Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
dood door Zijn dood heeft overwonn<strong>en</strong> <strong>en</strong> verslond<strong>en</strong> (Hosea 3 vs. 4).<br />
Hoe is dat in <strong>zijn</strong> <strong>werk</strong> gegaan? De dood valt op Christus aan, me<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> goede<br />
prooi te verslind<strong>en</strong>, spert de muil wijd op<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verzwolg Christus ook, ev<strong>en</strong>als alle<br />
andere m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Christus verzet Zich daarteg<strong>en</strong> niet, maar laat Zich door de dood<br />
verslind<strong>en</strong> <strong>en</strong> blijft tot de derde dag in de muil van de dood. Maar die goede prooi<br />
bekwam de dood zeer slecht; hij kon haar niet verter<strong>en</strong>, want zij was hem te machtig,<br />
zodat hij <strong>zijn</strong> prooi terug moest gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> daaraan stierf.<br />
Zo heeft Christus door Zijn onschuldige dood onze dood, welke e<strong>en</strong> schrik van de<br />
gehele wereld is, overwonn<strong>en</strong>. Gelov<strong>en</strong> wij nu in Hem, dan moet<strong>en</strong> wij weliswaar<br />
tijdelijk sterv<strong>en</strong>, begrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> verteerd word<strong>en</strong>; maar wij hebb<strong>en</strong> daarteg<strong>en</strong>over het<br />
voordeel, dat onze tijdelijke dood ons voortaan e<strong>en</strong> ingang in het eeuwige lev<strong>en</strong> is.<br />
Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is onze dood, die wij ondergaan, ge<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>lijke, dat is: ge<strong>en</strong><br />
schrikwekk<strong>en</strong>de dood meer, maar e<strong>en</strong> afgebeelde dood, ja e<strong>en</strong> zoete slaap. Dat alles<br />
br<strong>en</strong>gt de dood van Christus tot stand, waardoor Hij onze dood heeft overwonn<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
gevang<strong>en</strong>. Dat is dus, gelijk de Schrift daarover spreekt: de dood door de dood<br />
overwinn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vergif met vergif verdrijv<strong>en</strong>.<br />
Aangaande deze wonderbare overwinning van de <strong>en</strong>e dood door de andere, zegt de<br />
profeet Hosea (hoofdstuk 13 vs. 14) in de persoon van Christus: dood, ik zal e<strong>en</strong> dood<br />
<strong>zijn</strong>. Als wilde hij zegg<strong>en</strong>: gij ell<strong>en</strong>dige dood, u doodt <strong>en</strong> sleurt weg <strong>en</strong> verzwelgt het<br />
gehele m<strong>en</strong>selijk geslacht. Nu, u zult dat niet eeuwig do<strong>en</strong>; ja, Ik zal spoedig kom<strong>en</strong>,<br />
zodat u voor Mij buig<strong>en</strong> moet <strong>en</strong> uzelf lat<strong>en</strong> verslind<strong>en</strong>. Dan zult u all<strong>en</strong>, die in Mij<br />
gelov<strong>en</strong>, niet slechts eeuwig, niet zelfs mog<strong>en</strong> aantast<strong>en</strong> <strong>en</strong> verslind<strong>en</strong>, maar u zult u<br />
ook door h<strong>en</strong> onder de voet lat<strong>en</strong> tred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ervar<strong>en</strong>, dat zij door Mij heer over u <strong>zijn</strong>:<br />
Daaruit kunn<strong>en</strong> wij opmak<strong>en</strong>, hoe zalig, hoe heilzaam <strong>en</strong> machtig de dood van onze<br />
Heere Jezus Christus is; hoe Hij met alle macht <strong>en</strong> kracht om Zich he<strong>en</strong> slaat; de dood,<br />
wi<strong>en</strong>s gevang<strong>en</strong><strong>en</strong> wij war<strong>en</strong>, in de muil grijpt, hem de tand<strong>en</strong> uitbreekt; <strong>zijn</strong> spies <strong>en</strong><br />
scherpe schicht stomp maakt; zodat hij ons, die in Christus gelov<strong>en</strong>, niet meer kan<br />
wond<strong>en</strong>, stek<strong>en</strong> of ombr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maar nu daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> heilzaam ding wordt; in één<br />
woord, e<strong>en</strong> zalige ingang t<strong>en</strong> eeuwig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> is. Zo heeft ook de grijze Simeon de<br />
dood aangezi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er vrolijk van gezong<strong>en</strong> (Luc. 2 vs. 20): laat nu Heere, Uw<br />
di<strong>en</strong>stknecht in vrede he<strong>en</strong>gaan.<br />
Zo zi<strong>en</strong> wij, dat de dood voor ons Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> nu niet meer schrikwekk<strong>en</strong>d, maar<br />
troostvol is. Vanwaar echter dat? Daar vandaan, dat Christus in de hoogte gevar<strong>en</strong> is,<br />
<strong>en</strong> zit ter rechterhand van God; dat Hij onze vijand<strong>en</strong> overwonn<strong>en</strong> heeft; zodat, al<br />
mak<strong>en</strong> zij ons ook treurig <strong>en</strong> bedroefd, zij ons toch niet kunn<strong>en</strong> schad<strong>en</strong>. Daarom<br />
mog<strong>en</strong> wij voor Christus in ge<strong>en</strong> geval bevreesd <strong>zijn</strong>, als was Hij e<strong>en</strong> str<strong>en</strong>g <strong>en</strong> toornig<br />
tiran <strong>en</strong> rechter, gelijk Hij ons onder het pausdom wordt voorgesteld; maar wij moet<strong>en</strong><br />
van Hem alle goeds verwacht<strong>en</strong>, als van onze trouwe Heiland, Voorspraak, Herder <strong>en</strong><br />
Opzi<strong>en</strong>er van onze ziel<strong>en</strong>, Die niet alle<strong>en</strong> zonde, dood <strong>en</strong> alle jammer ons t<strong>en</strong> goede<br />
heeft overwonn<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, maar ook ons voortdur<strong>en</strong>d terzijde staat,<br />
zodat voortaan onze vijand<strong>en</strong> ons in eeuwigheid niet meer kunn<strong>en</strong> schad<strong>en</strong>.<br />
Daaruit, zeg ik, zi<strong>en</strong> wij dat wij in Christus e<strong>en</strong> Hogepriester <strong>en</strong> e<strong>en</strong> almachtige<br />
barmhartige Koning hebb<strong>en</strong>, die ons zowel met God verzo<strong>en</strong>t <strong>en</strong> in onze plaats treedt<br />
als ook ons krachtig verdedigt teg<strong>en</strong> het woed<strong>en</strong> <strong>en</strong> raz<strong>en</strong> van de duivel <strong>en</strong> van de<br />
boze wereld. En ons huns ondanks bewaart. Daaraan ontbreekt niets als dit, dat wij het<br />
niet gelov<strong>en</strong> of zwak-gelovig <strong>zijn</strong>. Want wij zoud<strong>en</strong>, als wij dit voor onomstotelijk<br />
zeker hield<strong>en</strong>, niet zo kleinmoedig <strong>en</strong> versaagd <strong>zijn</strong>; niet zo treur<strong>en</strong> <strong>en</strong> klag<strong>en</strong>, maar<br />
onze hoofd<strong>en</strong> omhoog heff<strong>en</strong> <strong>en</strong> ons troost<strong>en</strong> met de onuitsprekelijke g<strong>en</strong>ade van God,<br />
die in Christus ons geschonk<strong>en</strong> is. Dan zoud<strong>en</strong> wij ook deze grote g<strong>en</strong>ade <strong>en</strong> weldad<strong>en</strong><br />
11