Verzameld werk - Tropische jaren - De open ruimte
Verzameld werk - Tropische jaren - De open ruimte
Verzameld werk - Tropische jaren - De open ruimte
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Cornets de Groot www.cornetsdegroot.com<br />
<strong>Tropische</strong> <strong>jaren</strong> 32<br />
Hoofdstuk VIII<br />
[p. 52]<br />
Tussen de missigit en het Hollandse Huis lagen de Indische woningen achter hun<br />
voortuinen, in de schaduw verscholen. Tussen die twee polen knetterde het als een<br />
lekkende elektrische ontlading. En dat kwam niet alleen door de keiharde jazzmuziek die<br />
Edward ons horen liet: dit was eenvoudig een muzikale straat, vol piano- en vioolklanken<br />
en zang, van Mozart tot Chopin, van Schubert tot Strauss & Co. Was het de muziek die<br />
ons, en ik bedoel eigenlijk: mij, aan de straat verbond?<br />
Maar waar zou je in 's hemelsnaam heen moeten, nu Elly, Borstel, Erik, Hansje en Robbie<br />
Bron verdwenen waren? Nu de Jappen je opwachtten, en kampongs waar men je niet<br />
kende ronduit onvriendelijk konden zijn? Zeker, de missigit betreurde haar slordigheid en<br />
dat witte roversnest, daar in de hoogte, hief zijn dreigende vinger. Maar ook wij hadden<br />
een ziel, en die drukte haar stempel evenzeer op deze straat, die steeds minder<br />
verkeersader werd en steeds meer leef<strong>ruimte</strong>. <strong>De</strong> straat nodigde ons uit. <strong>De</strong> straat was<br />
ons lot, ons theater, onze wondertuin en soms - al te zelden - onze peepshow.<br />
Ik ontmoette er Lie Kim Kong, een bescheiden jochie, klein, gespierd, maar met een<br />
vriendelijke oogopslag. Het moest moeite kosten, dacht ik, om zulke zware oogleden<br />
<strong>open</strong> te houden, een hele dag lang, en dit dan zo vriendelijk te doen. Zeg bij voorbeeld<br />
267810 + 3167 + 76291 tegen hem. Dan knipperde hij even met die ogen, bewoog zijn<br />
lippen mee met het getal dat je zei, en dan gaf hij het antwoord: 347268. Het klopte<br />
altijd. Wat niet altijd klopte was, dat je zelf de getallen vergeten was die je hem had<br />
opgegeven. Muzikaal was deze knaap niet, geloof ik. Misschien maakten ze thuis Chinese<br />
muziek. Hun vuur<strong>werk</strong> zouden ze wel tot de dag van de bevrijding moeten laten liggen.<br />
Maar hij schaakte. En goed ook. Hij stelde me voor aan meneer Mohr, een Duitser van<br />
het goede soort, die in '34 Duitsland ontvluchtte en nog heel wat meenam<br />
[p. 53]<br />
uit het land der ontaarden: Max Beckmann, Heinrich Zille, Paula Modersohn, Schmitt-<br />
Rottluff, maar ook <strong>De</strong>rain, Jan Sluyters... Hij was nu eens níet gearresteerd, omdat een<br />
aanvraag tot naturalisatie nog liep en invloedrijke ambtenaren tot zijn vriendenkring<br />
behoorden. Zei hij. Hij schaakte ook, deze vrijgezel, soms speelden we hele toernooien.<br />
Meneer Mohr bewoog zich altijd heel voorzichtig, hij moest wel met die buik.<br />
Toen ik hem eens mijn boek Il nudo nel disegno europeo toonde, bekeek hij dat met<br />
aandacht. Hij krabde zich op de kale kop, keek over zijn brilleglazen mijn richting uit en<br />
kneep zijn lippen samen. Toen vroeg hij: 'Interesseer jij je hiervoor?'<br />
'0 ja,' zei ik. 'Zo zou ik ook wel willen tekenen.'<br />
'Goed, dan zal ik je dat leren,' zei hij. En hij stond op en pakte een map en toonde me<br />
een paar etsen en tekeningen. 'Bosboom... Junghuhn... Spies...,' zei hij, even achteloos<br />
als trots.<br />
Hij haalde boeken uit zijn kast en liet me zien wat Rembrandt gemaakt had, en Vermeer,<br />
plaatjes die ik wel kende uit andere boeken. Maar hij versloeg me, toen hij met een paar<br />
impressionisten kwam: Manet, Monet. Ik was verpletterd. Niet in het minst door de<br />
dingen die hij over hun <strong>werk</strong> vertelde, en over het licht daarin. En dat het afgel<strong>open</strong> was<br />
met goden en godinnen, helden, heiligen met flauw vallende ogen, boeren en hun<br />
verhaaltjes. 0, niet dat er opeens <strong>ruimte</strong> kwam voor gewone mensen, hoewel - maar er<br />
was <strong>ruimte</strong> gekomen voor het schilderen zelf. Voor de muziek, de poëzie ervan.<br />
Toen ik de volgende dag kwam, stond er een gipsen tors van een vrouw voor me klaar.<br />
Die moest ik natekenen. Hij had er een schijnwerper op gezet, zodat het spierwitte beeld<br />
aan de niet belichte kant een uiterst genuanceerd schaduwspel liet zien. Op van dat