13.07.2015 Views

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

BELGISCH TIJDSCHRIFT VOOR SOCIALE ZEKERHEID - 3e TRIMESTER <strong>2011</strong>Ten tweede willen we – en dat is misschien zelfs nog moeilijker, maar het is wel essentieelvoor ons project – een oordeel vellen over de bijzondere invloeden van de EU-integratiein de Bismarckiaanse verzorgingsstaten. Hiertoe behoren ook, wat andere auteursde mediterrane verzorgingsstaten noemen (Ferrera, 1996), want er wordt van uitgegaandat ze bepaalde institutionele kenmerken (Palier, 2006) en zwakheden (Scharpf enSchmidt, 2000) gemeenschappelijk hebben. Ze mogen dan al algemene vergelijkingspuntenhebben, als specifieke beleidsvormen met elkaar worden vergeleken, kunnenze (zeer) uiteenlopend zijn. Dat is de kernidee van dit artikel.Het artikel is in twee delen onderverdeeld.Het eerste deel is een algemene analyse van de verschillende kanalen via dewelke deEU invloed kan hebben op de nationale verzorgingsstaten.We analyseren hoe een asymmetrische integratie gevolgen kan hebben voor hetnationaal sociaal beleid. Het interessante boek van Leibfried en Pierson (1995)behoort tot de referentiewerken als het gaat over het systematiseren van dezebenadering. We onderscheiden vier invloedskanalen (positieve harde wetgeving,uitspraken van het EHvJ, economische en monetaire integratie en zachte wetgeving)en omschrijven nader hoe deze, ons inziens, de nationale verzorgingsstatenzouden kunnen beïnvloeden. We gaan ervan uit dat ze elkaar aanvullen en samenmoeten worden geanalyseerd, eerder dan dat we de klemtoon leggen op één enkelinstrument (Kilpatrick, 2006; Pochet, 2007). In zekere zin is de invloed de som vanverschillende instrumenten en er zijn verschillende actoren en beleidsvormen bijbetrokken. Ook de timing is van belang, want die beïnvloedt de verschillende veranderingsreeksen,die in de andere bijdragen aan bod komen. Vervolgens kaarten wekort de lopende debatten over de europeanisering aan en gaan we na hoe de EUinvloed kan uitoefenen op het binnenlandse front. Dit deel van de literatuurbesteedt meer aandacht aan de procedure en de strategie van de nationale actoren.Hoewel de “fit/misfit”-benadering als een nuttige eerste stap kan wordenbeschouwd, moeten wij nog een stap verder gaan. Falkner et al. (2005) toonden opovertuigende wijze aan dat een kleine ‘‘misfit’’ tussen het sociaal beleid van de EUen de nationale reglementering tot een ingrijpende verandering kan leiden; metandere woorden: het beleid is (en blijft) belangrijk.In het tweede deel tekenen we de contouren van enkele reeksen waarbij het EUbeleideen impact had op het binnenlandse beleid (zie Palier, inleiding in dit speciaalnummer), dat misschien wel vatbaarder was voor Europese invloed, in het verlengdevan de “fit/misfit”-benade-ring. Al deze reeksen analyseren zou onbegonnenwerk zijn. Daarom hebben we er twee uitgekozen waarbij de EU als interveniërendevariabele een belangrijke rol speelde: de Monetaire Unie en de criteria van Maastrichtenerzijds en de EWS en, meer algemeen, de sociale OMC-procedures anderzijds.We brengen de geschiedenis van het Europees sociaal beleid hier niet opnieuw tersprake (zie Pochet, 2005, Hemerijck, 2008). De OMC en zachte wetgeving kaderenin een bredere dynamiek die nog meer instrumenten omvat (zie bijvoorbeeld Kil-510

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!