29.06.2013 Views

MARE CLAUSUM. - Acehbooks.org

MARE CLAUSUM. - Acehbooks.org

MARE CLAUSUM. - Acehbooks.org

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

299<br />

bij te wonen, hoewel het vaststellen zijner Instructie en de<br />

definitieve order om naar Hamburg te vertrekken uog uitgesteld<br />

werd '). Toen echter het tractaat eenmaal in orde was,<br />

kwam er eene plotselinge verandering. Het geheele jaar maakte<br />

de Fransche gezant slechts tweemaal weder melding van<br />

de eerst zoo sterk aangedrongene conferentie -), terwijl daarentegen<br />

van Engelsche zijde onophoudelijk tot spoed aangemaand<br />

werd.<br />

Den 15 Juli had de door Aan Beveren reeds sinds<br />

lang uit Engeland aangekondigde audiëntie van den keurvorst<br />

bij de Staten-Generaal plaats. Karel Lodewijk verzekerde<br />

hun, dat zij van Engeland niets te vreezen hadden, met<br />

name in de zaak van de groote visscherij ; maar hij verzocht dan<br />

ook dringend, ten spoedigste een ambassadeur naar Hamburg<br />

te zenden. De Staten antwoordden daarop „complimenteusclijck",<br />

maar beloofden niets bepaalds Zij konden niet<br />

meer zeggen; eerst den vorigen dag had de Engelsche resident<br />

Boswell zich met een even onbepaald antwoord moeten<br />

tevreden stellen '). Deze had eenen eigenhändigen brief van<br />

zijnen meester van 20/30 Juni ') overhandigd, waarin deze<br />

zijnen resident bij de Staten inleidde als onderhandelaar over<br />

eene alliantie, daar het Fransch-Engelsche verbond nu zoo<br />

verre gevorderd was, dat men er met reden iets goeds van<br />

konde hopen 5 ). Een definitief antwoord ontving Boswell<br />

daarop eerst den ( .) Augustus °) : het luidde bepaald uitstellend op<br />

grond van der Staten onbekendheid met de zaak. Hij koude daar-<br />

') R.S.-G. 3,4,15 Juni 1637. — Dat het den Staten van den beginne af met die<br />

sendu een ernsl was blijkt nel uit de R.ll. '20 Mei 1637. Toen (dus reeds<br />

vóór zijne benoeming) besloten de Staten Cracauw te'Hamburg te gebruiken, .om<br />

kenuisse te nemen, vvaer de voorschreven eonterentie henen sal willen gaeu, en ot<br />

desehe liaer voortganck sal gewinnen, dan niet, om des advertentie te geven aan<br />

hare Ho. Mo., om sulcks gedaen zijnde, alsdan nader te mogen letten, om een<br />

l'ersonagie uyt de Regeringhe derwaertstc mogen schicken. De<br />

Staten meenden du» aan den goeden uitslag der conferentie te mogen twijfelen en<br />

beschouwden de /ending van Cracauw slechts als eene voorloopige.<br />

2) R.S.-G. 15 Sept., 28 Oct. 1637.<br />

3 ) Aitzema, Saken v. Staet. II. p. 192<br />

*) Deze brief bevindt zich in originali in de E.E. 1637. — Aitzema (Saken \<br />

Staet. II. p. 192) meent onjuist, dat de datum 20 Juli is.<br />

') R.H. 14 Juli 1637.— De daarbij gehouden Propositie van Boswel] bevindt<br />

zich in de: L.E. 1637<br />

6 ) Dit antwoord staat afgedrukt bij: Aitzema, Saken v. staet. 11. p. 492 niet<br />

de dagteekening 30 Juli. Dat die dagteekening verkeerd is, blijkt uit bet origineel,<br />

voorhanden in: E.E. 1637. — Het werd Boswell eerst den 14 Augustus 1er hand<br />

gesteld volgens zijne Propositie van 19 Augustus, in : L.E. 1637.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!