05.05.2014 Views

LEREN IN EEN KENNISSAMENLEVING - Onderwijsraad

LEREN IN EEN KENNISSAMENLEVING - Onderwijsraad

LEREN IN EEN KENNISSAMENLEVING - Onderwijsraad

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Bedrijven fuseren over nationale grenzen heen en lokale economieën raken steeds meer<br />

met elkaar verbonden. De internationale arbeidsmobiliteit neemt toe, en landen concurreren<br />

onderling bij zowel het creëren van hoogwaardige werkgelegenheid als bij de werving<br />

van hoger opgeleiden (Groot & Maassen van den Brink, 2002a). Globalisering brengt<br />

met zich mee dat activiteiten daar ontwikkeld worden waar de omstandigheden het gunstigst<br />

zijn. Veel productieprocessen worden doorgeschoven naar lagelonenlanden: televisiefabrieken<br />

naar Polen, dataverwerking naar India, garnalenpellen naar Marokko. Ten<br />

dele wordt ook R&D-capaciteit naar lagelonenlanden verplaatst, maar overwegend concentreert<br />

de kennisontwikkeling die voor productie nodig is zich in landen met een hoog<br />

opleidingsniveau. 24 Voor hoger opgeleiden bestaat hier een ruime arbeidsmarkt.<br />

Implicaties voor leren en onderwijs<br />

Globalisering is één van de factoren, naast technologisering, informatisering en andere,<br />

die het voor individuen noodzakelijk maken te investeren in ten minste een voldoende<br />

startkwalificatie. Zoals hieronder nog aan de orde komt, zal een dergelijke startkwalificatie<br />

zich op meer moeten richten dan op inzetbaarheid op korte termijn (paragraaf 2.3.4).<br />

Voor landen die in de internationale concurrentie sterk willen staan is – nogmaals – investering<br />

in een adequate kennisinfrastructuur, dus ook in onderwijs, essentieel.<br />

Globalisering heeft daarnaast nog een ander gevolg voor het onderwijs: door een toenemend<br />

vrij verkeer van goederen en diensten ontstaat ook internationale concurrentie tussen<br />

onderwijsinstellingen, vooral op hogere niveaus van het stelsel. Instellingen zullen de<br />

kwaliteit van hun onderwijs tot inzet van de onderlinge competitie moeten maken (Groot<br />

& Maassen van den Brink, 2002a).<br />

2.3.3 ARBEIDSORGANISATIES <strong>IN</strong> <strong>EEN</strong> KENNISECONOMIE<br />

In op massaproductie gerichte industriële arbeidsorganisaties wordt beroepsarbeid<br />

gekenmerkt door opsplitsing van productieprocessen en een sterke arbeidsdeling.<br />

Werknemers krijgen daarbinnen een precieze taakomschrijving en hebben beperkte operationele<br />

bevoegdheden. Ze voegen zich in een hiërarchische structuur waarin hooggeschoolde<br />

staf en managers de dienst uitmaken. Voor het gros van de werknemers is de<br />

vereiste scholingsgraad laag. In de organisatie worden afdelingen en specialistische diensten<br />

ingesteld (bijvoorbeeld research, productie, marketing) – met als resultaat verkokering,<br />

waardoor integratie van processen tot grote beheerslasten leidt. In de innovatieve,<br />

kwaliteitsgerichte arbeidsorganisaties die in de postindustriële kenniseconomie ontstaan,<br />

worden andere productieconcepten gehanteerd (Onstenk, 2000; Den Hertog et al., 1997;<br />

De Grip, 2002). Of het nu om materiële producten gaat, om dienstverlening of om koppeling<br />

van beide: het gaat er om unieke producten te leveren van gegarandeerde kwaliteit,<br />

afgestemd op de gevarieerde en snel wisselende wensen van de klant. Daarom is nauwelijks<br />

sprake van vaste werkroutines of constante productielijnen. Werknemers moeten<br />

flexibel kunnen worden ingezet. Ze richten zich op relatief brede delen van het productieproces,<br />

en in functies worden uitvoering, (eenvoudig) onderhoud en kwaliteitscontrole<br />

geïntegreerd. Dit alles (zie ook hierboven, bij 2.3.1) vraagt om een minder hiërarchische,<br />

platte arbeidsorganisatie. Verantwoordelijkheden en controle worden lager in de organisatie<br />

geplaatst, muren tussen functies worden afgebroken. Werknemers werken in teamverband<br />

en krijgen te maken met uiteenlopende facetten van het productieproces.<br />

24 Alle internationalisering en grensoverstijgende ict ten spijt, blijkt het voor innovatie belangrijk om kennis ‘binnen handbereik’<br />

te hebben. Nieuwe kennis – zeker de stilzwijgende variant – berust bij lokale organisaties en individuen bij die organisaties. Ze<br />

wordt in interactie tussen uiteenlopende betrokkenen verder ontwikkeld (zie paragraaf 2.2.3), en blijkt moeilijk algemener over<br />

te dragen (OECD, 2000; Centraal Planbureau, 2002).<br />

28 <strong>Onderwijsraad</strong>, januari 2003

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!