13.07.2015 Views

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

Een meervoudige casusstudie - Divingduck.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De ontwikkeling van communicatief gedragaantal uitingen door de kinderen werd geproduceerd. Dat percentage kwam overeen met eenstudie van Wijnands (in Van den Bogaerde, 2000:5) die de uitingen van horende kinderen vantwee jaar telde. Het aandeel dat de dove kinderen in dit onderzoek in de gesprekken hebbe<strong>nl</strong>igt dus lager. <strong>Een</strong> verklaring kan zijn dat de situatie waarin de gesprekken zijn gevoerd nietgoed vergelijkbaar is met de situaties waarin de gesprekken van de studies van Van denBogaerde en Wijnands plaatsvonden. In de bovengenoemde studies gaat het om gesprekkentussen moeders en hun kinderen. De volwassenen in dit onderzoek waren medewerkers vanschool, met wie de kinderen natuurlijk een andere verhouding hebben dan met eigenfamilieleden. Hoewel de kinderen mochten kiezen wat ze wilden doen en waar ze het overwilden hebben, was het soms lastig voor hen om gesprekken te voeren met de volwassenen.Dat kan invloed hebben gehad op de resultaten. De volwassenen in dit onderzoek hebbenechter na ieder gesprek aangegeven of ze het gesprek representatief vonden voor hoe zij hetkind kenden. Verreweg de meeste gesprekken hebben de volwassenen beoordeeld alsrepresentatief. De resultaten die naar voren komen uit dit onderzoek lijken dus een goed beeldte geven van de vaardigheden van de kinderen in de schoolse situatie. In die situatie ligt degemiddelde participatie van de kinderen in de gesprekken blijkbaar lager dan 40%, hoewel deonderlinge verschillen hierin groot zijn. Er is geen significant verschil tussen de participatie vande kinderen in de gesprekken met de dove en horende volwassene, wat wel werd verwachtgezien de grotere taalvaardigheid van de kinderen in de NGT.Als gekeken wordt naar de ontwikkeling in het gebruik van de verschillende moves,dan blijkt ook wat die rol nu precies is. De hypothese was dat de kinderen in de loop van hetonderzoek meer verschillende moves zouden inzetten in de communicatie. Specifieker werdverwacht dat de kinderen meer initiatieven zouden gaan nemen en meer reacties zoudengeven bij dove en horende volwassenen, waarbij de verwachting was dat de kinderen eenstabiele manier van communiceren zouden ontwikkelen. De mogelijkheid is beschreven dat ditin de interactie met de dove volwassenen eerder zou gebeuren, vanwege de beteretoegankelijkheid van deze taal voor dove kinderen en de verwachte grotere taalvaardigheid inNGT. Uit de resultaten blijkt dat de kinderen in hun gesprekken met de dove en horendevolwassenen nauwelijks tot geen gebruik maken van de moves Summons, Focus, Repair, Reopenen Backchannel. Voor deze eenheden zijn in de analyses dan ook geen effectengevonden, behalve voor de move Repair. De kinderen leunen echter sterk op de drieovergebleven moves, namelijk ‘Initiate’, ‘Response’ en ‘Follow-up’. De ‘initiatieven’ en ‘reacties’van de kinderen nemen dan ook toe gedurende het onderzoek. Voor de eenheid ‘reacties’ iseen moduseffect gevonden, wat erop duidt dat de kinderen bij de dove volwassenen meerreacties geven dan bij de horende volwassene. Het lijkt er op dat de kinderen strategieënhebben ontwikkeld: bij de horende volwassenen nemen ze vooral veel initiatieven en geven zeminder reacties; bij de dove volwassenen geven ze meer reacties. Met deze resultaten zijn deverwachtingen gedeeltelijk bevestigd. De kinderen gebruiken verschillende moves, maarmaken met name gebruik van drie van de acht beschreven moves. Uit de resultaten van degroep blijkt dat de kinderen verschillende strategieën hanteren in de communicatie met dedove versus de horende volwassene, wat niet volgens verwachting is. Verwacht werd namelijk219

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!