Dertien doelen in een dozijn - Taalunieversum
Dertien doelen in een dozijn - Taalunieversum
Dertien doelen in een dozijn - Taalunieversum
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Doelstell<strong>in</strong>g 1<br />
De leraar kan gesprekken voeren met leerl<strong>in</strong>gen als volwaardige gesprekspartners, zowel<br />
<strong>in</strong>dividueel als <strong>in</strong> <strong>een</strong> groep, over onderwerpen die door alle partners aangebracht kunnen<br />
worden, en <strong>in</strong> het bijzonder over leer<strong>in</strong>houden. De gesprekken komen de totale ontwikkel<strong>in</strong>g<br />
van de leerl<strong>in</strong>gen, en <strong>in</strong> het bijzonder hun taalontwikkel<strong>in</strong>g, ten goede.<br />
Sub<strong>doelen</strong><br />
1.1 De leraar kan analyseren welke talige acties van hem (zoals het stellen van vragen en het<br />
geven van antwoorden en feedback) aan het gespreksdoel voldoen.<br />
Mogelijke <strong>doelen</strong> zijn:<br />
- realiseren van <strong>een</strong> bepaalde leer<strong>in</strong>houd <strong>in</strong> <strong>een</strong> betekenisonderhandel<strong>in</strong>gsgesprek;<br />
- dieper <strong>in</strong>gaan op <strong>een</strong> gespreksonderwerp dat de gedachten en emoties van de<br />
leerl<strong>in</strong>gen beheerst;<br />
- bereiken dat ieder<strong>een</strong> gemotiveerd deelneemt aan het gesprek;<br />
- <strong>in</strong>spelen op specifieke behoeften en op de totale ontwikkel<strong>in</strong>g van de leerl<strong>in</strong>gen.<br />
1.2 De leraar kan goede gesprekken voeren <strong>in</strong> functie van het doel en de <strong>in</strong>houd van het<br />
gesprek én aangepast aan het taalvaardigheidsniveau van de leerl<strong>in</strong>gen.<br />
Goede gesprekken voeren betekent:<br />
(1) zorgen voor <strong>een</strong> begrijpelijk en <strong>in</strong>teractief taalaanbod:<br />
- aangepaste <strong>in</strong>houd, vorm en contextuele <strong>in</strong>bedd<strong>in</strong>g;<br />
- gericht op volwaardige communicatie en met oog voor betekenisonderhandel<strong>in</strong>g;<br />
(2) taalproductie stimuleren:<br />
- ruimte scheppen voor veel bijdragen en <strong>in</strong>itiatieven van leerl<strong>in</strong>gen;<br />
- praten over voor alle partners z<strong>in</strong>volle <strong>in</strong>houden die de totale ontwikkel<strong>in</strong>g<br />
(socio-emotionele ontwikkel<strong>in</strong>g, taal- en denkontwikkel<strong>in</strong>g, kennisverwerv<strong>in</strong>g,…)<br />
stimuleren;<br />
(3) feedback geven op de talige uit<strong>in</strong>gen, de schriftelijke producten en de leerprocessen<br />
van leerl<strong>in</strong>gen:<br />
- verschillende soorten feedback geven (zowel impliciet en/of expliciet als<br />
gericht op <strong>in</strong>houd en/of vorm), afhankelijk van het doel en de situatie;<br />
- aangepaste feedbackstrategieën hanteren zoals bevestigen, om verduidelijk<strong>in</strong>g<br />
vragen, verbeterd herhalen, uitbreiden van de <strong>in</strong>houd,...<br />
1.3 De leraar kan gesprekken bijsturen <strong>in</strong> functie van het gespreksdoel, de<br />
gesprekspartners en de situatie.<br />
<strong>Dertien</strong> <strong>doelen</strong> <strong>in</strong> <strong>een</strong> <strong>dozijn</strong>