05.05.2014 Views

LEREN IN EEN KENNISSAMENLEVING - Onderwijsraad

LEREN IN EEN KENNISSAMENLEVING - Onderwijsraad

LEREN IN EEN KENNISSAMENLEVING - Onderwijsraad

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

één of meer van de hierboven geschetste elementen. Maar ook daarbuiten is er een toenemend<br />

aantal scholen dat, vaak op min of meer experimentele basis, naar alternatieven<br />

zoekt en nieuwe mogelijkheden verkent. 39 Hoe ‘schools’ is schools leren in feite nog?<br />

Voor primair en voortgezet onderwijs bevat het lijstje kenmerken van buitenschools leren<br />

veel herkenbaars: het belang van intrinsieke motivatie, aansluiten bij de leefwereld van<br />

de leerling, levensechtheid, het concrete als basis voor abstrahering, het belang van open<br />

leersituaties, enzovoort. Inzichten hierover zijn vooral in de tweede helft van de vorige<br />

eeuw geleidelijk de officiële didactiek binnengedrongen. Tot op zekere hoogte en vooral<br />

in de eerste schooljaren houdt het onderwijs er ook rekening mee. Ook spelen zulke principes<br />

mee in de recente hervormingen van het voortgezet onderwijs. Hierbij kan bijvoorbeeld<br />

gedacht worden aan het studiehuis, aan de leerwerktrajecten die kortgeleden in het<br />

voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) werden mogelijk gemaakt, en aan<br />

recente verbindingen tussen vmbo en Regionale Opleidingscentra (ROC) met het oog op<br />

werkend leren en vermindering van schooluitval. Toch bepalen de elementen die typisch<br />

voor schools leren genoemd werden in veel scholen nog een belangrijk deel van het<br />

onderwijs. Belangrijke factoren bij het handhaven van deze benadering zijn:<br />

• het nog steeds vigerende traditionele kennisideaal;<br />

• de functie die scholen als selectie-instituut hebben; en<br />

• de grote investeringen die een consequente vormgeving volgens alternatieve<br />

lijnen van school en docent vragen.<br />

In het beroeps- en wetenschappelijk onderwijs is de ontwikkeling een andere geweest<br />

dan in basis- en algemeen voortgezet onderwijs. Ooit werd bij uitstek daar geleerd door<br />

bezig te zijn met de problemen van de werkterreinen in kwestie. Om allerlei redenen –<br />

massale toeloop, financiële beperkingen, filosofieën van management en kwaliteitsbewaking,<br />

enzovoort – kregen instellingen steeds minder mogelijkheden om deze benadering<br />

in hun onderwijs in te passen. In het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) is de praktijkvariant<br />

– beroepsbegeleidend leren – overigens nooit verdwenen, alleen kreeg de schoolse<br />

variant steeds meer toeloop en status. Inmiddels is weer sprake van een wending. In<br />

het voltijd beroepsonderwijs kreeg de praktijk onder de Wet Educatie en Beroepsonderwijs<br />

(WEB) meer ruimte. Recent zijn ook een aantal pilots afgerond waarin onderzocht<br />

werd hoe de kwalificatiestructuur in termen van competenties kan worden ingericht en<br />

hoe daaraan in de praktijk uitwerking kan worden gegeven. 40 In het hoger onderwijs, het<br />

hbo vooral, komen geleidelijk duale varianten tot stand en worden instellingen betrokken<br />

bij kennisontwikkeling in de regio (<strong>Onderwijsraad</strong> & Adviesraad voor het Wetenschaps- en<br />

Technologiebeleid, 2001).<br />

In het postinitiële leren kende de educatie, oorspronkelijk voor een groot deel uit de welzijnshoek<br />

afkomstig, in zijn opzet veel kenmerken van buitenschools leren. Inmiddels<br />

hebben volwasseneneducatie, basiseducatie en inburgering veel trekken van het reguliere<br />

onderwijs gekregen: klassikale en frontale lessen in grote heterogene groepen met officiële<br />

boeken en invuloefeningen, huiswerk, toetsen, certificaten en diploma’s. Postinitieel<br />

is verder het werkgerelateerde aanbod van belang. Ooit bestond dit uitsluitend uit praktijkleren,<br />

daarna was extern, cursorisch opleidingsaanbod sterk in opkomst, en nu is er<br />

weer sprake van een verschuiving naar meer informele varianten. Poell (2001) signaleert<br />

in het ‘human resource management’ (hrm) van bedrijven onder meer een overgang van<br />

39 Rooijen et al. (2002) biedt een inventarisatie van voorbeelden.<br />

40 Colo, 2002.<br />

Leren in een kennissamenleving<br />

49

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!