VLAAMSERAAD - Vlaams Parlement

[ 265 1
* De recessie binnen de sector sinds begin 1990, ten gevolge van verminderde
afzetmogelijkheden in de Angelsaksische wereld, de ongunstige dollarevolutie,
dit alles nog versterkt door de Golfkrisis vanaf de tweede helft van 1990, stelt
tal van textielbedrijven voor problemen. Hieraan kan slechts tegemoetgekomen
worden door een gerichte innovatiestrategie, met als doelstelling een
snellere difmsie en toepassing van de beschikbare know-how over de hele
sector.
* De technologische innovatie binnen de sector kent een snelle evolutie, gekoppeld
aan een snelle diffisie in belangrijke subsectoren als de katoenspinnerij en
de weverij (3)
Die diffisie is echter niet algemeen: In sommige subsectoren en bedrijven,
doorgaans meer arbeidsintensieve (4), en kleiner qua omvang dan de bedrijven
in bovenvermelde sectoren, verloopt deze diffisie evenwel heel wat trager.
* De innovaties binnen de sector inzake mogelijke hulpstoffen bij veredeling van
textielmaterialen, nemen een dergelijke omvang aan, dat efficiënte informatie
hierover onontbeerlijk is. Deze verschillende stoffen (het gaat hier om tienduizenden
verschillende merknamen, die door belangrijke chemieproducenten
worden aangeboden) hebben immers elk op zich een verschillende impact op
het produktieproces en het eindprodukt, maar evenzeer op het milieu (afvalwaters),
de arbeidsomgeving (met eventuele risico’s, waarbij vooral de normen
die in verschillende landen voor verschillende toepassingen gangbaar zijn, de
materie zeer complex maken).
* Op dit vlak hebben de technologische adviseerdiensten van het Collectief
Centrum Centexbel vanzelfsprekend al belangrijke stappen gezet. In het kader
van mijn beklemtoning van Technology Assessment aspekten moet het echter
ook de bedoeling zijn dit informatie-aanbod naar andere domeinen uit te
breiden (bv. veiligheid en gezondheid op het werk) en het op een efficiënte
manier ter beschikking te stellen voor alle bedrijven uit de sector.
Het impulsprogramma Geavanceerde Technologieën moet met betrekking tot de textielsector
in de eerste fase (de verkenningsfase) bijvoorbeeld nagaan hoever het staat
met de toepassing van micro-electronica in arbeidsintensieve sectoren (zoals de
breigoedsector, bepaalde segmenten van de veredelingssector, de vlasspinnerij e .d.m. ).
Tegelijkertijd moet worden nagegaan hoe en in hoeverre beschikbare technieken
kunnen toepast worden binnen deze subsectoren. Voor de uitvoering hiervan kan
worden teruggevallen op de ervaring van de TAD en de SB diensten van het collectief
centrum.
(3)
(4)
Wat machinebouw en produktieuitrusting in de textielsector betreft, heeft Vlaanderen
met producenten als Picanol, Vandewiele en Barco belangrijke troeven in de hand.
Een voorbeeld hiervan zijn de vlasspinnerijen waar de afzetmogelijkheden van
machineproducenten beperkt zijn.
506 (1990-1991) - Nr. 1