Naar een visionaire woningbouw
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
65<br />
NAAR EEN VISIONAIRE WONINGBOUW<br />
2.1 <strong>Naar</strong> <strong>een</strong> trendbreuk<br />
in de mechaniek van de<br />
woonproductie<br />
Dit hoofdstuk is <strong>een</strong> exploratief deel dat <strong>een</strong> aantal kansen<br />
en opgaven formuleert voor <strong>een</strong> ‘<strong>visionaire</strong> <strong>woningbouw</strong>’.<br />
Onder het begrip ‘<strong>visionaire</strong> <strong>woningbouw</strong>’ verstaan we <strong>een</strong><br />
woonproductiemechaniek die er in slaagt de woningvraag –<br />
330.000 extra huishoudens tegen 2030 en minstens 65.000<br />
extra sociale woningen de komende 10 jaar – te beantwoorden<br />
op <strong>een</strong> duurzame manier. Aan de hand van de analyse die<br />
in het eerste deel werd gemaakt betekent dit dat:<br />
— Het wonen betaalbaar moet zijn. Dit vraagt <strong>een</strong> voldoende<br />
aanbod aan goede woningen. De betaalbaarheidsproblematiek<br />
stelt zich het scherpst in stedelijke gebieden.<br />
— Er spaarzaam met de schaarse ruimte moet worden<br />
omgesprongen zowel op het planningsniveau door woningen<br />
goed te localiseren, als op schaal van de woningomgeving,<br />
door inventieve compacte woontypologieën die meer woonkwaliteit<br />
bieden op <strong>een</strong> kleinere oppervlakte.<br />
— Wonen energiezuinig en ecologisch verantwoord<br />
gebeurt.<br />
— Mobiliteitsproblemen worden aangepakt door ruimtelijke<br />
ontwikkeling en mobiliteit integraal te benaderen waardoor<br />
de mobiliteit zelf kan teruggedrongen worden en er meer<br />
gebruik gemaakt wordt van duurzaam openbaar vervoer.<br />
— De woonomgevingen duurzaam en goed ontworpen zijn.<br />
Deze doelstellingen bereiken vraagt <strong>een</strong> trendbreuk in de<br />
woonproductie. Hierbij mag niet enkel gekeken worden naar<br />
deelaspecten, maar moet de woonproductie in zijn geheel<br />
aangepakt worden. Vandaag zoeken verschillende actoren<br />
vanuit hun eigen deelgebied naar antwoorden en wordt er zelden<br />
vanuit <strong>een</strong> integrale visie nagedacht. Ontwerpers zoeken<br />
naar inventieve typologieën, maar dit blijft vaak beperkt tot<br />
unieke voorbeelden omdat dit niet vertaald wordt in beleid en<br />
in <strong>een</strong> operationele strategie. Het beleid op zijn beurt projecteert<br />
ambitieuze doelstellingen en spreekt van het ‘recht<br />
op wonen’ en ‘kwalitatieve woonomgevingen’ voor ieder<strong>een</strong>,<br />
zonder dit te operationaliseren en te vertalen in woonproducten.<br />
Op operationeel vlak zijn er dan weer verschillende actoren<br />
die nadenken over innovatieve formules (bouwgroepen,<br />
co-housing, erfpacht, Community Land Trust,…) en voeren<br />
<strong>een</strong> aantal stadsontwikkelingsbedrijven <strong>een</strong> meer pro-actief<br />
woonbeleid, maar vooralsnog blijft het bij ‘best practices’ die<br />
botsen op beleidsknelpunten en niet veralgem<strong>een</strong>d toegepast<br />
worden.<br />
Eerst geven we <strong>een</strong> overzicht van de ‘kansen’ die door de<br />
verschillende actoren werden aangereikt. Onder ‘kansen’<br />
bedoelen we hier werkpistes of hefbomen die kunnen ingezet<br />
worden om de trendbreuk naar <strong>een</strong> <strong>visionaire</strong> <strong>woningbouw</strong> te<br />
verwezenlijken. Daarna staan we stil bij de ruimtelijke vertaling<br />
van <strong>een</strong> trendbreuk. Dit is zowel <strong>een</strong> kwantitatief (waar<br />
bouwen we hoeveel?) als <strong>een</strong> kwalitatief vraagstuk (in welk<br />
soort woonomgeving?).<br />
Het ruimtelijk beleid legt doorgaans de nadruk op kwantitatieve<br />
taakstellingen. Zo stelt het RSV bijvoorbeeld de verhouding<br />
60/40 voorop voor bijkomende woningen in stedelijk<br />
gebied/buitengebied met richtdichtheden van 25 woningen/<br />
ha en 15 woningen/ha. Voor <strong>een</strong> uitvoerige kwantitatieve<br />
benadering kunnen we verwijzen naar de recente studie<br />
‘Sturingsmodellen van het wonen’. 1 Deze studie onderzoekt<br />
verschillende modellen of principe’s die kunnen toegepast<br />
worden voor de localisatie van nieuwe woningen. De studie<br />
beschouwt in totaal acht sturingsmodellen waaronder het<br />
“hiërarchie der kernen”-model, polycentrisch model, knooppuntenmodel<br />
en transportminimalisatiemodel. Elk model is<br />
vertaald in woningcontigenten per gem<strong>een</strong>te en wordt vergeleken<br />
met het trendvolgend groeiscenario. Het valt op dat<br />
alle modellen <strong>een</strong> trendbreuk betekenen ten opzichte van het<br />
trendvolgend groeiscenario. De studie besluit met <strong>een</strong> combinatiemodel<br />
dat elementen van de verschillende modellen<br />
samenbrengt.<br />
Naast <strong>een</strong> kwantitatieve benadering is ook <strong>een</strong> kwalitatieve<br />
benadering noodzakelijk. In dit hoofdstuk doen we hiervoor<br />
1 ANTEA GROUP, UGENT, ‘Sturingsmodellen van het wonen’, RWO<br />
Vlaanderen, Brussel, 2011.<br />
BELEID<br />
RSV<br />
Decreet Gronden<br />
Pandenbeleid<br />
Woonbeleid<br />
Fiscaliteit<br />
…<br />
BELEID<br />
RSV2<br />
Woonbeleidsplan<br />
…<br />
WOON<br />
PRODUCTEN<br />
Verkavelingen<br />
Fermette<br />
Rijwoning<br />
Woontoren<br />
Jumbofermette<br />
…<br />
OPERATIONEEL<br />
KADER<br />
Private markt<br />
Sociale <strong>woningbouw</strong><br />
Opdrachtgeverschap<br />
Stadsontwikkelingsbedrijven<br />
…<br />
MAATSCHAPPE LIJKE UITDAGINGEN<br />
– Betaalbaarheids probleem?<br />
– Grondschaarste<br />
– Energiezuinigheid & duurzaamheidstechnologie<br />
– Mobiliteits uitdaging<br />
– G<strong>een</strong> duurzame woonomgevingen<br />
Kansen en opgaven<br />
TRENDBREUK<br />
WOON<br />
PRODUCTEN<br />
Nieuwe<br />
typologieën van:<br />
grondgebonden<br />
woning / collectief<br />
wonen /<br />
verkaveling<br />
…<br />
OPERATIONEEL<br />
KADER<br />
Bouwgroepen<br />
Co-housing<br />
Erfpacht<br />
Consortia<br />
…<br />
MAATSCHAPPELIJKE UITDAGINGEN BEANTWOORD<br />
– Betaalbaar wonen<br />
– Spaarzaam ruimtegebruik<br />
– Energiezuinig wonen<br />
– Duurzaam openbaar vervoer<br />
– Duurzame en kwalitatieve woonomgevingen<br />
BESTAANDE MECHANIEK<br />
VISIONAIRE WONINGBOUW<br />
Fig. 2.1 Syntheseschema. <strong>Naar</strong> <strong>een</strong> trendbreuk in de mechaniek van de woonproductie.