Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
104<br />
ook de overste van de school, of (gelijk wij zegg<strong>en</strong>) de predikant, <strong>en</strong> zegt tot de<br />
m<strong>en</strong>igte: daar <strong>zijn</strong> zes dag<strong>en</strong> in de week, op welke m<strong>en</strong> arbeid<strong>en</strong> moet; komt alsdan <strong>en</strong><br />
laat u help<strong>en</strong>; maar niet op de Sabbatdag, op welke m<strong>en</strong> moet rust<strong>en</strong> <strong>en</strong> niets<br />
uitvoer<strong>en</strong>. Door zulk e<strong>en</strong> prediking wil hij Christus bestraff<strong>en</strong>, terwijl hij het de Heere<br />
toch niet in het gezicht durft te zegg<strong>en</strong>.<br />
Maar de Heere blijft hem ook het antwoord niet schuldig; zodat hij met <strong>zijn</strong><br />
kamerad<strong>en</strong> beschaamd staat <strong>en</strong> verstomm<strong>en</strong> moet (vs. 15 <strong>en</strong> 16), gij, huichelaars, wie<br />
is er onder u, die niet <strong>zijn</strong> os of ezel van de kribbe losmaakt op de Sabbatdag <strong>en</strong> ze te<br />
drink<strong>en</strong> voert, wanneer zij dorst hebb<strong>en</strong>. En ik zou deze die toch Abrahams dochter is,<br />
niet verloss<strong>en</strong> van de band, met welke de duivel haar nu achtti<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> gebond<strong>en</strong><br />
heeft? Ev<strong>en</strong>zo spreekt Hij ook hier: wie is er onder u, di<strong>en</strong>s os of ezel in de put valt,<br />
dat hij er hem niet zou uittrekk<strong>en</strong> op de Sabbatdag? Het is alsof Hij hun in onze taal<br />
ongewass<strong>en</strong> zegt: u b<strong>en</strong>t toch eig<strong>en</strong>lijk zelf grove oss<strong>en</strong> <strong>en</strong> ezels, ja nog dommer dan<br />
deze, welke u losmaakt. En u hebt erg nodig, dat de ezel u leert <strong>en</strong> de os u naar school<br />
voert; want deze kan het u wel aan het verstand br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, dat u hem losmaakt als hij<br />
dorst heeft, <strong>en</strong> hem te drink<strong>en</strong> geeft op de Sabbat; of uit de put trekt, als hij er<br />
ingevall<strong>en</strong> is, opdat hij niet verdrinkt. Kunt u dan niet verstaan of ler<strong>en</strong>, hoeveel<br />
nodiger het is, dat m<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s helpt als hij zulks behoeft? B<strong>en</strong>t u dan zo gr<strong>en</strong>zeloos<br />
dom, dat u verbiedt e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s in <strong>zijn</strong> nood te help<strong>en</strong>, terwijl u zelf toch uw vee - in<br />
nood van geringe betek<strong>en</strong>is - niet van hulp verstok<strong>en</strong> wilt lat<strong>en</strong>? Want uw os of koe<br />
zou niet zo spoedig van dorst sterv<strong>en</strong>, ook al gaf u hem op de Sabbat niet te drink<strong>en</strong>;<br />
toch me<strong>en</strong>t u, dat u hem, omwille van de Sabbat ge<strong>en</strong> dorst mag lat<strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>. U acht<br />
dus de nood van e<strong>en</strong> redeloos dier veel groter, dan die van e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s, die uw naaste is,<br />
naar Gods beeld geschap<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door God u zo nadrukkelijk aanbevol<strong>en</strong>, lief te hebb<strong>en</strong>;<br />
waar Hij zegt: gij zult uw naaste liefhebb<strong>en</strong> als uzelf.<br />
Lieve broeder, beoordeel dit nu e<strong>en</strong>s <strong>en</strong> meet het af naar Gods Woord. U me<strong>en</strong>t dat het<br />
e<strong>en</strong> grote onbarmhartigheid zou wez<strong>en</strong>, uw vee, wanneer het dorst heeft, niet te<br />
drink<strong>en</strong> te leid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> u b<strong>en</strong>t zulk e<strong>en</strong> duivel, dat u e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s, wie u naar van God<br />
gebod alle liefde <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>dschap moet bewijz<strong>en</strong>, voor wie u verplicht b<strong>en</strong>t uw eig<strong>en</strong><br />
lev<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>, in <strong>zijn</strong> nood laat ligg<strong>en</strong>! En dan wilt u nog gelijk hebb<strong>en</strong> als u Mij<br />
bestraft, omdat Ik e<strong>en</strong> zieke help! Immers zou u will<strong>en</strong>, dat m<strong>en</strong> u, waar het nodig<br />
was, op de Sabbat hielp. En u zou het niet gaarne zi<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>min als u het voor juist<br />
zou houd<strong>en</strong>, wanneer uw naaste u in de nood liet zitt<strong>en</strong> <strong>en</strong> veel over de Sabbat<br />
red<strong>en</strong>eerde. Zo echter doet u thans met uw naaste, <strong>en</strong> wilt daarom als e<strong>en</strong> grote heilige<br />
aangezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, als één die de Sabbat bijzonder in ere houdt. Maar u begrijpt er<br />
niets van, wat de Sabbat is <strong>en</strong> hoe hij gehoud<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>; zodat zelfs uw koe <strong>en</strong><br />
ezel hierin verstandiger <strong>zijn</strong>, dan u Schriftgeleerd<strong>en</strong>, daar deze u ler<strong>en</strong>, wat u jeg<strong>en</strong>s<br />
h<strong>en</strong> (hoeveel te meer dus jeg<strong>en</strong>s uw naaste) in de nood moet do<strong>en</strong>.<br />
Maar zo <strong>zijn</strong> zulke huichelaars, die van het Evangelie niets will<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> of hor<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
van zichzelf e<strong>en</strong> hoge dunk hebb<strong>en</strong>, alsof zij de meesters <strong>en</strong> leraars <strong>zijn</strong>; terwijl zij de<br />
meest blind<strong>en</strong> <strong>en</strong> onverstandig<strong>en</strong> <strong>zijn</strong>. Ziet e<strong>en</strong>s aan; deze lied<strong>en</strong> niet wie Christus<br />
over dit onderwerp twist, <strong>zijn</strong> juist de priester <strong>en</strong> de Leviet geweest (of t<strong>en</strong>minste<br />
dezelfde vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>) van welke Christus (Lucas 10 vers 32 vv.) spreekt, zij ging<strong>en</strong> de<br />
gewonde, die halfdood op de straat lag, voorbij, <strong>en</strong> liet<strong>en</strong> hem halfdood ligg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hem<br />
voor zoveel het aan h<strong>en</strong> lag, in <strong>zijn</strong> nood omkom<strong>en</strong>.<br />
Dat is zeer zeker op e<strong>en</strong> Sabbat geschied, to<strong>en</strong> zij tot hun godsdi<strong>en</strong>st wild<strong>en</strong> gaan <strong>en</strong><br />
dus e<strong>en</strong> geschikte red<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, om de gewonde te lat<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>; zij zull<strong>en</strong> zeker<br />
gezegd hebb<strong>en</strong>: wel, God beware mij, dat ik op hed<strong>en</strong> deze zou aanvatt<strong>en</strong>; ik kan mij<br />
nu niet verontreinig<strong>en</strong> <strong>en</strong> mijn godsdi<strong>en</strong>st verzuim<strong>en</strong>. Zo doet ook nog hed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> dage