Richtlijn CVRM feb2013 - KNMP
Richtlijn CVRM feb2013 - KNMP
Richtlijn CVRM feb2013 - KNMP
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
geven. Het verhoogd risico op significante bloedingen was de voornaamste reden voor de auteurs om het standaard<br />
gebruik van acetylsalicylzuur bij mensen zonder bewezen hart-en vaatlijden af te raden: de kans op een bloeding lag<br />
31% hoger bij patiënten die acetylsalicylzuur gebruikten. Primaire preventie van infarcten met behulp van<br />
acetylsalicylzuur moet volgens de auteurs alleen worden geprobeerd in specifieke patiëntengroepen waarbij verwacht<br />
kan worden dat de voordelen het bloedingsrisico overtreffen, bijvoorbeeld mensen met een a priori hoger risico op<br />
cardiovasculaire ziekte. Routinegebruik van acetylsalicylzuur bij primaire preventie van cardiovasculaire incidenten is<br />
daarom niet aan te bevelen, maar moet per geval bekeken worden [Seshasai 2012]. In de MDR richtlijn <strong>CVRM</strong> worden<br />
ouderen ( >65 jaar) met moeizaam te reguleren diabetes mellitus genoemd als mogelijke risicogroep om preventieve<br />
behandeling met acetylsalicylzuur te geven [MDR <strong>CVRM</strong>].<br />
Onderzoeken secundaire preventie en acetylsalicylzuur<br />
Uit diverse onderzoeken en meta-analyses blijkt dat de behandeling met acetylsalicylzuur als secundaire preventie bij<br />
onder andere ischaemisch CVA/TIA, myocardinfarct, ( in) stabiele angina pectoris, CABG, PCI, atriumfibrilleren en<br />
perifeer vaatlijden, bewezen effectief is. In 2009 is een richtlijn van het CBO verschenen over de ‘diagnostiek,<br />
preventie en behandeling van veneuze trombo-embolie en secundaire preventie van arteriële trombose’, waarin de<br />
plaats en effectiviteit van acetylsalicylzuur bij de verschillende aandoeningen uitgebreid onderbouwd wordt met<br />
literatuur) [CBO trombose].<br />
Onderzoeken bij gastroprotectie<br />
Uit het HARM-rapport blijkt dat trombocytenaggregatieremmers in absolute zin een belangrijke oorzaak zijn van<br />
potentieel vermijdbare geneesmiddelgerelateerde aandoeningen: deze middelen waren betrokken bij 64% (41/64) van<br />
de gastro-intestinale bloedingen, waarbij 28% (18/64) van deze bloedingen gerelateerd waren aan Vitamine K<br />
antagonisten en 33% (21/64) aan NSAID’s. Tevens blijkt er toenemend bewijs te zijn dat laag gedoseerd<br />
acetylsalicylzuur verantwoordelijk is voor een groot deel van alle ziekenhuisopnamen t.g.v. hoge gastrointestinale<br />
bloedingen [Lanas 2007, HARM-W]. Uit een meta analyse in 2011 blijkt dat laag gedoseerd acetylsalicylzuur het risico<br />
op grote gastrointestinale bloedingen verhoogt ten opzichte van placebo (OR=1,55, 95% BI: 1,27-1,90). Het gebruik van<br />
een protonpompremmer gelijktijdig met laahgedoseerd acetylsalicylzuur, reduceert daarentegen juist het risico op<br />
grote gastrointestinale bloedingen (OR= 0,34; 95% BI: 0,21-0,57) [Lanas 2011].<br />
Het HARM-wrestling rapport en de –herziene- NHG standaard maagklachten, adviseren altijd maagbescherming (1 x<br />
daags 20mg omeprazol) te geven bij gebruikers van laaggedoseerd acetylsalicylzuur vanaf de leeftijd van 80 jaar en bij<br />
gebruikers vanaf 60 jaar met een peptisch ulcus of ulcuscomplicatie in de voorgeschiedenis. Tevens is<br />
maagbescherming geïndiceerd bij gebruikers vanaf 70 jaar, die gelijktijdig een ander geneesmiddel gebruiken dat het<br />
risico op gastrointestinale complicaties vergroot (vitamine K antagonist, clopidogrel, prasugrel, ticagrelor, systemisch<br />
werkend corticosteroïd, SSRI, venlafaxine, duloxetine, trazodon of spironolacton) [NHG M36, HARM-W]. Bij het<br />
toevoegen van maagbescherming dient echter opgemerkt te worden dat lage gastrointestinale complicaties en<br />
bloedingen buiten het maag-darmkanaal hierdoor niet voorkomen kunnen (bijv. bij mensen met een diverticulaire<br />
aandoening) [HARM-W].<br />
Conclusie<br />
Het gebruik van laaggedoseerd acetylsalicylzuur als secundaire preventie bij hart-en vaatziekten is bewezen effectief.<br />
Dit geldt echter niet voor het gebruik van laaggedoseerd acetylsalicylzuur bij de primaire preventie van<br />
cardiovasculaire incidenten: de reductie in morbiditeit en mortaliteit weegt over het algemeen niet op tegen het<br />
toegenomen risico op gastrointestinale bloedingen. Gastroprotectie dient gestart te worden bij gebruikers van<br />
laaggedoseerd acetylsalicylzuur en aanwezigheid van één of meerdere –van de bovengenoemde- risicofactoren.<br />
[54] Nieuwe Orale Anti-Coagulantia (NOAC’s): apixaban, dabigatran, rivaroxaban<br />
Toepassing<br />
De nieuwe orale anticoagulantia (NOAC’s) worden onder meer toegepast bij de profylaxe van veneuze trombo embolie<br />
na een electieve heup- of knievervangende operatie, bij de preventie van een cerebrovasculair incident ( CVA) ten<br />
gevolge van atriumfibrilleren en bij de behandeling van diep veneuze trombose [IM 2012, FK 2012].<br />
Soorten<br />
De NOAC’s zijn te onderscheiden in de trombine IIa remmers ( dabigatran etexilaat) en de stollingsfactor Xa-remmers<br />
(apixaban, rivaroxaban) [IM 2012, FK 2012].<br />
Werkingsmechanisme<br />
Dabigatran etexilaat is een prodrug dat na absorptie door esterasen in het plasma en de lever wordt omgezet tot het<br />
farmacologisch actieve dabigatran, een reversibele trombine IIa remmer. Dabigatran remt zowel het vrije als het aan<br />
fibrine gebonden trombine en de trombocyten geïnduceerde plaatjesaggregatie. De werking van de – geactiveerdestollingsfactor<br />
Xa-remmers berust op de remming van de vorming van zowel trombine als van stolsels. Het is niet nodig<br />
stollingsparameters te bewaken tijdens gebruik van de directe trombineremmers.<br />
CONCEPT<br />
64