NJB-1526
NJB-1526
NJB-1526
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Tijdschriften<br />
bepaalde voorwaarden een uitzondering<br />
op de vergunningplicht. De wetgever<br />
heeft die voorwaarden via de<br />
Wijzigingswet financiële markten<br />
2015 recentelijk enigszins aangescherpt.<br />
Diezelfde wet voorziet echter<br />
ook in een nieuwe uitzonderingsbepaling.<br />
Als gevolg van deze bepaling<br />
worden concernfinancieringsmaatschappijen,<br />
zonder aan nadere voorwaarden<br />
te hoeven voldoen, uitgezonderd<br />
van het bankverbod als zij<br />
opvorderbare gelden aantrekken van<br />
het publiek door de uitgifte van<br />
effecten. Onmiskenbaar betreft het<br />
hier een vergissing van de wetgever.<br />
B.P.M. Joosten<br />
De definitie van kredietinstelling in<br />
het Europese Single Rule Book<br />
– De doelstelling van het Europese<br />
Single Rule Book is te komen tot volledig<br />
geharmoniseerde regels voor<br />
de financiële markten en uniforme<br />
toepassing daarvan in de Europese<br />
Unie. Het gevolg hiervan kan zijn<br />
dat sommige uit de oorspronkelijke<br />
Europese regelgeving afkomstige<br />
begrippen opnieuw of anders worden<br />
geïnterpreteerd dan vóór de<br />
introductie van het Single Rule<br />
Book. Dat lijkt ook het gevolg te zijn<br />
van een opinie van de European<br />
Banking Authority van oktober 2014<br />
over het begrip ‘kredietinstelling’.<br />
Voor de Nederlandse wetgever, toezichthouder<br />
en praktijk betekent dit<br />
dat toepassing van de regels betreffende<br />
de reikwijdte van het toezicht<br />
op banken en de reikwijdte van de<br />
in art. 3:5 en 4:3 Wft opgenomen<br />
verboden van (bemiddeling bij het)<br />
aantrekken van opvorderbare gelden<br />
moet worden veranderd.<br />
C.H.D.W. van den Borne-Verheijen<br />
Klantbelang Centraal bij<br />
consumentenkrediet<br />
– Per 1 januari 2014 is in art. 24a<br />
van de Wet op het financieel toezicht<br />
(hierna: Wft) een generieke zorgplicht<br />
vastgelegd. Daarmee is in de<br />
Wft verankerd dat het klantbelang<br />
bij financiële dienstverlening centraal<br />
moet staan. De concrete normstelling<br />
ter invulling van de algemene<br />
zorgplicht vindt in beginsel plaats<br />
door de toezichthouder. De AFM<br />
heeft dit onderwerp als één van de<br />
speerpunten in haar toezicht aangemerkt.<br />
In dit artikel wordt ingegaan<br />
op ‘klantbelang centraal’ bij consumentenkrediet.<br />
Nagegaan wordt op<br />
welke wijze de AFM daar momenteel<br />
invulling aan geeft en in hoeverre dit<br />
strookt met de huidige (Europese)<br />
wetgeving. Is de consument die een<br />
krediet aangaat de uitstekend geïnformeerde<br />
homo economicus die<br />
vanzelfsprekend de juiste besluiten<br />
neemt, of is dit een illusie en moet<br />
de consument intensief begeleid<br />
worden bij het maken van zijn keuzes?<br />
Kortom, hoe ver moet de invulling<br />
van de open norm ‘klantbelang<br />
centraal’ bij consumentenkrediet<br />
gaan en wat zijn de effecten daarvan.<br />
E.P. Roelofsen<br />
Een kritische beschouwing van de<br />
huidige stand van zaken met<br />
betrekking tot de jurisprudentie<br />
aangaande rentederivaten en het<br />
MKB<br />
– Het gebruik van rentederivaten<br />
door het MKB staat ter discussie.<br />
Onder druk van de politiek en de<br />
AFM moeten zes betrokken banken<br />
alle uitstaande rentederivaten herbeoordelen<br />
om te zien of de dienstverlening<br />
passend en zorgvuldig is<br />
geweest. De MKB-ers zouden door de<br />
banken gedupeerd zijn. Deze generalisering<br />
is niet terecht. Uit de jurisprudentie<br />
blijkt namelijk geenszins<br />
dat rentederivaten a priori ‘verkeerd’<br />
zouden zijn voor het MKB. In dit artikel<br />
wordt een overzicht gegeven van<br />
de recente uitspraken aangaande<br />
rentederivaten. In totaal gaat het om<br />
ongeveer een dertigtal uitspraken<br />
van rechtbanken en een van een hof.<br />
Er wordt ingegaan op de volgende<br />
thema’s uit de jurisprudentie: a) aard<br />
van de relatie, b) beroep op dwaling,<br />
c) zorgplicht en d) omvang van schade.<br />
De auteur heeft kritiek op het feit<br />
dat in een groot aantal uitspraken<br />
onvoldoende aandacht wordt gegeven<br />
aan de vraag of er een passend<br />
financieel product is geadviseerd<br />
door de bank.<br />
Letsel & Schade<br />
nr. 2, 2015<br />
S. de Lang, R.A. Hebly<br />
De (on)verzekerbaarheid van<br />
terrorisme<br />
– Door de aanslagen van 11 september<br />
2001 kwam de verzekeringswereld<br />
in een wereldwijde crisis terecht.<br />
Terrorisme werd namelijk niet langer<br />
verzekerbaar geacht. Om in Nederland<br />
het terrorismerisico toch<br />
(beperkt) verzekerbaar te houden<br />
werd de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij<br />
voor Terrorismeschade<br />
N.V. opgericht. Omdat de laatste<br />
jaren de dreiging van een<br />
terroristische aanslag (weer) is toegenomen,<br />
beschrijven de auteurs in dit<br />
artikel de totstandkoming en werking<br />
van de NHT, waarbij zij tevens<br />
ingaan op het belang van de NHT<br />
voor de letselschadepraktijk.<br />
Advocatenblad<br />
nr. 7/8, juli/augustus 2015<br />
M. Jongkind, M. Boender-Lamers<br />
Schikken met de curator in bestuurdersaansprakelijkheidszaken<br />
– Bij faillissementen<br />
van rechtspersonen<br />
onderzoekt een curator<br />
of bestuurders aansprakelijk<br />
zijn voor het<br />
faillissement. De curator<br />
kan vervolgens een<br />
minnelijke regeling<br />
met finale kwijting overeenkomen<br />
met (de aansprakelijkheidsverzekeraar<br />
van) de bestuurders. Maar de<br />
bestuurders lopen dan nog steeds<br />
het risico geconfronteerd te worden<br />
met een vordering tot schadevergoeding<br />
uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid.<br />
Deze bijdrage geeft<br />
tips om het (rest)risico van de<br />
bestuurders te verkleinen.<br />
Nederlands tijdschrift voor<br />
Europees recht<br />
21e jrg., nr. 4, juni 2015<br />
J.D. Mathis<br />
Het Europees ‘Betaalpakket’ –<br />
Gevolgen voor de interne markt en<br />
het betalingsverkeer in Nederland<br />
– Het ‘Betaalpakket’ zal de nodige<br />
harmonisatie en rechtszekerheid bieden<br />
voor de verwezenlijking van een<br />
ware ‘interne betaalmarkt’ voor girale<br />
transacties binnen de EU. Door de<br />
invoering van ‘caps’ van 0,2 procent<br />
en 0,3 procent op interbancaire vergoedingen<br />
voor debit- en creditcardtransacties<br />
zullen de kosten van<br />
acceptatie op Europees niveau dalen.<br />
Deze ‘caps’ en aanvullende maatregelen<br />
in de herziene Betaaldienstenrichtlijn<br />
zullen op Europees niveau<br />
onder andere een gelijk speelveld<br />
creëren voor betaaldienstaanbieders<br />
en de toetreding van nieuwe spelers<br />
bevorderen. Naar verwachting zal de<br />
efficiëntie van het Europees betalingsverkeer<br />
als gevolg daarvan toenemen<br />
ten voordele van de consument<br />
en de handel.<br />
F.J.L. Pennings<br />
NEDERLANDS JURISTENBLAD – 03-07-2015 – AFL. 26 1781