02.05.2013 Views

richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen

richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen

richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

JGZ-standaard / <strong>Vroegtijdige</strong> <strong>opsporing</strong> van <strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong> 0-19 jaar<br />

Als sprake is van familiaire belasting en/of een genetisch syndroom moeten ouders bij<br />

een zwangerschapswens gewezen worden op de mogelijkheid van een erfelijkheidsadvies<br />

bij een Klinisch Genetisch Centrum (zie adressenlijst).<br />

Bij zowel monogenetische, polygenetische als chromosomale aandoeningen komen<br />

frequent specifieke <strong>hartafwijkingen</strong> voor. Het syndroom van Down dat bij 1 op 660-<br />

800 levendgeborenen voorkomt (Moss,1992; Ottenkamp & Harms,1994) is het meest<br />

voorkomende syndroom dat geassocieerd is met een <strong>aangeboren</strong> hartafwijking. Het is<br />

raadzaam om bij elk kind met het syndroom van Down cardiologisch onderzoek te<br />

laten verrichten door een kinderarts/kindercardioloog, ook als er geen aanwijzingen<br />

zijn voor een hartafwijking.<br />

De diagnose Turner-syndroom wordt vaak pas tijdens de adolescentie gesteld (Mulder<br />

et al.,1999). Het syndroom komt bij 1 op 1500 tot 2500 levendgeboren meisjes voor<br />

(Behrman et al.,2003) en gaat in ongeveer 38% van de gevallen gepaard met een <strong>aangeboren</strong><br />

hartafwijking, vaak een CoA. De lichamelijke kenmerken van het syndroom<br />

kunnen bij deze meisjes sterk verschillen, omdat diverse chromosoompatronen (zgn.<br />

cellijnen) mogelijk zijn. Typische kenmerken zijn een korte lichaamslengte, nekplooien<br />

(‘webbing of the neck’) en gonadale dysplasie.<br />

Bij het velocardiofaciaal-syndroom (syndroom van Shprintzen) waarvan de frequentie<br />

wordt geschat op 1 op 2000-5000 (Lie & Beemer,1996), zijn naast afwijkingen aan hart<br />

en/of grote vaten de hoofdsymptomen: palatumafwijkingen, spraak-/taalstoornissen<br />

en een kenmerkend gelaat.<br />

Patiënten met het syndroom van William-Beuren, waarbij als specifieke hartafwijking<br />

vaak een supravalvulaire AS wordt gezien, kan men herkennen aan groeiachterstand,<br />

mentale retardatie, een afwijkend gebit, een hese stem en het ‘elfjesgelaat’. Naar<br />

schatting komt het syndroom bij 1 op 20.000 levendgeborenen voor (Van Meurs-van<br />

Woezik,1995).<br />

Andere genetische syndromen waarbij <strong>hartafwijkingen</strong> voorkomen zijn het syndroom<br />

van Marfan, spierdystrofieën en Neurofibromatose type I. Een overzicht van syndromen<br />

waarbij <strong>hartafwijkingen</strong> kunnen voorkomen, is weergegeven in bijlage 1. Voor<br />

uitgebreidere informatie over de verschillende syndromen wordt naar de leerboeken<br />

verwezen.<br />

5.3 Toxische, metabole en infectieuze factoren tijdens de zwangerschap<br />

60<br />

Verschillende invloeden tijdens de zwangerschap vergroten de kans op een <strong>aangeboren</strong><br />

afwijking aan het hart en/of de grote vaten omdat ze de ontwikkeling hiervan<br />

kunnen verstoren (Cedergren & Källen,2003; Shillingford & Weiner,2001; Watkins et<br />

al.,2003; Wilson PD et al.,1998). Het gaat hierbij om de volgende factoren bij de moeder:

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!