TOERUSTEN = UITRUSTEN - Onderwijsraad
TOERUSTEN = UITRUSTEN - Onderwijsraad
TOERUSTEN = UITRUSTEN - Onderwijsraad
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Informatie uit ander empirisch onderzoek wordt toegevoegd waar deze aanvullend of<br />
afwijkend blijkt. Dit andere onderzoek heeft vooral op leraren betrekking en komt daarom<br />
vooral terug in de paragraaf over de leraren (paragraaf 2.2). Wel heeft het<br />
Vervangingsfonds onderzoek laten uitvoeren naar het oop in het voortgezet onderwijs<br />
(Simons, Backbier, Gründeman & Hoffius, 1999); dit onderzoek komt aan de orde in paragraaf<br />
2.3.<br />
2.2 Werkdruk van leraren<br />
Zoals hiervoor is aangegeven zijn er drie clusters oorzaken van werkdruk te<br />
onderscheiden:<br />
■<br />
Het eerste cluster betreft kenmerken van het werk, waarbij het enerzijds gaat<br />
om taakaspecten en anderzijds om kenmerken van de werkorganisatie.<br />
Bij taakaspecten als kenmerken van het werk van leraren kan op basis van de<br />
werkdrukonderzoeken onderscheid gemaakt worden tussen algemene taakaspecten<br />
(met name de taakomvang, de wijze van taakbesteding en het type<br />
taken) en specifieke taakaspecten (de relatie met de leerlingen en regelmogelijkheden<br />
in het werk). Bij kenmerken van de werksituatie gaat het om taakbeleid,<br />
personeelsbeleid, deskundigheidsbevordering en de materiële werksituatie.<br />
■<br />
Bij kenmerken van de werkende (het tweede cluster) gaan de werkdrukonderzoeken<br />
in op leeftijd en geslacht. Er zijn echter duidelijk meer persoonsgebonden<br />
factoren die een rol spelen. Zo hebben de net genoemde regelmogelijkheden<br />
feitelijk zowel een basis in de werksituatie als in de persoon.<br />
■<br />
Bij externe factoren die (als derde cluster) werkdruk kunnen veroorzaken gaat<br />
het om verschillende maatschappelijke en bestuurlijke ontwikkelingen.<br />
Hieronder worden deze verschillende typen oorzaken van werkdruk bij leraren toegelicht.<br />
2.2.1 ALGEMENE TAAKASPECTEN<br />
1 Taakomvang<br />
Een eerste taakaspect is de taakomvang van leraren. De normjaartaak als zodanig<br />
(1659 uren voor een voltijder) wordt in de werkdrukonderzoeken niet<br />
besproken. Wel wordt gekeken naar de verhouding tussen de formele aanstellingsomvang<br />
en de feitelijk gewerkte uren. Het gaat hier met andere woorden<br />
om de feitelijke taakomvang, en met name de 'werkdrukte'. Voor leraren blijkt<br />
deze 'werkdrukte' redelijk, althans over een heel jaar bezien: ze werken gemiddeld<br />
over een jaar nauwelijks meer uren dan op basis van hun aanstellingsomvang<br />
verwacht mag worden. (In het primair onderwijs is er 4% overwerk, in<br />
het voortgezet onderwijs 5% en in de bve-sector 8%). Wel blijkt het meerwerk in<br />
het algemeen vooral bij deeltijders terecht te komen (gemiddeld 15% extra).<br />
Alleen in de bve-sector is de hoeveelheid meerwerk van deeltijds en voltijds<br />
werkenden redelijk vergelijkbaar, maar daar werken voltijders ook relatief veel<br />
over.<br />
Eerder concludeerden Van den Berg & Stolk (1994) in hun onderzoek naar werkdruk<br />
in de basiseducatie dat deeltijders meer overwerken dan voltijders.<br />
22 <strong>Onderwijsraad</strong>, augustus 2002