JAARVERSLAG 2010 RETAIL IS ONS VAK - Macintosh Retail Group

Jaarrekening
Aangezien uit de beschikbare informatie van door Macintosh Retail Group afgesloten leasecontracten dit onderscheid niet
te maken is, is Macintosh Retail Group niet in staat geweest om invulling te geven aan deze wijziging. Bij het aangaan van
eventuele nieuwe leasecontracten zal aan de hand van de alsdan beschikbare informatie worden nagaan of onder de
algemene bepalingen van IAS 17, de grond als een operationele of een financiële lease wordt beschouwd.
IAS 36: Bepaling van de maximale omvang van een kasstroomgenererende eenheid (cash generating unit), ten behoeve van
de berekening van een bijzondere waardevermindering (impairment) van goodwill
Deze bepaling heeft betrekking op het begrip kasstroomgenererende eenheid (cash generating unit). Ter berekening
van een eventuele bijzondere waardevermindering / impairment mag een cash generating unit niet groter zijn dan een
operationeel segment, vóór samenvoeging, conform hetgeen is gesteld in IFRS 8 Operationele segmenten.
Daar deze bepaling al werd toegepast door Macintosh Retail Group, heeft deze geen invloed gehad op de cijfers.
IFRS 8: Verduidelijking op het geven van informatie omtrent activa van operationele segmenten
Deze verduidelijking stelt dat een entiteit voor elk te rapporteren segment enkel een waardering van de totale activa dient
te rapporteren, indien deze waardering regelmatig aan een hooggeplaatste functionaris die belangrijke operationele beslissingen
neemt, wordt medegedeeld. Dit in tegenstelling tot het verleden, toen men altijd een waardering van totale activa
diende te geven.
Daar deze bepaling al werd toegepast door Macintosh Retail Group, heeft deze geen invloed gehad op de cijfers.
De volgende standaarden zijn van toepassing voor Macintosh Retail Group, maar zijn in 2010 niet relevant geweest, daar de
omstandigheden waar de standaarden op duiden zich in het huidige verslagjaar niet hebben voorgedaan. Zodra de omstandigheden
zich in de toekomst weer voordoen, zullen deze standaarden worden toegepast:
• IAS 38: Verduidelijking inzake de bepaling van de reële waarde van een immaterieel actief in relatie tot IFRS 3
• IAS 38: Verduidelijking inzake waarderingsmethodieken voor bepaling van de reële waarde van een door middel van
een overname verkregen immaterieel actief, dat niet op een actieve markt wordt verhandeld.
• IFRS 3 / IAS 27 / IAS 28 / IAS 31: uitgebreide herziening inzake de verwerking en verantwoording van acquisities,
overnames en wijzigingen in deelnemingspercentages (voor een nadere toelichting wordt verwezen naar
de grond slagen pag. 107).
• IFRS 5: Verduidelijking inzake verwerking van de voorgenomen verkoop van een controlerend belang in een deelneming.
• IFRS 5: Verduidelijking omtrent toepassing van IFRS 5 en eventuele andere standaarden welke toelichtingen bevatten
op activa aangehouden voor de verkoop en beëindigde activiteiten.
IAS 38: Verduidelijking inzake de bepaling van de reële waarde van een immaterieel actief in relatie tot IFRS 3
Als de waardering van een immaterieel vast actief, dat is verworven via een acquisitie, alleen in combinatie met een ander
immaterieel vast actief te bepalen is, is het toegestaan om de groep van immateriële vaste activa te presenteren als één
immaterieel actief, mits de levensduur van de afzonderlijke activa gelijk is. Het is op dit moment niet bekend of zich dit in de
toekomst zal voordoen.
IAS 38: Verduidelijking inzake waarderingsmethodieken voor bepaling van de reële waarde van een door middel van een
overname verkregen immaterieel actief, dat niet op een actieve markt wordt verhandeld
Volgens deze bepaling is het toegestaan om, ter bepaling van de reële waarde van een bij overname verworven immaterieel
vast actief, andere methodes te hanteren dan de vermelde waarderingsmethodieken in IFRS 3. De methodes welke in IFRS
3 staan vermeld dienen te worden gezien als voorbeelden.
Deze bepaling zal waarschijnlijk geen invloed hebben op toekomstige bepalingen van de reële waarde van een bij een overname
verkregen immaterieel actief, omdat de huidige door Macintosh Retail Group gehanteerde methodes overeenkomen
met de in IFRS 3 genoemde methodes.
IFRS 3 / IAS 27 / IAS 28 / IAS 31: uitgebreide herziening inzake verwerking en verantwoording van acquisities, overnames en
wijzigingen in deelnemingspercentages
De wijzigingen in IFRS 3 betreffen een uitgebreide herziening van de verwerking van de verwerving van zeggenschap in een
onderneming. De wijzigingen hebben betrekking op de waardering van minderheidsbelangen, de verwerking van transactiekosten,
de eerste opname en waardering na de eerste opname van voorwaardelijke vergoedingen, en van bedrijfscombinaties
die in fasen tot stand komen. Deze wijzingen hebben gevolgen voor het bedrag van de te verantwoorden goodwill,
de te rapporteren resultaten over de periode waarin de overname plaatsvindt en toekomstige te rapporteren resultaten.
De wijziging van IAS 27 verlangt dat een wijziging in het eigendomsbelang in een dochteronderneming (zonder dat er
sprake is van verlies van zeggenschap) wordt verwerkt als een transactie tussen eigenaren / aandeelhouders.
De wijziging in IAS 28 heeft betrekking op het niet meer mogen toepassen van de “equity methode” voor waardering vanaf
de datum waarop een onderneming niet langer invloed van betekenis heeft op een geassocieerde deelneming. Alsdan dient
de deelneming te worden gewaardeerd tegen reële waarde. De onderneming moet dan in haar winst- en verliesrekening het
Macintosh Retail Group Jaarverslag 2010 105