VLAAMSERAAD - Vlaams Parlement

506 (1990-1991) - Nr. 1 1316 1
$ 3. Voor elk project dat wordt geëvalueerd, zowel in de autonome functie als in de
adviesfunctie, wordt een college van deskundigen geraadpleegd.
§ 4. De raad van Bestuur kan externe experten raadplegen over elke aangelegenheid
die hij nuttig acht in het kader van de opdrachten van het IWT.
Er zal een vergoeding voorzien worden voor de experten die zullen optreden voor het
college van deskundigen of voor ad hoc consultatie. Het is de bedoeling dit bedrag
gelijk te stellen met een consultancy vergoeding.
&t. ll. Dit artikel vergt geen commentaar.
Art. 12.13 en 14. Deze artikelen komen tegemoet aan de wenselijkheid voor responsabilisering
van het bestuur en aan de noodzaak voor continue opvolging en vlotte
uitvoering van de beslissingen van de bestuursorganen. Deze responsabilisering wordt
gerealiseerd door het mandaat van de voorzitter van de raad van bestuur en de
voorziene samenspraak met de directeur-generaal voor wat de beleidsaspecten van het
Instituut betreft.
Het mandaat van de voorzitter is een voltijdse opdracht, waarbij de wederzijdse
rechten en plichten in een overeenkomst tussen de voorzitter en de Vlaamse Executieve
worden vastgelegd. De als wedde geldende vergoeding voor de voorzitter van de
raad van bestuur wordt bepaald in de overeenkomst en is ten laste van het IWT.
Art. 15 en 16. De responsabilisering van de leiding en de ruime autonomie in de
werking van het IWT brengt met zich mee dat aan de directeur-generaal specifieke
bevoegdheden worden gegeven. Overeenkomstig deze uitgangspunten wordt de
mandaatperiode van de directeur-generaal beperkt.
ti. 17. - Teneinde het IWT optimaal te laten functioneren, werd een indeling in
diensten gepland als volgt.
Vooreerst werd een dienst “Wetenschappelijk - Technologische Opdracht” voorzien.
De dienst zal geleid worden door een opdrachthouder.
Verder is een dienst voorzien “Dienstverlening naar de industrie”.
In deze dienst zullen de opdrachten van de Technologische Innovatiecel Vlaanderen
(TIV) opgenomen worden.
Eveneens zullen de Technologische Adviseerdiensten (TAD 1 en Stand- by-diensten
(SB) vanuit deze dienst worden gecoördineerd, gestuurd en gekontrolleerd.