richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen
richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen
richtlijn Vroegtijdige opsporing aangeboren hartafwijkingen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
JGZ-standaard / <strong>Vroegtijdige</strong> <strong>opsporing</strong> van <strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong> 0-19 jaar<br />
HOOFDSTUK 5<br />
AANGEBOREN HARTAFWIJKINGEN BIJ RISICOGROEPEN<br />
5.1 Inleiding<br />
De incidentie van <strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong> bij kinderen is waarschijnlijk veel<br />
hoger dan men op grond van de incidentiecijfers van <strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong> bij<br />
levendgeborenen zou vermoeden. Bij doodgeboren baby’s komt in 3-4% van de gevallen<br />
een meestal ernstige complexe <strong>aangeboren</strong> hartafwijking voor. Bij spontane abortus<br />
is dit nog frequenter: 10-25% (Bernstein,2003). Veel van deze <strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong><br />
zijn waarschijnlijk genetisch of multifactorieel bepaald. Gebrek aan<br />
autopsiegegevens maakt harde uitspraken hierover onmogelijk. In de meeste gevallen<br />
is de oorzaak van een <strong>aangeboren</strong> hartafwijking bij levendgeborenen niet te achterhalen.<br />
Wel is van bepaalde factoren bekend dat ze de kans op een <strong>aangeboren</strong> hartafwijking<br />
verhogen (zie tabel 5.1). Op deze oorzakelijke factoren wordt nader ingegaan.<br />
Ook wordt aandacht besteed aan de mogelijk verhoogde risico’s bij bepaalde etnische<br />
groepen.<br />
Tabel 5.1. Factoren die een rol kunnen spelen bij het ontstaan van <strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong><br />
(Bonnet-Breusers et al.,2003)<br />
Factor Percentage van alle<br />
<strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong><br />
Genetische factoren: chromosomaal, microbeschadigingen 6-10%<br />
Factoren bij de moeder: 2%<br />
toxische en metabole factoren, intra-uteriene infecties<br />
Andere factoren: combinaties van genetische en 90%<br />
omgevingsfactoren (multifactorieel)<br />
5.2 Genetische factoren<br />
59<br />
Erfelijke factoren kunnen een rol spelen bij het krijgen van een <strong>aangeboren</strong> hartafwijking.<br />
Dit wordt zichtbaar wanneer men kijkt naar de kansverdeling van <strong>aangeboren</strong><br />
<strong>hartafwijkingen</strong> bij eerstegraads verwanten. Een <strong>aangeboren</strong> hartafwijking bij de<br />
moeder of vader verhoogt de kans op een <strong>aangeboren</strong> hartafwijking bij het kind tot<br />
soms wel 17% (afhankelijk van de aandoening), terwijl dit in de algemene populatie<br />
1% is (Mulder et al.,1999). Bij twee of meer broers of zussen met een <strong>aangeboren</strong> hartafwijking<br />
is de kans voor een volgend kind 20-30%. Als de moeder ouder is dan 35 jaar<br />
is de kans op <strong>aangeboren</strong> afwijkingen bij het kind, waaronder <strong>aangeboren</strong> <strong>hartafwijkingen</strong>,<br />
licht verhoogd (Wilson et al.,1998).