02.05.2013 Views

Van de goede wil naar de vrije wil… - Merijn Fagard

Van de goede wil naar de vrije wil… - Merijn Fagard

Van de goede wil naar de vrije wil… - Merijn Fagard

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Van</strong> <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> <strong>wil</strong> <strong>naar</strong> <strong>de</strong> <strong>vrije</strong> <strong>wil</strong>... – eindverhan<strong>de</strong>ling – <strong>Merijn</strong> <strong>Fagard</strong> – 2006-‘7 – A. Burms<br />

ervaart het in zichzelf steeds weer <strong>de</strong> macht om volledig uit het niets zichzelf als eige<strong>naar</strong> van<br />

<strong>de</strong> gehele werkelijkheid opnieuw te (her)scheppen. Hoe gaat echter dit proces in zijn werk?<br />

Stirner illustreert het in zijn boek aan <strong>de</strong> hand van ontelbaar veel voorbeel<strong>de</strong>n. Deze omvatten<br />

wellicht alle mogelijke betekenisvolle situaties die het egoïstische individu kan tegenkomen.<br />

Stirner verzuimt het echter om het gemeenschappelijke element in al <strong>de</strong>ze reacties van <strong>de</strong><br />

egoïst op <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> levenssituaties ook in algemene termen en zon<strong>de</strong>r het gebruik van<br />

metaforen over te doen. Wat is precies <strong>de</strong> algemene kern van han<strong>de</strong>len uit zichzelf? Het lijkt<br />

correct van Stirner om te weigeren het zelf van <strong>de</strong> mens rechtstreeks in algemene termen te<br />

beschrijven. Want op die manier kan het zelf niet wor<strong>de</strong>n gevat. Deze consequente <strong>de</strong>nker<br />

doet <strong>de</strong>rhalve terecht zijn best om dit zelf daarom indirect te bena<strong>de</strong>ren, via een bespreking<br />

van <strong>de</strong> reacties ervan in <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> levenssituaties. Dit schept namelijk ook een beeld<br />

van het zelf, zij het niet zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> entourage van een breed gamma aan concrete gedragingen.<br />

In <strong>de</strong> beschrijving van <strong>de</strong>ze gedragingen, springt, naast een beeld van <strong>de</strong>ze gedragingen, ook<br />

het beeld <strong>naar</strong> voren van het zelf dat <strong>de</strong>ze gedragingen bewerkt. 47 Stirner verzuimt het echter<br />

om het gemeenschappelijke element in al <strong>de</strong>ze gedragingen ver<strong>de</strong>r te beschrijven en zo tot <strong>de</strong><br />

meest directe werkingen te komen van het zelf. Steiner lijkt dit wel te doen, wanneer hij het<br />

<strong>de</strong>nken van <strong>de</strong> mens poogt te beschrijven. In algemene termen geeft hij dan weer, wat Stirner,<br />

als het gemeenschappelijke element in alle gedragingen van het egoïstische individu, wellicht<br />

überhaupt niet lijkt te zien. Ook Steiner accepteert dat het zelf van <strong>de</strong> mens alleen maar via<br />

haar werkingen te bena<strong>de</strong>ren valt. Hij gaat echter een an<strong>de</strong>re weg dan Stirner, door dieper in<br />

te gaan op wat hij beschouwt als <strong>de</strong> kern van al het menselijke gedrag; namelijk: het <strong>de</strong>nken. 48<br />

47 Deze gedachte ontlenen we aan Goethe die analoog, in zijn kleurenleer, het licht probeert<br />

te on<strong>de</strong>rzoeken. In het voorwoord van zijn kleurenleer (Goethes naturwissenschaftlichen<br />

Schriften, Rudolf Steiner (ed.), Bd. III, p. 77) stelt Goethe dat het eigenlijk niet mogelijk is,<br />

het (onzichtbare) wezen van iets rechtstreeks (in woor<strong>de</strong>n) te beschrijven. We kunnen het<br />

enkel bena<strong>de</strong>ren via <strong>de</strong> (waarneembare, zichtbare) werkingen ervan. Het op zich<br />

onzichtbare licht als <strong>de</strong> oorzaak (het wezen) van <strong>de</strong> zichtbare kleuren zoekt Goethe te<br />

leren kennen door op <strong>de</strong> kleurverschijnselen on<strong>de</strong>rzoekend in te gaan. Toch levert ons dit<br />

niet alleen kennis op over het wetmatig samenhangen<strong>de</strong> gedrag van <strong>de</strong> kleuren, maar<br />

daarin ook over (het wezen van) het licht! Goethe illustreert <strong>de</strong>ze werkwijze als volgt. Het<br />

karakter van een man is niet te beschrijven los van zijn da<strong>de</strong>n. Beschrijven we echter <strong>de</strong><br />

da<strong>de</strong>n van die man, dan zal uit <strong>de</strong>ze beschrijving ook een beeld van zijn karakter <strong>naar</strong><br />

voren springen. Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze menen wij, dat ook Stirner – en Steiner - <strong>de</strong> natuur van<br />

het zelf (en voor Steiner: vooral <strong>de</strong> relevantie daarvan voor <strong>de</strong> eventuele vrijheid van <strong>de</strong><br />

mens) proberen te achterhalen (namelijk door <strong>de</strong> uitingen van het zelf te bespreken).<br />

48 Zie daartoe ook <strong>de</strong> mooie passage aan het ein<strong>de</strong> van het eerste hoofdstuk van DPdF (p.<br />

20-21), waarin Steiner argumenteert voor <strong>de</strong> stelling dat in al het menselijke han<strong>de</strong>len het<br />

<strong>de</strong>nken - tenminste ge<strong>de</strong>eltelijk - een bepalen<strong>de</strong> rol speelt. Zelfs voor <strong>de</strong> lief<strong>de</strong>, zo luidt<br />

Steiners observatie, is het noodzakelijk dat <strong>de</strong>gene die liefheeft zich eerst een i<strong>de</strong>e of een<br />

voorstelling vormt van het gelief<strong>de</strong> wezen: “[...] Der Weg zum Herzen geht durch <strong>de</strong>n Kopf.<br />

35

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!