TOERUSTEN = UITRUSTEN - Onderwijsraad
TOERUSTEN = UITRUSTEN - Onderwijsraad
TOERUSTEN = UITRUSTEN - Onderwijsraad
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
■<br />
jeugdonderwijs (verzuim, uitval, onveiligheid en dergelijke) en de innovatieagenda<br />
van de lerarenopleidingen.<br />
De uitvoering en coördinatie van deze vernieuwingen zou moeten plaatsvinden<br />
door een collectief vanuit de afnemende scholen en de lerarenopleidingen ('joint<br />
venture'), met daarbinnen een primaat bij de scholen.<br />
5.6 Samenvatting en conclusies<br />
Tegen de achtergrond van de bevindingen in de hoofdstukken 2 en 3 en de visie op<br />
werkdruk zoals de raad deze heeft geformuleerd in hoofdstuk 4, is in dit hoofdstuk 5<br />
nagegaan langs welke wegen de werkdruk aangepakt zou kunnen worden. Daarbij sluit<br />
de raad aan bij de eerder benoemde clusters oorzaken van werkdruk, te weten:<br />
■<br />
kenmerken van het werk (bijvoorbeeld voor leraren: taakomvang, de wijze van<br />
taakbesteding en het type taken, de relatie met leerlingen, regelmogelijkheden<br />
in het werk) en van de werksituatie (voor leraren: taakbeleid, personeelsbeleid,<br />
deskundigheidsbevordering, materiële werkomstandigheden);<br />
■<br />
kenmerken van de werkende (leeftijd, geslacht, psychische stabiliteit en<br />
dergelijke); en<br />
■<br />
maatschappelijke en bestuurlijke ontwikkelingen (krapte op de arbeidsmarkt,<br />
lerarentekort, moeten inspelen op maatschappelijke veranderingen, verscheidenheid<br />
en individualisering, eisen uit de omgeving van de school, onderwijs- en<br />
innovatiebeleid).<br />
Zoals aangegeven in hoofdstuk 4 ziet de raad vooral ook de interactie tussen werk en<br />
werkende als belangrijke bron van werkdruk. Professionaliteit van de werkende en van<br />
de werkorganisatie zijn voor de raad centrale elementen om de werkdruk beheersbaar te<br />
maken. De raad vat professionaliteit nadrukkelijk op als een uitgebreide, brede professionele<br />
oriëntatie waarbij leraren functioneren als lid van een bindende schoolorganisatie als<br />
geheel, de activiteiten in de eigen klas relateren aan het beleid en de doelen van de<br />
school en naast het lesgeven ook duidelijk betrokken zijn bij onderwijsontwikkeling en<br />
andere activiteiten binnen de school. De drie clusters van instrumenten die in dit hoofdstuk<br />
5 zijn besproken dragen daaraan bij. Idealiter zou het moeten gaan om een integrale<br />
inzet van instrumenten van de drie clusters samen.<br />
Personeels- en teamontwikkeling<br />
Binnen het eerste cluster vallen instrumenten die gericht zijn op een beter toerusten =<br />
uitrusten = 'wapenen' door en van de werkende door middel van personeels- en teamontwikkelingsbeleid.<br />
Hieronder vallen zowel instrumenten die de werkenden zelf in<br />
handen hebben, als instrumenten die vanuit de schoolorganisatie kunnen bijdragen aan<br />
de toerusting van de werkende. Besproken zijn:<br />
■<br />
(Verdere) professionalisering van leraren: leraren moeten kunnen toekomen aan<br />
de voor leren, voor scholing beschikbare 10% van de werktijd. De verhoogde,<br />
brede professionaliteit waarin de professionele ontwikkeling zou moeten uitmonden,<br />
houdt in essentie in dat leraren meer greep krijgen op hun functioneren.<br />
Competenties waarbij prioriteit zou moeten liggen hebben betrekking op<br />
het omgaan met 'moeilijke leerlingen' en het leren door middel van werken in<br />
teamverband.<br />
92 <strong>Onderwijsraad</strong>, augustus 2002