31.01.2016 Views

NJB-1526

NJB-1526

NJB-1526

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Gaswinning Groningen<br />

Door het opstellen van een winningsplan worden de<br />

mijnbouwondernemingen gedwongen zich vooraf te realiseren<br />

wat de risico’s zijn die zij met hun activiteiten introduceren<br />

2.4 Winningsplannen en meetplannen<br />

De eerste aardgasconcessies bevatten de algemene bepaling<br />

dat de<br />

‘concessionaris de mijnwerken zodanig moet inrichten<br />

en leiden dat (…) ongerief of nadeel aan de in het<br />

concessieveld gelegen of aangrenzende eigendommen<br />

zoveel doenlijk wordt vermeden.’ 25<br />

Pas vanaf eind jaren zestig werden concessionarissen<br />

verplicht om voorafgaand aan, tijdens en tot een jaar<br />

na de beëindiging van de ontginningswerkzaamheden<br />

regelmatig metingen te verrichten. Mocht daaruit blijken<br />

dat een met de ontginning verband houdende<br />

bodembeweging (met name bodemdaling) optreedt<br />

waardoor een ongewenste situatie dreigt te ontstaan,<br />

kon de Minister van Economische Zaken maatregelen<br />

voorschrijven om de bodembeweging zoveel mogelijk te<br />

beperken of de nadelige gevolgen daarvan voor de oppervlakte<br />

te voorkomen. Deze maatregelen konden eventueel<br />

een gebod inhouden tot het, al dan niet tijdelijk, staken<br />

van de ontginning. 26<br />

Met de invoering van de Mijnbouwwet is een aantal<br />

extra instrumenten opgenomen om schade ten gevolge<br />

van de opsporings- en/of winningswerkzaamheden te<br />

voorkomen dan wel te beperken. In het algemeen rust op<br />

alle vergunninghouders – dus ook op de houder van de<br />

Groningenconcessie - de plicht om alle maatregelen te<br />

nemen die redelijkerwijs kunnen worden gevergd om te<br />

voorkomen dat de mijnbouwactiviteiten nadelige gevolgen<br />

hebben op het milieu, de veiligheid, het planmatig<br />

beheer van voorkomens alsmede schade ten gevolge van<br />

bodembeweging. 27 Deze verplichting gaat niet zo ver dat<br />

een normale winning, die soms onvermijdelijke bodembewegingen<br />

met zich meebrengt, geheel wordt uitgesloten.<br />

Inmiddels lijkt de vraag aan de orde wat als normale<br />

winning moet worden beschouwd. Genoemde zorgplicht<br />

is niet eindig maar blijft rusten op de laatste vergunninghouder<br />

en in geval van de eeuwigdurende concessies<br />

is deze dus permanent. Om te voorkomen dat een<br />

schadelijdende partij geen verhaal heeft nadat de winning<br />

is beëindigd, kan de minister bepalen dat zekerheid<br />

gesteld moet worden ter dekking van eventuele aansprakelijkheid<br />

voor schade die naar redelijke schatting kan<br />

ontstaan door bodembeweging. 28 Deze zekerheid kan<br />

zowel bij de uitvoerder als de vergunninghouder worden<br />

gevraagd en kan verschillende vormen aannemen zoals<br />

een fonds (zie hierboven), een bankgarantie of een<br />

‘parent company guarantee’. De minister bepaalt uiteindelijk<br />

de vorm waarin en het bedrag waarvoor zekerheid<br />

moet worden gesteld. 29 Als extra zekerheid is het Waarborgfonds<br />

Mijnbouwschade ingesteld. 30 Dit fonds is<br />

hoofdzakelijk opgericht om schade door bodembeweging<br />

voor de burger verhaalbaar te laten blijven als de vergunninghouder<br />

om welke reden dan ook niet meer in<br />

staat is te betalen. 31 Het fonds betreft schade ten gevolge<br />

van de winning van olie, gas en zout alsmede de opslag<br />

van stoffen en wordt beheerd door de Minister van Economische<br />

Zaken. 32<br />

Een van de instrumenten die de overheid heeft om de<br />

winning en de effecten ervan te controleren, is het winningsplan.<br />

De houder van een winningsvergunning kan<br />

pas met de gegunde activiteiten beginnen na goedkeuring<br />

van een winningsplan. 33 De verplichting tot het indienen<br />

van een winningsplan rust bij de winningsvergunninghouder.<br />

34 Door het opstellen van een winningsplan worden de<br />

mijnbouwondernemingen gedwongen zich vooraf te realiseren<br />

wat de risico’s zijn die zij met hun activiteiten introduceren.<br />

Het winningsplan bevat een nadere omschrijving<br />

van het voorkomen, de methode en periode van winning,<br />

de kosten en eventuele bodembewegingen. 35 Bij de indiening<br />

van een winningsplan wordt nu, anders dan voorheen,<br />

36 expliciet om een beschrijving gevraagd van ‘de<br />

bodembeweging ten gevolge van de winning en de maatregelen<br />

ter voorkoming van schade door bodembeweging’. 37<br />

Om dit risico te kunnen bepalen dient het winningsplan<br />

o.a. informatie te bevatten inzake verwachte bodemdaling,<br />

een risicoanalyse omtrent bodemtrillingen als<br />

gevolg van de winning, een beschrijving van de mogelijke<br />

omvang en verwachte aard van de schade door bodembeweging<br />

alsmede de maatregelen die genomen worden om<br />

de schade door bodembewegingen te voorkomen of te<br />

beperken. 38 Aan het winningsplan kunnen eisen worden<br />

gesteld zoals het opnemen van een bepaalde maximale<br />

bodembeweging. 39<br />

Instemming kan slechts om een beperkt aantal redenen<br />

worden geweigerd zoals het belang van het planmatig<br />

beheer van delfstoffen en de risico’s ten aanzien van<br />

bodembeweging. 40 Ten aanzien van de winning van het<br />

Groningengasveld heeft de Minister van Economische<br />

Zaken op 29 januari 2015 ingestemd met het voorgestelde<br />

winningsplan. 41 De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak<br />

van de Raad van State heeft vervolgens op 14<br />

april 2015 in een voorlopige voorziening bepaald dat de<br />

gaswinning gepaard gaat met grote veiligheidsrisico’s<br />

maar dat er geen aanleiding bestaat om bij wijze van<br />

voorlopige voorziening de gehele gaswinning in Groningen<br />

te staken gezien de grote gevolgen voor de leveringszekerheid<br />

en gevolgen voor de gasexport. Daarentegen<br />

zijn de risico’s van de winning uit de clusters rond Loppersum<br />

wel zodanig groot dat de winning hier tijdelijk wordt<br />

beperkt tot de hoeveelheid die nodig is om de clusters<br />

open te houden. 42<br />

Om te kunnen beoordelen of de vergunninghouder<br />

zijn verplichtingen nakomt, dienen er voortdurend metingen<br />

te worden verricht, dat wil zeggen voor de aanvang<br />

van de delfstofwinning, tijdens het winnen en gedurende<br />

30 jaar na afloop van de winning. 43 Dit geschiedt op basis<br />

van een meetplan. 44 Dergelijke metingen worden alleen<br />

op land verricht omdat aangenomen wordt dat de gevol-<br />

1712 NEDERLANDS JURISTENBLAD – 03-07-2015 – AFL. 26

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!