Van de goede wil naar de vrije wil… - Merijn Fagard
Van de goede wil naar de vrije wil… - Merijn Fagard
Van de goede wil naar de vrije wil… - Merijn Fagard
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Van</strong> <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> <strong>wil</strong> <strong>naar</strong> <strong>de</strong> <strong>vrije</strong> <strong>wil</strong>... – eindverhan<strong>de</strong>ling – <strong>Merijn</strong> <strong>Fagard</strong> – 2006-‘7 – A. Burms<br />
louter illustreren (echter niet in het algemeen bewijzen), hoe het egoïstische individu er in zou<br />
kunnen slagen om in<strong>de</strong>rdaad, uit zichzelf, voldoen<strong>de</strong> substantie te halen nodig om van alle<br />
mogelijke situaties waarin het individu allemaal kan terechtkomen, ook die absoluut<br />
bevredigen<strong>de</strong> situatie te maken die Stirner ons met zijn ethische aanbevelingen belooft<br />
wanneer hij ons schrijft ‘daß <strong>de</strong>r Egoist am besten fährt’. 45<br />
Nochtans is dit misschien een onterechte kritiek. Stirner weigert eenvoudig zijn zelf, als<br />
het zelf van <strong>de</strong> egoïst, te omschrijven in algemene termen. Dat lijkt voor zijn positie intrinsiek<br />
onmogelijk te zijn, omdat het resultaat van een <strong>de</strong>rgelijke omschrijving weer een i<strong>de</strong>e zou<br />
zijn, waarvan <strong>de</strong> egoïst het volgen<strong>de</strong> moment alweer niet kan garan<strong>de</strong>ren dat <strong>de</strong>ze zijn hele<br />
wezen uitdrukt. Het ik, in zijn volle concreetheid en rijkdom, kan niet wor<strong>de</strong>n uitgedrukt in <strong>de</strong><br />
vorm van een algemene i<strong>de</strong>e. Ten eerste niet, omdat geen enkel algemeen kenmerk voldoen<strong>de</strong><br />
concreet is om het ik als concreet ding geheel te vatten. Ten twee<strong>de</strong> niet omdat <strong>de</strong> inhoud van<br />
elke i<strong>de</strong>e ook te beperkt is, om <strong>de</strong> rijkdom van het ik geheel te vatten. <strong>Van</strong>daar ook misschien<br />
dat Stirner zich in zijn boek beperkt tot een beschrijving van het concrete gedrag van <strong>de</strong><br />
concrete egoïst in concrete situaties. Komt het er dan op aan, uit al <strong>de</strong>ze beschrijvingen een<br />
algemeen beeld van het egoïstische zelf te <strong>de</strong>stilleren, dan schrijft Stirner:<br />
Man sagt von Gott: “Namen nennen dich nicht”. Das gilt von Mir: kein begriff drückt<br />
Mich aus, nichts, was man als mein Wesen angibt, erschöpft Mich; es sind nur Namen.<br />
Gleichfalls sagt man von Gott, er sei vollkommen und habe keinen Beruf, nach<br />
Vollkommenheit zu streben. Auch das gilt allein von Mir.<br />
Eigner bin ich meiner Gewalt, und ich bin es dann, wenn ich mich als Einzigen weiß.<br />
Im Einzigen kehrt selbst <strong>de</strong>r Eigner in sein schöpferisches Nichts zurück, aus welchem er<br />
geboren wird. Je<strong>de</strong>s höhere Wesen über Mir, sei es Gott, sei es <strong>de</strong>r Mensch, schwächt das<br />
Gefühl meiner Einzigkeit und erbleicht erst vor <strong>de</strong>r Sonne dieses Bewusstseins. [...]. 46<br />
Het zelf is voor Stirner te concreet (Einzig) en te rijk (kein begriff [...], erschöpft Mich) om<br />
het in algemene termen te kunnen begrijpen. En bovendien heeft het genoeg aan zichzelf en<br />
aan <strong>de</strong> macht die het zelf bezit. Hoe klein <strong>de</strong>ze overigens ook is. Want <strong>de</strong>ze is enkel klein,<br />
indien dit zelf vergeet dat het eigenlijk enkeling is en verkeer<strong>de</strong>lijk meent zich te moeten<br />
i<strong>de</strong>ntificeren met een uiterlijk gegeven roeping, opdracht of an<strong>de</strong>r wezen. Als enkeling echter<br />
45 Ibi<strong>de</strong>m, p. 5.<br />
46 Ibi<strong>de</strong>m, p. 412.<br />
34