22.08.2013 Views

PODO II - Federaal Wetenschapsbeleid

PODO II - Federaal Wetenschapsbeleid

PODO II - Federaal Wetenschapsbeleid

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Project CP/35 - “Verhandelbare Mobiliteitsrechten: Haalbaarheid, Socio-economische effectiviteit en Maatschappelijk<br />

Draagvlak”<br />

impact betekent op het budget van de rijkere dan op het budget van de armere, geldt dat voor<br />

de prijs van een pakket mobiliteitsaandelen.<br />

Merk tot slot op dat uit cijfers van transportuitgaven al naargelang quintiel, de rijke klasse<br />

duidelijk het meest uitgeven in het totaal van de uitgaven besteed aan transport. Ze zijn<br />

bijgevolg niet onwaarschijnlijk de grootste vervuilers.<br />

Tabel 28: Het aandeel van de kwantielen in de totale uitgaven van een huishouden en het inkomen<br />

Quintile<br />

1 2 3 4 5<br />

Total gross expenditures (incl. Saving) 9,70% 14,60% 18,50% 23,70% 33,40%<br />

of which<br />

Private car transport 7,10% 14,80% 19,20% 24,90% 34,20%<br />

Public transport 15,60% 15,40% 17,90% 21,00% 30,10%<br />

Income<br />

Net labour income 2,40% 7,20% 17,60% 23,70% 45,10%<br />

Net Capital income 9,20% 15,00% 17,90% 23,80% 34,10%<br />

Government transfers 19,50% 23,30% 20,70% 18,60% 17,90%<br />

Bron: Belgisch Ministerie van Economische Zaken (1997): Huishoudbudgetonderzoek: Enquête gehouden<br />

van juni 1995 tot mei 1996 (Mayeres, 2001b)<br />

Verzekerd van een basispakket mobiliteit bij de initiële toewijzing van VMR dat volstaat om<br />

de behoeften te bevredigen schatten we in dat reisafstandskosten niet stijgen voor de arme<br />

klassen in geen van de scenario’s. De arme klasse zal geen nadeel ondervinden van de<br />

invoering van VMR. In ’t geval van VTR zien ze hun inkomen het sterkst aangevuld daar ze<br />

het gros van de toegewezen VTR kunnen verkopen. Hetzelfde geldt in mindere mate voor<br />

VBR en VAR. Merk wel op dat bij VTR de arme klasse misschien in zekere mate het<br />

slachtoffer is van de doorrekening in de prijzen daar in dit scenario het goederenvervoer in<br />

zekere mate betrokken is.<br />

We gaan ervan uit dat de middenklasse in de rand wonende bijkomende VMR zullen moeten<br />

aankopen. Zij beschikt het minst over alternatieven zeker tijdens werkdagen in combinatie<br />

van verkeer ter bereiken van school en werkplaats, en terug huiswaarts. Vooral in het scenario<br />

van VTR is de middenklasse dus slechter af dan in de status quo situatie. Ook in de scenario’s<br />

VBR en VAR zullen de kosten toenemen. Daar VBR de congestie doen afnemen zullen de<br />

brandstofkosten eveneens afnemen. Daarom beschouwen we VBR als iets beter dan VAR. In<br />

de VBR en VAR scenario’s zal de middenklasse ter opvang van een verlies aan automobiliteit<br />

bovendien te kampen hebben met stijgende kosten uitgegeven aan openbaar vervoer. Bij de<br />

invoering van VMR zullen daarentegen stijgende transportkosten een groter beslag leggen op<br />

het budget dan in de status quo situaties. Vooral de invoering van VTR zal de middenklasse<br />

geld kosten daar op dit vlak aanpassing van rijgedrag het moeilijkst is. Bij VAR zal het<br />

beschikbaar inkomen eveneens slinken in vergelijking met de status quo. VBR slorpen het<br />

minst bijkomend inkomen op.<br />

De rijke klasse zal weliswaar eveneens meer moeten betalen voor de mobiliteit maar minder<br />

dan dat het geval is bij de middenklasse. Zij kan haar activiteiten makkelijker herschikken en<br />

beschikt over meer strategische en flexibelere opties om optimaal om te gaan met de stijgende<br />

transportkosten die voortspruiten uit de verscheidene scenario’s VMR. Ze kan bijvoorbeeld<br />

<strong>PODO</strong> <strong>II</strong> - Deel I - Duurzame productie- en consumptiepatronen – Transport 109

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!