Tekst - Vlaams Parlement
Tekst - Vlaams Parlement
Tekst - Vlaams Parlement
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
-1229- <strong>Vlaams</strong> <strong>Parlement</strong> – Vragen en Antwoorden – Nr. 9 – 16 maart 2001<br />
lang en tot regeling van het vooroverleg met de<br />
<strong>Vlaams</strong>e Bouwmeester (BS 19/5/2000)<br />
Openbaar onderzoek vergunningen: het besluit van<br />
de <strong>Vlaams</strong>e regering van 5 mei 2000 betreffende de<br />
openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige<br />
vergunning en verkavelingsaanvragen<br />
(BS 20/5/2000)<br />
Adviesverlening vergunningen: het besluit van de<br />
<strong>Vlaams</strong>e regering van 5 mei 2000 betreffende de<br />
adviesverlening inzake aanvragen tot stedenbouwkundige<br />
vergunning en verkavelingaanvragen (BS<br />
20/5/2000)<br />
Vrijstelling gemachtigde ambtenaar oud systeem:<br />
het besluit van de <strong>Vlaams</strong>e regering van 5 mei 2000<br />
tot bepaling van de werken en handelingen die<br />
vrijgesteld zijn van het eensluidend advies van de<br />
gemachtigde ambtenaar (BS 19/5/2000)<br />
Meerwaarde: het besluit van de <strong>Vlaams</strong>e regering<br />
van 5 mei 2000 betreffende de berekening en de<br />
betaling van de meerwaarde (BS 20/5/2000)<br />
Transactiesom: het besluit van de <strong>Vlaams</strong>e regering<br />
van 5 mei 2000 betreffende de transactiesom inzake<br />
ruimtelijke ordening (BS 20/5/2000)<br />
De reden waarom deze uitvoeringsbesluiten van<br />
het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie<br />
van de ruimtelijke ordening met terugwerkende<br />
kracht in werking traden, is vrij eenvoudig. Het decreet<br />
trad in werking op 1 mei 2000. De meeste uitvoeringsbesluiten<br />
dienden dus ook op 1 mei in<br />
werking te treden.<br />
Het decreet van 18 mei 1999 werd op heel wat punten<br />
bijgestuurd door de decreetswijziging van 26<br />
april 2000 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad<br />
van 29 april 2000).<br />
Een aantal besluiten ondervond niet onmiddellijk<br />
gevolgen van deze decreetswijziging. Het betreft<br />
hier vooral de besluiten die terug te vinden zijn in<br />
de lijst van tijdig genomen, doch te laat gepubliceerde<br />
besluiten. Deze besluiten waren meestal in<br />
ontwerpfase reeds enige tijd klaar, doch met hun<br />
definitieve afhandeling werd gewacht tot de bekrachtiging<br />
van de decreetswijziging.<br />
De inhoud van een aantal andere besluiten hing<br />
echter af van de vraag of en hoe de decretale bepalingen<br />
werden gewijzigd. De Raad van State heeft<br />
immers duidelijk gesteld deze besluiten slechts te<br />
kunnen adviseren na de afronding van de decreetswijziging.<br />
Dit gebeurde dan ook. Hierdoor werden<br />
deze besluiten genomen met terugwerkende<br />
kracht.<br />
Ik deel de mening van de <strong>Vlaams</strong>e volksvertegenwoordiger<br />
dat deze praktijk zoveel mogelijk dient<br />
te worden vermeden. In het geval van deze uitvoeringsbesluiten<br />
was dit echter onvermijdbaar.<br />
Economie<br />
De beslissing van de <strong>Vlaams</strong>e regering van 17 juli<br />
2000 tot wijziging van de expansierichtlijnen<br />
MGB3 en VL7, gepubliceerd in het BS van 19 augustus<br />
2000, is van toepassing op alle steunaanvragen<br />
die vanaf 17 juli 2000 worden ingediend en op<br />
alle steunaanvragen die voor die datum zijn ingediend<br />
maar waarover op 17 juli 2000 nog geen beslissing<br />
over de steunverlening was genomen.<br />
Het betreft hier een verplichte retroactiviteit. De<br />
wijzigingen van de expansierichtlijnen waren noodzakelijk<br />
om ze in overeenstemming te brengen met<br />
de Europese regelgeving, in het bijzonder de Europese<br />
richtsnoeren inzake regionale steun. De retroactieve<br />
werking was verantwoord en zelfs verplicht<br />
om te voldoen aan de supranationale verplichting<br />
om de wetgeving aan te passen met ingang van 1<br />
januari 2000. De wijzigingen doen niets anders dan<br />
teruggrijpen naar een supranationale norm die<br />
reeds bestond ten tijde van de inwerkingtreding<br />
van de respectieve richtlijnen MGB3 en VL7 (1 november<br />
1998), terwijl de Europese richtsnoeren dateren<br />
van 10 maart 1998.<br />
Het laattijdig afstemmen van de expansierichtlijnen<br />
op de Europese richtsnoeren is te wijten aan<br />
het niet aanmelden van de MGB3-70 richtlijn van 1<br />
november 1998 aan de Europese Commissie, en dit<br />
ondanks de aanmaningen van de Europese Commissie<br />
en de administratie om elke wijziging aan de<br />
regelgeving "regionale expansiesteun" aan te melden.<br />
Op 17 december 1999 besliste de Europese<br />
Commissie om de regelgeving MGB3-70 op te<br />
schorten met ingang van 1 januari 2000, zolang<br />
deze niet conform was aan de Europese richtsnoeren.<br />
Na een overleg met de Commissie op 26 mei<br />
2000 heeft de <strong>Vlaams</strong>e regering op 17 juli 2000 een<br />
aantal wijzigingen op de expansierichtlijnen en<br />
zachte steun goedgekeurd, teneinde deze in overeenstemming<br />
te brengen met de Europese regelgeving<br />
inzake overheidssteun aan ondernemingen.<br />
De wijzigingen dienden op bevel van de Europese<br />
Commissie onmiddellijk in werking te treden, en<br />
dit met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2000.