om van Amsterdam naar Leiden te reizen<br />
beduidend groter dan tegenwoordig de tijd die nodig is om van<br />
Amsterdam naar Londen te vliegen. Een gebied met een sterke<br />
uitgangspositie zal, wanneer aan de bereikbaarheidsvoorwaarde<br />
is voldaan, door al deze investeringen zijn positie enorm zien<br />
verbeteren. 6<br />
Christaller 7 ontwikkelde een theorie over de centrale plaatsenhierarchie,<br />
met de focus op de relaties tussen steden. Het gaat hier<br />
om een relatie tussen het ruimtelijke patroon van steden en dorpen<br />
en hun marktfunctie, waarbij geldt dat de dienstensector de<br />
landbouw en industrie voorbijgestreefd is. In deze theorie wordt<br />
ervan uitgegaan dat de belangrijkste stad in een gebied over het<br />
grootste aandeel in de voorzieningen beschikt en eveneens over<br />
het grootste aantal inwoners. De kleinere steden en dorpen in dit<br />
gebied zijn daarbij volgens een gestructureerd patroon genesteld<br />
(nested) in een volgorde van groot naar minder groot; minder inwoners<br />
betekent ook kleiner verzorgingsgebied.<br />
Door de ontwikkeling van de kenniseconomie en nationale en<br />
internationale concurrentie verschuift het middelpunt evenwel<br />
naar grotere belangrijkere steden over de landsgrenzen heen.<br />
Kloosterman 8 illustreert dit als volgt: de verhuizing van advoca-<br />
tenkantoren van Rotterdam naar Amsterdam is hiervan een exponent,<br />
maar evenzeer de verplaatsing van hoogwaardige financiële<br />
diensten van Amsterdam naar Londen.<br />
Christallers theorie geeft bovendien aan dat de vestigingsplaats<br />
van verzorgende, op de consument georiënteerde bedrijven samenhangt<br />
met de specialisatiegraad. Er bestaat een grotere kans<br />
dat je een poppendokter aantreft in Amsterdam dan in een klein<br />
dorp als Tytjerksteradiel. Wat net zo geldt voor een bruisend boekenbal<br />
of voor de top van de Nederlandse advocatuur.<br />
In het boek van Atzema worden overigens kanttekeningen gezet<br />
bij deze theorie: Maar Christaller vergeet, dat er een groot<br />
verschil bestaat tussen de verlangens van consumenten. Mensen<br />
ontwikkelen in de huidige kenniseconomie ook een grotere internationale<br />
variatie aan leefstijlen en een grotere diversiteit aan behoeften.<br />
Hierdoor ontwikkelen zich steeds grotere winkelcentra<br />
(en op het terrein van de advocatuur, juridische full service kantoren,<br />
AG) die met elkaar concurreren in goede bereikbaarheid<br />
en zich onderscheiden door thematisering en het steeds groeiende<br />
voorzieningenaanbod, waardoor ook het verzorgingsgebied<br />
blijft toenemen. Christallers regelmatige voorzieningenhiërarchie<br />
gaat hierdoor in de praktijk verloren.<br />
3.2.2 Theorie van zachte locatiefactoren<br />
Ofschoon de voorgaande theorie over ‘harde’ en klassieke locatiefactoren<br />
nog steeds opgaat bij het verklaren van vestigingspatronen<br />
van ondernemers, gaat het debat ook steeds meer over<br />
de ‘zachte’ factoren die invloed hebben op dit proces. Zachte<br />
factoren kunnen eveneens een rol spelen bij de aantrekkelijkheid<br />
van een specifieke woonomgeving. 9 Startende kenniswerkers zijn<br />
bijvoorbeeld volgens Bontje 10 graag verbonden aan de stad, totdat<br />
zij zich in de levensfase bevinden, waarin gezinnen worden<br />
gevormd en kinderen komen: dan zullen de meesten de stad juist<br />
liever uitgaan.<br />
Florida 11 meent dat creativiteit, kennis en innovatie in de toekomst<br />
steeds meer de cruciale competitieve elementen zijn voor