01.05.2013 Views

Afstudeerscriptie - Kunstmatige Intelligentie - Rijksuniversiteit ...

Afstudeerscriptie - Kunstmatige Intelligentie - Rijksuniversiteit ...

Afstudeerscriptie - Kunstmatige Intelligentie - Rijksuniversiteit ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

6A: Discussie en conclusie<br />

1 Terug naar de probleemstelling<br />

1.1 Hypotheses en centrale vraagstelling checken<br />

In het eerste hoofdstuk zijn een aantal vragen en hypotheses geformuleerd. Het is nu tijd om te<br />

kijken wat hiervan terecht gekomen is. De centrale vraag was als volgt weergegeven:<br />

1. Hoe ziet een cognitief model er precies uit dat in staat is een echte invulling te geven aan de<br />

representaties en de herschrijfmechanismen van de RR-theorie?<br />

Naast deze centrale vraag, hadden we ook nog twee specifieke hypotheses:<br />

2. De productieregels die tot herrepresentatie leiden, ontstaan door middel van het generalisatiedoor-specialisatie-mechanisme.<br />

3. De herrepresentatieprocessen in totaal verschillende cognitieve microdomeinen vertonen ook<br />

op het gedetailleerde niveau van een computationeel model grote overeenkomsten.<br />

We weten inmiddels dat we met behulp van ACT-R inderdaad een heel eind gekomen zijn met het<br />

beantwoorden van de centrale vraag. Het model dat we voor het playrooms-experiment hebben<br />

ontwikkeld, is eigenlijk maar een voorbeeld van een model. In hoofdstuk 4 zagen we welke<br />

bouwstenen we nu hebben om ook andere RR-experimenten te modelleren. Deze bouwstenen<br />

zijn het antwoord op de centrale vraagstelling en ze versterken tevens hypothese 3.<br />

Hypothese 2 is achteraf gezien niet helemaal uitgekomen. De hypothese klopt als het gaat over de<br />

herrepresentatie van niveau I naar niveau E1. Voor de tweede herrepresentatieslag – van niveau<br />

E1 naar niveau E2/3 – gaat hypothese 2 niet op. We kunnen eigenlijk nog niet zo veel zeggen<br />

over deze herrepresentatie, maar het lijkt erop dat er een ander soort vertaling gemaakt moet<br />

worden dan generalisatie-door-specialisatie. Generalisatie-door-specialisatie leidt immers altijd tot<br />

nieuwe productieregels en de tweede herrepresentatieslag moet niet nieuwe productieregels<br />

opleveren, maar nieuwe declaratieve chunks. Gelukkig heeft hypothese 2 ons in eerste instantie<br />

wel op het juiste spoor gebracht. Het begrijpen van constructies met determinatoren hebben we<br />

opgevat als een functie die van determinator, via de situatie, naar de rol van de determinator loopt.<br />

De omzetting van determinator naar rol gebeurt via analogie (zie figuur 8), in twee stappen,<br />

voorbeeld aanvragen en analogie uitvoeren. Deze strategie is de uitgangssituatie voor<br />

representational redescription. Het generalisatie-door-specialisatiemechanisme heeft vervolgens<br />

zijn werk gedaan en het bleek inderdaad mogelijk hiermee de resultaten van het experiment te<br />

verklaren.<br />

1.2 Analogie trekken als een simpele heuristiek<br />

De vraag die na het checken van de hypotheses nog overblijft is, waar komt de gebruikte<br />

analogiestrategie in eerste instantie dan vandaan? Je zou kunnen zeggen, dat deze strategie een<br />

instantie is van een hele algemene analogie-heuristiek. Als je een taak wilt uitvoeren en je hebt er<br />

geen specialistische productieregels voor, dan probeer je je een eerdere instantie van de<br />

taakuitvoering te vinden, die succesvol was en die lijkt op de huidige instantie. Vervolgens doe je<br />

hetzelfde als toen, aangepast aan de huidige instantie. Deze heuristiek is heel algemeen<br />

105

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!