02.05.2013 Views

richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen

richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen

richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

JGZ-standaard / <strong>Vroegtijdige</strong> <strong>opsporing</strong> van <strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong> 0-19 jaar<br />

17<br />

Het cardiovasculaire systeem is het eerste functionerende systeem in het embryo,<br />

opgebouwd voor het transport van voedingsstoffen en afbraakproducten. In de<br />

periode van de 8e tot 12e zwangerschapsweek, krijgt de circulatie de definitieve foetale<br />

vorm. De foetale circulatie is op verschillende onderdelen anders dan de circulatie<br />

na de geboorte.<br />

■ Er zijn extracardiale shunts (de ductus arteriosus en de ductus venosus) en een<br />

intracardiale shunt (het foramen ovale) aanwezig. Deze zorgen voor een gelijke<br />

druk tussen de twee atria en de grote bloedvaten en daarmee ook tussen de twee<br />

ventrikels.<br />

■ Er is een hoge longvaatweerstand doordat de longen niet ontplooid zijn en de longvaten<br />

veel glad spierweefsel bevatten. Hierdoor is er een geringe bloedstroom naar<br />

de longen.<br />

■ De weerstand in de grote systeemcirculatie is laag in vergelijking met de situatie<br />

ná de geboorte, onder andere door de lage druk van de navelstreng en de placentaire<br />

bloedstroom.<br />

Door deze aanpassingen werken de foetale ventrikels in feite parallel aan elkaar<br />

(naast elkaar) in plaats van in serie (na elkaar) zoals na de geboorte. De verdeling van<br />

het uitgedreven bloed is afhankelijk van weerstand en de stroom én van het feit dat de<br />

grote open ductus arteriosus zorgt voor een gelijke druk in aorta en pulmonaal arterie.<br />

Zuurstofrijk bloed stroomt vanuit de placenta door de navelstrengvene (vena umbilicalis)<br />

naar de lever, maar ongeveer 50% gaat direct naar de ductus venosus. De ductus<br />

venosus geeft weinig weerstand, waardoor het zuurstofrijke krachtiger stromende<br />

bloed uit de navelvene direct naar het hart wordt gestuurd. Het stroomt naar de rechter<br />

boezem en voor 50-60% door het foramen ovale naar het linker atrium. Dit zuurstofrijke<br />

bloed, gemengd met wat teruggekomen bloed uit de longen via de vena pulmonalis,<br />

wordt naar de linker ventrikel gestuurd en hiervandaan naar de aorta. De<br />

krans- en hersenslagaders, evenals de bovenste extremiteiten krijgen hierdoor zuurstofrijker<br />

bloed aangeboden dan de andere delen van het lichaam (met uitzondering<br />

van de lever).<br />

Een deel van het bloed uit de vena umbilicalis wordt in de vena cava inferior gemengd<br />

met het zuurstofarme bloed uit het onderste deel van het lichaam. Samen met het<br />

veel minder zuurstofrijke bloed uit de vena cava superior gaat dit via de tricuspidaalklep<br />

naar de rechter ventrikel en arteria pulmonalis. Een groot deel van dit bloed<br />

stroomt niet naar de longen (hoge vaatweerstand), maar via de ductus arteriosus<br />

(Botalli) naar de aorta descendens en zo naar het onderste deel van het lichaam en de<br />

navelstrengarteriën (lage vaatweerstand). Ongeveer 65% van de foetale output gaat<br />

naar de placenta terug, de rest doorstroomt foetale organen en weefsels.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!