31.01.2016 Views

NJB-1526

NJB-1526

NJB-1526

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

worden beïnvloed en dat de rechter daarom zijn beslissing<br />

mag uitstellen.<br />

Schade is het verschil tussen twee toestanden – een hypothetische<br />

toestand en de feitelijke toestand 13 – en dat veronderstelt<br />

een vast punt. Er valt geen vergelijking te<br />

maken als er geen duidelijkheid bestaat over de feitelijke<br />

toestand. Schade is meer dan louter een momentopname.<br />

14 Dit lijkt een principieel bezwaar tegen de verplichting<br />

om nu af te rekenen, maar er zit ook een praktische<br />

kant aan. Want wat moet als peildatum gebruikt worden?<br />

De waardevermindering zoals die vandaag valt te constateren?<br />

Of de waardevermindering zoals die een half jaar<br />

geleden of vorig jaar uitpakte? Het lijkt allemaal willekeurig.<br />

Anders gezegd, indien de NAM de waardevermindering<br />

direct (los van verkoop) zou moeten vergoeden, zijn<br />

er twee mogelijkheden: of de waarde stijgt weer in de toekomst<br />

(bijvoorbeeld doordat het meevalt met de aardbevingen,<br />

door reductie of zelfs staking van de gaswinning),<br />

dan is de huiseigenaar spekkoper; of de waarde daalt verder<br />

(bijvoorbeeld door een stevige beving met letselschade<br />

als gevolg of door politieke ontwikkelingen) en dan is<br />

de NAM spekkoper. Het staat huiseigenaren en de NAM<br />

natuurlijk vrij om de gok te wagen en nu af te rekenen,<br />

dat is een kwestie van contractsvrijheid, maar het is de<br />

vraag of de NAM hiertoe ook verplicht is. Uniek aan de<br />

Groningse situatie – en dat is het derde feitelijke verschil<br />

– is immers dat het om massaschade en daarmee<br />

om hele grote bedragen gaat. Onder die omstandigheden<br />

lijkt het onredelijk om één partij (ook al is dat een hele<br />

grote) te dwingen om die gok te nemen.<br />

Daarbij moet bedacht worden dat abstracte schadeberekening<br />

op gespannen voet staat met de compensatoire<br />

strekking van het schadevergoedingsrecht die meebrengt<br />

dat de benadeelde gecompenseerd dient te worden<br />

en niet verrijkt. Concrete schadeberekening is tegen die<br />

achtergrond de norm. 15 Abstracte berekening behoeft een<br />

rechtvaardiging.<br />

Bij abstracte berekening van zaakschade valt een<br />

rechtvaardiging te vinden in de rechtshandhavings- of<br />

herstelfunctie. 16 Zo valt de verrijking op papier in<br />

Gemeente Den Haag vs. Van Schravendijk te rechtvaardigen<br />

door te stellen dat Van Schravendijk de middelen<br />

Abstracte schadeberekening staat<br />

op gespannen voet met de<br />

compensatoire strekking van het<br />

schadevergoedingsrecht<br />

moest krijgen om herstelwerkzaamheden te verrichten<br />

door zichzelf in dezelfde positie te brengen als vóór de<br />

beschadiging van zijn panden door de gemeente. Herstel<br />

en geen compensatie van (op papier geleden) vermogensschade<br />

staat dus voorop. 17 Uitgangspunt is derhalve vergoeding<br />

van (objectief berekende) herstelkosten, maar<br />

daarop bestaan uitzonderingen. 18 Uit het arrest van de<br />

Hoge Raad blijkt immers duidelijk dat het herstel mogelijk<br />

en verantwoord moet zijn. Dat laatste impliceert een<br />

normatief redelijkheidsoordeel waarbij de omstandigheden<br />

van het geval doorslaggevend zijn. Afhankelijk van de<br />

context krijgen derhalve verschillende aspecten nadruk. 19<br />

Zo benadrukte de Hoge Raad in een geval van overlijdensschade<br />

het belang dat ‘(…) zo spoedig mogelijk na het<br />

ongeval in overleg tussen de aansprakelijke partijen de<br />

benadeelden een passende vergoeding voor deze vorm<br />

van gederfd levensonderhoud kan worden vastgesteld<br />

(…)’, 20 terwijl hij er in Reaal vs. Athlon betreffende zaaksbeschadiging<br />

van auto’s op wees dat het aan de betrokken<br />

marktpartijen was om de door hen tot stand gebrachte<br />

forfaitaire berekeningsstelsels aan te passen. 21<br />

Vergoeding van niet definitief geleden waardevermindering<br />

als zodanig valt niet onder verwijzing naar een<br />

van bovengenoemde argumenten te rechtvaardigen. Er is<br />

(als er geen sprake is van beschadiging) geen recht wat<br />

geschonden is en wat gehandhaafd dient te worden en<br />

herstelmaatregelen zijn niet goed denkbaar. In gevallen<br />

waarin abstractie plaatsvindt, wordt ingegrepen in het<br />

leven van de benadeelde waardoor deze zich in elk geval<br />

voor de vraag gesteld ziet of hij maatregelen dient te<br />

nemen en zo ja welke en daarvan is hier geen sprake.<br />

12. In die zin E. Gijselaar, R. Rijnhout & J.<br />

15. Vergelijk Asser/Hartkamp & Sieburgh<br />

schadeberekening’, NTBR 1996, p. 41-42 in<br />

bij vaststelling van schade’, in: S.D. Linden-<br />

Emaus, Gasboringen in Groningen en de<br />

6-II* 2013/nr. 36 en T. Hartlief, Verbinte-<br />

zijn reactie op T.E. Deurvorst, ‘Abstracte<br />

bergh & A.Ch.H. Franken, Abstracte scha-<br />

aansprakelijkheid van de NAM, AA 2014, p.<br />

nissen uit de wet en schadevergoeding,<br />

schadeberekening en de expansie van de<br />

deberekening, Deventer: Kluwer 2013, p.<br />

811.<br />

Studiereeks Burgerlijk Recht, Deventer:<br />

aanspraak op schadevergoeding’, NTBR<br />

29-30 die concludeert dat de redelijkheid in<br />

13. Zie o.a. T. Hartlief, Verbintenissen uit<br />

Kluwer 2012, nr. 207.<br />

1996, p. 40-41 die compensatie centraal<br />

een bepaald type geval beslissend is en dat<br />

de wet en schadevergoeding, Studiereeks<br />

16. G.R.J. de Groot, ‘Grenzen aan de<br />

stelt en daarom bezwaar heeft tegen dit<br />

een enkele dragende grond niet voorhan-<br />

Burgerlijk Recht, Deventer: Kluwer 2012, p.<br />

mogelijkheden van abstracte schadebereke-<br />

arrest.<br />

den is en Asser/Hartkamp & Sieburgh 6-II*<br />

242.<br />

ning’, VR 1980, p. 49-58. Objectieve kos-<br />

18. Een van die uitzonderingen doet zich<br />

2013/nr. 38 die stellen dat abstracte bere-<br />

14. Hetgeen niet wegneemt dat schade<br />

ten van redelijke herstelmaatregelen lijkt het<br />

voor indien de beschadigde zaak geen<br />

kening geen rechtsregel, maar slechts een<br />

soms met het verstrijken van de tijd kan<br />

verbindend element te zijn bij verschillende<br />

relevante economische waarde meer verte-<br />

hulpmiddel is dat in sommige, niet vooraf te<br />

verminderen, denk bijvoorbeeld aan smart<br />

gevallen van abstracte schadeberekening,<br />

genwoordigt, zie HR 20 september 1985,<br />

identificeren, gevallen goede diensten kan<br />

en – bij zaaksbeschadiging – aan waarde-<br />

zie S.D. Lindenbergh, ‘Abstracties bij vast-<br />

NJ 1986/211, m.nt. G betreffende een<br />

bewijzen.<br />

vermindering die resteert na herstel en die<br />

stelling van schade’, in: S.D. Lindenbergh &<br />

meerstoel die niet meer als zodanig dienst<br />

20. HR 11 juli 2008, NJ 2009/385, m.nt.<br />

met het ouder worden van de zaak wordt<br />

A.Ch.H. Franken, Abstracte schadebereke-<br />

deed en ook geen waardevermindering had<br />

JBMV (Bakkum vs. Achmea), r.o. 3.4.3.<br />

‘ingehaald’ door de waardevermindering als<br />

ning, Deventer: Kluwer 2013, p. 25.<br />

ondergaan.<br />

21. HR 26 oktober 2012, NJ 2013/219,<br />

gevolg van veroudering.<br />

17. Zie J.M. Barendrecht, ‘Beginselen van<br />

19. Vergelijk S.D. Lindenbergh, ‘Abstracties<br />

m.nt. Mendel, r.o. 3.4.2.<br />

NEDERLANDS JURISTENBLAD – 03-07-2015 – AFL. 26 1737

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!