13.07.2015 Views

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Hoofdstuk 55.1 I<strong>nl</strong>eidingIn hoofdstuk 4 zijn de resultaten van de analyses gepresenteerd die betrekking hadden op deeerste onderzoeksvraag, die de taalvaardigheid en de linguïstische complexiteit in hetNederlands en de NGT van de deelnemende kinderen behandelde.De mate van taalvaardigheid heeft ook invloed op de communicatieve ontwikkelingvan kinderen, zoals is besproken in hoofdstuk 2. Andersom leren kinderen ook taal en omgaanmet taal door communicatie met andere kinderen en volwassenen. In hoofdstuk 2 isbeschreven wat er bekend is over de communicatieve ontwikkeling van dove kinderen. Deresultaten van het onderzoek over dit thema zijn niet eenduidig. Duidelijk is in ieder geval datdove kinderen door de taalontwikkelingsachterstand die zij vaak vertonen, mindermogelijkheden hebben voor een natuurlijke, betekenisvolle interactie. Hierdoor is het mindervanzelfsprekend dat ze alle pragmatische vaardigheden verwerven (Clark, 1989; Gallaway &Woll, 1994; Ling, 1989). Vanuit hun auditieve beperking is de toegang tot communicatie vaakmoeizamer, omdat zij door horende kinderen en volwassenen niet altijd goed verstaan enbegrepen worden en omdat de dove kinderen door hun achterstand het soms ook moeilijkvinden om zichzelf duidelijk te maken. In dit hoofdstuk wordt gekeken hoe de communicatieontwikkelingvan de dove kinderen verloopt. De tweede specifieke onderzoeksvraag, zoalsgeformuleerd in hoofdstuk 2, luidt: Hoe verloopt de ontwikkeling van de communicatievevaardigheden en hoe is de verhouding tussen beide talen?Met behulp van een analysesysteem voor communicatie dat ontwikkeld is door Stenstrőm(1994) (zie 3.4.3), zijn in dit project de gevoerde gesprekken van de dove kinderen methorende en dove volwassenen geanalyseerd en zijn de uitingen van de kinderen en devolwassenen gecategoriseerd. Uit in hoofdstuk 2 aangehaald onderzoek blijkt dat erverschillende visies bestaan op bijvoorbeeld de vraag of dove kinderen dezelfde strategieëngebruiken als horende kinderen met betrekking tot initiatieven in de communicatie, of dat dovekinderen juist directer zijn en meer niet-linguïstische strategieën toepassen (Antia & Kreimeyer2003). Erber (1996) beschrijft dat de communicatie met personen met een hoorproblematiekdiverse eigen kenmerken heeft. Erber bespreekt bijvoorbeeld het moeizame moment vanbeurtnemen en observeert dat herhaaldelijke opheldering noodzakelijk is. Volgens Antia enKreimeyer (2003) zijn dove kinderen net zo geïnteresseerd om deel te nemen aan conversatiesals horende kinderen. Zij nemen echter minder frequent deel in interacties metleeftijdsgenootjes en de conversaties zijn korter. Participatie in interacties met anderen isessentieel voor kinderen om communicatievaardigheden te kunnen verwerven. Als kinderen demogelijkheid hebben om deel te nemen aan diverse interacties met volwassenen en metleeftijdsgenootjes, dan zijn ze in de gelegenheid om communicatieve vaardigheden enstrategieën te ervaren, uit te proberen en zich eigen te maken (Shugar, 1993). Interactioneleparticipatie van dove kinderen met volwassenen is vooral bestudeerd in conversaties metouders en met leerkrachten. Uit die resultaten komt naar voren dat deze volwassenen vaaklange monologen houden, dat zij directief zijn en de meeste beurten hebben in gesprekken,160

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!