08.09.2013 Views

Beschrijving juridische kader - Commissie-Samson

Beschrijving juridische kader - Commissie-Samson

Beschrijving juridische kader - Commissie-Samson

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Stb. 330). De Wjhv viel onder de verantwoordelijkheid van de<br />

ministers van VWS en van Justitie. Zij zal 16 jaar standhouden.<br />

Met de inwerkingtreding van de Wjhv zijn de Beginselenwet voor<br />

de kinderbescherming en het Uitvoeringsbesluit kinderbescherming<br />

komen te vervallen.<br />

De Wjhv is de vrucht van een initiatief van de Tweede Kamer.<br />

Zij was een <strong>kader</strong>- en bekostigingswet met regels over de planning<br />

en kwaliteit van, de samenwerking bij en de voorwaarden<br />

voor jeugdhulpverlening. De Wjhv had als uitgangspunt dat de<br />

rijksoverheid, de provincies en het particulier initiatief ieder vanuit<br />

de eigen verantwoordelijkheid gestalte geven aan de jeugdhulpverlening.<br />

Zij beoogde de samenhang op het terrein van de jeugdhulpverlening<br />

te vergroten en de verzuiling binnen de overheid<br />

en de uitvoeringsorganisaties tegen te gaan. De Wjhv ging uit van<br />

territoriale decentralisatie: een groot deel van de taken van het<br />

Rijk werd overgeheveld naar de provincies.<br />

Jeugdhulpverlening omvatte activiteiten die zijn gericht op het bij<br />

jeugdigen voorkomen, verminderen of opheffen van problemen of<br />

stoornissen van lichamelijke, geestelijke, sociale of pedagogische<br />

aard die hun ontwikkeling naar volwassenheid ongunstig konden<br />

beïnvloeden.<br />

Jeugdhulpverlening bestond uit 4 onderdelen:<br />

(1) pleegzorg, dat is hulpverlening bestaande uit het bieden<br />

van opneming in een pleeggezin en de daarmee verband houdende<br />

begeleiding van pleegkinderen, pleegouders, ouders en<br />

stiefouders,<br />

2) residentiële hulpverlening, dat is hulpverlening waarbij een<br />

jeugdige wordt opgenomen in een tehuis waarin dag en nacht<br />

hulp wordt geboden,<br />

(3) semiresidentiële hulpverlening, dat is hulpverlening waarbij<br />

een jeugdige regelmatig gedurende een deel van een etmaal in<br />

een daartoe bestemde inrichting verblijft, of<br />

(4) ambulante hulpverlening, dat is hulpverlening, anders dan<br />

bedoeld onder 1, 2 of 3 (artikel 1).<br />

De Wjhv was van toepassing op de beleidsvorming en de uitvoering<br />

en bekostiging van voorzieningen van primaire, secundaire en<br />

tertiaire hulpverlening, en op steunfuncties (artikel 2).<br />

Tot de primaire hulpverlening behoren onder meer de bureaus vertrouwensartsen.<br />

Daaraan kon vertrouwelijk kindermishandeling<br />

worden gemeld. Deze bureaus onderzochten de mishandeling en<br />

probeerden door verwijzing naar of inschakeling van andere hulpverleners<br />

een oplossing te verwezenlijken voor het probleem van<br />

de mishandeling en de daaraan ten grondslag liggende oorzaken.<br />

Tot de secundaire hulpverlening behoorden onder meer (1) voorzieningen<br />

van crisisopvang, dat waren tehuizen voor voorlopige<br />

opneming van en hulpverlening gedurende dag en nacht aan<br />

jeugdigen die onverwijld moeten worden opgenomen in afwachting<br />

van een beslissing over de meest geschikte hulpverlening of<br />

van hun definitieve bestemming, (2) observatiehuizen, dat waren<br />

tehuizen voor onderzoek naar de persoonlijkheid van jeugdigen<br />

met het oog op een beslissing over de meest geschikte hulpverlening,<br />

en waar verzorging voor dag en nacht wordt geboden,<br />

(3) tehuizen voor opvoeding en verzorging, dat waren tehuizen<br />

waarin aan jeugdigen gedurende dag en nacht opvoeding en<br />

40<br />

verzorging werden geboden in verband met problemen of stoornissen<br />

van lichamelijke, geestelijke, sociale of pedagogische aard<br />

die hun ontwikkeling naar volwassenheid ongunstig kunnen<br />

beïnvloeden, (4) tehuizen voor buitengewone behandeling,<br />

dat waren tehuizen waarin jeugdigen voor dag en nacht werden<br />

behandeld in verband met problemen of stoornissen van<br />

lichamelijke, geestelijke, sociale of pedagogische aard die hebben<br />

geleid tot sociaal onaanvaardbaar gedrag, (5) gezinshuizen, dat<br />

waren tehuizen voor opvoeding en verzorging waarbij zoveel<br />

mogelijk een normale leef- en gezinssituatie werd benaderd,<br />

(6) instellingen voor therapeutische gezinsverpleging, dat waren<br />

voorzieningen die aan zeer moeilijk opvoedbare jeugdigen in<br />

pleeg gezinnen intensieve steun en begeleiding boden, (7) instellingen<br />

voor begeleid wonen, dat waren voorzieningen die aan<br />

zelfstandig gehuisveste jeugdigen begeleiding boden, gericht op<br />

zelfstandig functioneren, (8) voorzieningen voor pleegzorg, dat<br />

waren voorzieningen die aan jeugdigen opneming in een pleeggezin<br />

boden en aan pleegkinderen, pleegouders en (stief)ouders<br />

begeleiding boden, (9) adviesbureaus voor jeugd en gezin, dat<br />

waren voorzieningen die aan jeugdigen en ouders psychosociale<br />

adviezen en begeleiding boden en (10) centrales voor pleeggezinnen,<br />

dat waren voorzieningen die de plaatsing van jeugdigen in<br />

pleeg gezinnen voorbereidden.<br />

Tot de tertiaire hulpverlening behoorden (1) internaten voor zeer<br />

intensieve behandeling, dat waren tehuizen waarin aan jeugdigen<br />

met zeer zware gedragsproblemen, al dan niet gepaard gaande<br />

met psychotische of neurotische stoornissen, behandeling werd<br />

geboden, alsmede verpleging en verzorging gedurende dag en<br />

nacht en (2) tuchtscholen, dat waren tehuizen uitsluitend bestemd<br />

voor jeugdigen die waren gestraft 31 dan wel uit huis waren<br />

geplaatst in het <strong>kader</strong> van hun ondertoezichtstelling<br />

(bijlage behorende bij Wjhv).<br />

De Wjhv bevatte regels over rijksplanning en provinciale planning<br />

(artikelen 8 tot en met 13) en samenwerking (artikelen 14 tot en<br />

met 22).<br />

De Wjhv werd uitgevoerd in regio’s. In elke regio was een<br />

samenwerkingsverband waarin de uitvoerders van de hulpverlening,<br />

Regionale Instellingen voor Ambulante Geestelijke<br />

Gezondheidszorg (Riagg’s) en de raden voor de kinderbescherming<br />

waren vertegenwoordigd. Het samenwerkingsverband was<br />

een rechtspersoon. Het zorgde onder meer voor informatievoorziening<br />

over de inhoud van de beschikbare voorzieningen en<br />

afstemming tussen de uitvoerders, en hield een jeugdhulpadviesteam<br />

in stand (artikelen 14 en 15).<br />

In elke regio was een jeugdhulpadviesteam, dat bestond uit een<br />

kinder- of jeugdarts, een kinder- of jeugdpsychiater, een orthopedagoog,<br />

een psycholoog en een maatschappelijk werker. De leden<br />

van het team werkten in het team onafhankelijk ten opzichte van<br />

hun werkgever. Het team stelde diagnoses op met het oog op de<br />

31 Bij de herziening van het strafrecht in 1995 zijn tuchtscholen wat opneming<br />

van gestrafte jeugdigen betreft uitsluitend bestemd voor jeugdigen aan wie<br />

de straf van jeugddetentie is opgelegd.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!