Beschrijving juridische kader - Commissie-Samson
Beschrijving juridische kader - Commissie-Samson
Beschrijving juridische kader - Commissie-Samson
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2.1 Conclusie<br />
Nederland heeft zich gebonden aan internationale instrumenten<br />
die verplichtingen opleggen met betrekking tot de eerbiediging<br />
van rechten van kinderen. Deze instrumenten zijn wereldwijd<br />
(VN) of regionaal (Raad van Europa of EU). Het internationale<br />
recht heeft steeds meer invloed op en gevolgen voor onze eigen<br />
rechtsorde.<br />
Nakoming van de verplichtingen die voortvloeien uit de hierna<br />
genoemde instrumenten, noopt tot wetgeving en/of het nemen<br />
van overige maatregelen. Partijen bij een instrument, of de EU<br />
lidstaten hebben doorgaans veel beleidsvrijheid ten aanzien van<br />
de wijze waarop zij aan hun verplichtingen voldoen.<br />
De hierna genoemde instrumenten zijn algemeen van aard of<br />
specifiek gericht op de bescherming van kinderen (tegen seksuele<br />
uitbuiting of seksueel misbruik).<br />
Het Verdrag van de VN inzake de rechten van het kind beoogt<br />
de rechten van het kind te beschermen. Het verdrag voorziet in<br />
de mogelijkheid van gedwongen plaatsing van een kind in een<br />
pleeggezin of in een instelling, en in strafrechtstoepassing met<br />
vrijheidsbeneming van een kind dat een strafbaar feit heeft<br />
gepleegd. Daarbij geniet het kind bijzondere bescherming van<br />
overheidswege, die mede omvat bescherming tegen seksueel<br />
misbruik.<br />
Het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en<br />
de fundamentele vrijheden (EVRM) beschermt mede rechten<br />
van (kwetsbare) kinderen. Het Europese Hof is van oordeel dat het<br />
EVRM aan staten een positieve verplichting oplegt om zijn burgers<br />
te beschermen tegen schending van mensenrechten door medeburgers.<br />
Die verplichting houdt wat het strafrecht betreft tweeërlei<br />
in: het voorzien in een effectief strafrechtelijk instrumentarium en<br />
in daadwerkelijk strafrechtelijk optreden. De staat moet een kind<br />
dat onder zijn hoede is, beschermen tegen seksueel misbruik door<br />
een persoon aan wiens of wier zorg het kind is toevertrouwd.<br />
De verplichting om bescherming te bieden tegen kindermishandeling<br />
in het gezin, waaronder seksueel misbruik, staat<br />
tegenover de verplichting niet onnodig te treden in het gezinsleven<br />
en, voor zover optreden geboden is, zulks proportioneel te<br />
doen.<br />
Het Verdrag van de Raad van Europa inzake de bescherming<br />
van kinderen tegen seksuele uitbuiting en seksueel misbruik<br />
en de door dit verdrag geïnspireerde EU-ontwerprichtlijn<br />
inzake bestrijding van seksueel misbruik, seksuele uitbuiting<br />
en kinderpornografie voorzien in een alomvattende en multidisciplinaire<br />
aanpak van onder meer seksueel misbruik, seksuele<br />
uitbuiting en kinderpornografie. Beide instrumenten verplichten<br />
tot strafbaarstelling van verscheidene vormen daarvan. Zij geven<br />
landen bij de implementatie van de verplichting van strafbaarstelling<br />
van seksueel misbruik ruimte om rekening te houden met het<br />
feit dat jongeren vrijwillig aan seks doen. Aan de positie van het<br />
jeugdige slachtoffer wordt veel aandacht besteed. Voor toelating<br />
tot beroepen waarin regelmatig contact met kinderen plaatsvindt,<br />
moet een toets worden ingebouwd ter voorkoming van het aantrekken<br />
van een persoon die is veroordeeld voor deze strafbare<br />
feiten. Een eventuele geheimhoudingsplicht voor beroepsbeoefenaars<br />
mag niet in de weg staan aan de mogelijkheid voor hen om<br />
seksueel misbruik te melden.<br />
2.2 Het Verdrag van de Verenigde Naties<br />
(VN) inzake de rechten van het kind<br />
Het Verdrag van 20 november 1989 inzake de Rechten van het<br />
Kind (Tbr. 1990, 170) verplicht de staten die partij zijn bij dat<br />
verdrag, tot het nemen van alle passende wettelijke, bestuurlijke<br />
en andere maatregelen ter verwezenlijking van de in het verdrag<br />
ter bescherming van het kind neergelegde rechten. Het verdrag<br />
is op 2 september 1990 in werking getreden. Nederland is partij<br />
sinds 8 maart 1995.<br />
Een kind is een persoon onder 18 jaar.<br />
Staten partijen (partijen) zijn verplicht het kind te verzekeren van<br />
de bescherming en de zorg die nodig zijn voor zijn of haar welzijn,<br />
rekening houdend met de rechten en de plichten van zijn of haar<br />
ouders, wettige voogden of anderen die wettelijk verantwoordelijk<br />
voor het kind zijn. Partijen waarborgen dat de instellingen,<br />
diensten en voorzieningen die verantwoordelijk zijn voor de zorg<br />
voor of de bescherming van kinderen, voldoen aan de door de<br />
bevoegde autoriteiten vastgestelde normen, met name ten aanzien<br />
van de veiligheid, de gezondheid, het aantal personeelsleden<br />
en hun geschiktheid, als mede bevoegd toezicht. Bij alle maatregelen<br />
ten aanzien van kinderen staan de belangen van het kind<br />
voorop. (artikel 3).<br />
Het verdrag gaat uit van het primaat van het gezinsleven, maar<br />
voorziet in uitzonderingen daarop in het belang van het kind<br />
(artikel 9).<br />
Het verdrag erkent het recht van het kind op privacy (artikel 16).<br />
Partijen zijn verplicht om alle passende wettelijke en bestuurlijke<br />
maatregelen en maatregelen op sociaal en opvoedkundig gebied<br />
te nemen om het kind te beschermen tegen alle vormen van<br />
lichamelijk of geestelijk geweld, letsel of misbruik, lichamelijke of<br />
geestelijke verwaarlozing of nalatige behandeling, mishandeling<br />
of uitbuiting, met inbegrip van seksueel misbruik, terwijl het kind<br />
onder de hoede is van de ouder(s), wettige voogd(en) of iemand<br />
anders die de zorg voor het kind heeft. Deze maatregelen dienen,<br />
indien van toepassing, doeltreffende procedures te omvatten voor<br />
de invoering van sociale programma’s om te voorzien in de nodige<br />
ondersteuning van het kind en van degenen die de zorg voor het<br />
kind hebben, en procedures voor andere vormen van voorkoming<br />
van en voor opsporing, melding, verwijzing, onderzoek, behandeling,<br />
follow-up van gevallen van de hiervoor beschreven kindermishandeling<br />
en, indien van toepassing, voor inschakeling van<br />
rechterlijke instanties (artikel 19).<br />
Een kind dat het verblijf in het gezin waartoe het behoort, moet<br />
missen of dat niet in dat gezin mag blijven, heeft recht op bijzondere<br />
bescherming en bijstand van staatswege. Deze zorg kan,<br />
onder andere, plaatsing in een pleeggezin omvatten, of, indien<br />
noodzakelijk, plaatsing in geschikte instellingen voor kinderzorg<br />
(artikel 20).<br />
9