Eigen rechter (Jan Terlouw) in pdf

More documents

Recommendations

Info

aula gezeten en iemand had een duffe toespraak gehouden. Toen de man was uitgesproken, had er muziek geklonken. Dat was ook van Brahms geweest, net als het stuk dat Annette en Frans speelden die eerste keer dat hij bij ze kwam. En dat was zo indrukwekkend geweest dat hij voor het eerst sinds zijn grootvader dood was, tra nen in zijn ogen had gekregen. Dat deed de muziek. Of deed de musicus het? Hij nam de viool in beide handen en keek ernaar. Uit zo'n klein houten gevalletje, mits in de handen van een goede violist, kon geluid komen dat mensen aan het huilen bracht. Wat een macht eigenlijk, als je zo'n instrument had en dat kon. Hij begreep ineens dat je van zo'n viool bijna zo kon houden als van een mens. Want samen met je instrument was je veel meer dan zonder je instrument. Hij legde de viool terug in de kist. Zou hij dat nou nog kunnen leren, vroeg hij zich af. Hij had wel eens gehoord dat de beroemde musici heel jong waren begonnen. Op hun vijfde of zo. Nou ja, een beroemd musicus zou hij zeker niet meer worden. Maar zo goed spelen als Frans, wie weet. Hij zou het eens vragen. Justus maakte de kist dicht en bracht hem terug naar de vliering. Hij betrapte zich erop dat hij veel voorzichtiger met het instrument omging dan toen ze hem hadden gekocht in die werfkelder in Utrecht. Dat had Frans bereikt. Het was hetzelfde ouwe ding, maar een beetje geloofde hij intussen. dat de viool was gebouwd door die Guarneri del Gesu. Stel nu eens dat hij echt door die man was gemaakt. Het kon toch. Het kwam toch voor. Een oud schilderij blijkt ineens een Rembrandt te zijn. Een oude viool is gebouwd door een beroemd heid. Je zou die man in de werfkelder, Teus, dan toch minstens een deel van de winst moeten geven. En hij zou Kozijnse toch ook nog eens voorhouden dat hij de viool eigenlijk al van hem had gekregen. Justus droomde verder. Als, door enorm toeval, ze een kostbare viool hadden gevonden, dan bereikten ze dat Kozijnse een nog rijkere man werd dan hij al was. Het zou wel een grap zijn, zeg. Ach wat, ophouden met die onzin. Het was niet de bedoeling dat hij overtuigd was van de waarde van de viool, Kozijnse moest 161
dat zijn. En ze waren aardig op weg, vond hij. Het sprongetje van schrik toen de viool een knal had laten horen, had boekdelen gesproken. 162
Page 2 and 3:
Eigen rechter
Page 4 and 5:
Eigen rechter Jan Terlouw 2001 Malm
Page 6 and 7:
Het was de dag dat de rechter uitsp
Page 8 and 9:
proces had hij steeds in dezelfde g
Page 10 and 11:
egaan tegen de gemeenschap? Justus
Page 12 and 13:
een tiental vrienden in het visrest
Page 14 and 15:
geïnteresseerd, en als het dan ook
Page 16 and 17:
'Ik snap niet dat het je niet verve
Page 18 and 19:
het aan hem ligt, staat de televisi
Page 20 and 21:
foongesprek. Nou ja, hij zou nog we
Page 22 and 23:
Normaal gesproken zouden ze deze da
Page 24 and 25:
'Eh ... nee.' 'Weet je wat ik denk?
Page 26 and 27:
Met een grote bocht, via het park,
Page 28 and 29:
ontknoping weet je dat het niet ech
Page 30 and 31:
Het gevoel duurde niet lang. Dat kw
Page 32 and 33:
plop toen de knuppel het been raakt
Page 34 and 35:
'Dat weet ik niet.' 'Hoe weet je da
Page 36 and 37:
'De smerige leugenaar', riep Justus
Page 38 and 39:
alles meer glans kreeg. Ze bracht z
Page 40 and 41:
'Misschien, misschien. Hij is tensl
Page 42 and 43:
Dan blijkt de inbreker ook nog iema
Page 44 and 45:
'Je bedoelt eigenlijk: wat deed je
Page 46 and 47:
5 Enkele jaren eerder werkte Justus
Page 48 and 49:
had doorgegeven, hij had zijn ziel
Page 50 and 51:
Hij had er alle begrip voor dat Sli
Page 52 and 53:
'Vertel me nu eindelijk eens zonder
Page 54 and 55:
'Gossiemijne', riep Yvonne. Justus
Page 56 and 57:
6 Twee maanden later. Justus werd w
Page 58 and 59:
Dat mocht voor vier gulden per dag,
Page 60 and 61:
tantje brood van de vorige dag en g
Page 62 and 63:
'Daar ligt een klinker', riep Justu
Page 64 and 65:
dynamo, de accu, de blower, enfin j
Page 66 and 67:
'Vooruit, je krijgt hem voor de hal
Page 68 and 69:
'De politie, brr', zei Bashir. 'Hoe
Page 70 and 71:
hier geen vrouw of kinderen, hij mo
Page 72 and 73:
minstens twéé verklaringen hebben
Page 74 and 75:
'De politie wil weten waar je bent.
Page 76 and 77:
'Gossie. Heb je de kas leeggehaald?
Page 78 and 79:
Tien dagen later kwam Bashir met zw
Page 80 and 81:
'Zou jij dat gedaan hebben?' 'Nee,
Page 82 and 83:
'Dan moet Joke iets verzinnen.' Jus
Page 84 and 85:
Justus een keer toevertrouwd. Ze wa
Page 86 and 87:
assistenten gaf ooit iets afzonderl
Page 88 and 89:
maar eens naar haar huis zouden bel
Page 90 and 91:
'Een oude bekende', zei meneer Holt
Page 92 and 93:
'Ja.' Annette had kennelijk moeite
Page 94 and 95:
weken niet in de apotheek zou kunne
Page 96 and 97:
gedoe aan zijn lijf meer. Hij had a
Page 98 and 99:
'Ik hoor dat je bij de begrafenis v
Page 100 and 101:
Tja, hoe kun je daar zeker van zijn
Page 102 and 103:
'Op een ijsschots?' 'Bij wijze van
Page 104 and 105:
'Ah', zei Justus, 'dus haar vriend
Page 106 and 107:
Een antwoord waar je veel aan hebt.
Page 108 and 109:
en gaat hem bij haar in de bus stop
Page 110 and 111:
Hij wachtte, in de hoop dat ze meer
Page 112 and 113: Een man als Kozijnse kent veel onde
Page 114 and 115: Niet alleen bij kleding, ook voor a
Page 116 and 117: Met gebalde vuisten kwam hij dichte
Page 118 and 119: 'Hoor eens Justus', ging Yvonne ver
Page 120 and 121: 11 De natuur is wreed, de mens is s
Page 122 and 123: 'Ik kan het absoluut niet goed.' 'J
Page 124 and 125: Hij ging naar een telefooncel en be
Page 126 and 127: 'Wat is dat ook weer?' 'Stradivariu
Page 128 and 129: 'Verstandig meisje, hé', zei Frans
Page 130 and 131: gerepareerd. Het ergste vuil was ve
Page 132 and 133: 'Justus Verdaasdonk.' Wat heeft-ie
Page 134 and 135: Frans Nachtegaal had een beschrijvi
Page 136 and 137: Frans had de viool losjes met vier
Page 138 and 139: 'U bent meneer Nachtegaal?' 'Dat be
Page 140 and 141: 'Kent u Amsterdam, meneer?' vroeg N
Page 142 and 143: 'Ik zeg niks.' 'Ik wil rustig naden
Page 144 and 145: 'En Kozijnse heeft de sleutel?' 'Ja
Page 146 and 147: of zijn leven voorbij was, terwijl
Page 148 and 149: 'Zou hij de politie bellen?' 'Ik ho
Page 150 and 151: 13 J ustus nam de schade in ogensch
Page 152 and 153: je, dat toegang geeft tot een ruimt
Page 154 and 155: 'Dat kun je wel zeggen.' twee.' 'Da
Page 156 and 157: 'Wie weet wat?' 'Dat zien we nog we
Page 158 and 159: 'Zo, nu zal ik er nieuwe snaren opz
Page 160 and 161: 'Tja, u moet dan maar eens goed ove
Page 164 and 165: 14 In Leiden was Yvonne bezig met d
Page 166 and 167: kasteel, bewaakt door een draak. Ma
Page 168 and 169: 'Daar kun je best gelijk in hebben.
Page 170 and 171: het gevoel dat je iets hebt bereikt
Page 172 and 173: 15 Geachte heer Kozijnse Tot mijn s
Page 174 and 175: Zou hij een slaapmiddel in de koffi
Page 176 and 177: 'Juist.' Hij bleek een spraakzaam m
Page 178 and 179: Frans haalde zijn Lefèvre te voors
Page 180 and 181: 'Bent u meneer Richardson?' vroeg h
Page 182 and 183: zei Frans. 'Dat weet ik dan ook wee
Page 184 and 185: Dus wandelde ze daarheen. Ze kwam d
Page 186 and 187: tederheid waarmee hij de viool aanr
Page 188 and 189: Geachte heer Van der Molen Inderdaa
Page 190 and 191: dere malen gehad. Hij had nu eenmaa
Page 192 and 193: kon zich soms laten gaan in een dis
Page 194 and 195: 'Rijdt motor?' 'Ja, achterop bij ie
Page 196 and 197: 'Dat gaat niet.' 'Dat ging niet', z
Page 198 and 199: 'Kozijnse heeft het huis van ons ge
Page 200 and 201: goed gedaan, jongen. En luister, al
Page 202 and 203: Justus postte de brief zelf en ging
Page 204 and 205: weekend op uit getrokken', zeilen i
Page 206 and 207: verspeeld, al ging het hem aan het
show all

Eigen rechter (Jan Terlouw) in pdf

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

Delete template?

Save as template?